3.1.[verzoekster] verzoekt (samengevat) om bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad:
primair:
-
in de hoofdzaak:
de op 26 september 2020 gedane opzegging van de arbeidsovereenkomst te vernietigen;
te bepalen dat NAS [verzoekster] dient toe te laten tot het werk op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag;
-
in de samenhangende vordering:
doorbetaling van het reguliere (minimum)loon van thans € 9,70 bruto per uur en derhalve € 1.261,- bruto per maand, te vermeerderen met vakantietoeslag en overige emolumenten vanaf 1 oktober 2020 totdat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig zal zijn geëindigd;
betaling van het achterstallig loon en vakantiebijslag over de periode 1 juli 2019 tot
1 september 2020 van € 466,13 bruto;
betaling aan [verzoekster] van het achterstallig loon over de periode september 2020 van
€ 44,73 netto;
e wettelijke verhoging over het per 1 juli 2019 tot 1 september 2020, respectievelijk per 1 oktober 2020, achterstallige loon;
verstrekking van de bruto/netto salarisspecifïcaties met betrekking tot de onder a) tot en met c) te verrichten betalingen, alsmede voor de reeds verstreken maanden juli en augustus 2020, op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag;
de wettelijke rente over de hiervoor in dit petitum vermelde bedragen vanaf de dag der opeisbaarheid van de onderscheiden bedragen;
subsidiair:
-
in de hoofdzaak:
NAS te veroordelen tot betaling aan [verzoekster] van een billijke vergoeding van € 2.700,- (bruto);
NAS te veroordelen tot betaling aan [verzoekster] , van de wettelijke transitievergoeding verschuldigd per einddatum;
-
in de samenhangende vordering:
betaling aan [verzoekster] van een op grond van artikel 7:672 lid 11 BW geldende vergoeding gelijk aan het bedrag van het in geld vastgesteld loon van € 9,70 bruto per uur en derhalve € 1.261,00 bruto per maand over de periode dat de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging had behoren voort te duren.
betaling aan [verzoekster] van het achterstallig loon en vakantiebijslag over de periode
1 juli 2019 tot 1 september 2020 van € 466,13 bruto;
betaling aan [verzoekster] van het achterstallig loon over de periode september 2020 van
€ 44,73 netto;
betaling aan [verzoekster] van de wettelijke verhoging over het per 1 juli 2019 tot
1 september 2020, respectievelijk per 1 oktober 2020 achterstallige loon;
verstrekking van de bruto/netto salarisspecificaties met betrekking tot de onder a) tot en met c) te verrichten betalingen, alsmede voor de reeds verstreken maanden juli en augustus 2020, op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag;
betaling aan [verzoekster] van de wettelijke rente over de hiervoor in dit petitum vermelde bedragen vanaf de dag der opeisbaarheid van de onderscheiden bedragen;
primair en subsidiair:
veroordeling van NAS in de proceskosten.