ECLI:NL:RBROT:2020:10817
Rechtbank Rotterdam
Vordering tot betaling van tandartsrekening en eis in reconventie
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 29 oktober 2020, gaat het om een vordering van Famed B.V. tegen een gedaagde in verband met een onbetaalde tandartsrekening. De gedaagde had zich in 2016 tot een tandartspraktijk gewend voor gebitsproblemen, waarbij een begroting van € 591,90 werd verstrekt en goedgekeurd. Na behandeling door de tandarts en mondhygiënist, ontving de gedaagde een factuur van € 1.019,97, waarvan een deel onbetaald bleef. Famed, die de vordering had gecedeerd gekregen, vorderde betaling van € 550,84, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De gedaagde voerde aan dat het factuurbedrag niet klopte en dat de behandelingen niet nodig waren, maar de kantonrechter verwierp dit verweer. De rechter oordeelde dat de gedaagde in verzuim was en dat de factuur correct was, met uitzondering van een bedrag dat te veel in rekening was gebracht voor de tandartsbehandeling. De kantonrechter besloot dat de gedaagde € 371,96 moest betalen, vermeerderd met rente. In reconventie werd de eis van de gedaagde afgewezen omdat deze te laat was ingediend. De gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten.