In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, gaat het om een geschil tussen de Vereniging van Eigenaars (VvE) van een appartementencomplex en een Surinaamse rechtspersoon die eigenaar is van een van de appartementen. De VvE heeft de Surinaamse rechtspersoon aangesproken voor het betalen van achterstallige bijdragen en onderhoudskosten. De procedure is gestart met een dagvaarding op 28 april 2020, gevolgd door verschillende processtukken, waaronder een conclusie van antwoord en een bevoegdheidsincident. De kantonrechter heeft op 4 september 2020 uitspraak gedaan in het incident en zich bevoegd verklaard om de zaak te behandelen. De VvE heeft vorderingen ingesteld voor betaling van openstaande bedragen, terwijl de gedaagde partij verweer heeft gevoerd en een tegenvordering heeft ingesteld. De kantonrechter heeft de zaak aangehouden voor verdere behandeling en partijen in de gelegenheid gesteld om hun verhinderdata door te geven voor een mondelinge behandeling via Skype. De uitspraak van de kantonrechter is uitvoerbaar bij voorraad en de proceskosten zijn aan de zijde van de VvE vastgesteld op € 360,-.