Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 336 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 200 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en een taakstraf van 220 uren, subsidiair 110 dagen hechtenis;
- afwijzing van de vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling, in de zaak met VI-nummer 99/000239-16.
4..Vormverzuimen
de rechtbank begrijpt: de verdachte) en dat hij was meegekomen om te helpen klussen in een woning. […] [naam verbalisant 2] heeft mij verteld dat [naam verdachte] had gezegd dat hij in de woning van een vriendin of zijn vrouw aan het klussen was in de woonflat daar. […] Ik heb later begrepen dat er klusspullen achterin de auto lagen. Ik heb wel gezien dat er spullen in de auto lagen, maar die leken toen niet relevant. Dat was volgens mij na de controle en na de aanhouding van [naam verdachte] . Toen is de auto door mij onderzocht. […] Ik heb aan de bijrijder gevraagd of hij de bestuurder kende en, zo ja, waarvan. Hij zei: ‘Ik ken [voornaam verdachte] en ik ben hier om te klussen’. U vraagt mij waarom dit niet in het proces-verbaal is vermeld. Dat is abusievelijk niet gebeurd.”
5..In beslag genomen voorwerpen
6..Vordering herroeping voorwaardelijke invrijheidstelling
7..Voorlopige hechtenis
8..Bijlage
9..Beslissing
- gelast de teruggave aan de verdachte van: