Op 1 oktober 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. Het verzoekschrift, ingediend op 18 september 2020, betrof de betrokkene die lijdt aan een schizotypische persoonlijkheidsstoornis, een autismespectrumstoornis en een narcistische persoonlijkheidsstoornis. De mondelinge behandeling vond plaats op dezelfde dag, waarbij de betrokkene en zijn advocaat, mr. A. Stoel, aanwezig waren. De officier van justitie was niet ter zitting verschenen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene ernstig nadeel ondervindt door zijn psychische stoornissen, wat leidt tot een aanzienlijk risico op levensgevaar en ernstige verwaarlozing. De betrokkene is sinds 2013 in behandeling binnen de GGZ en heeft een geschiedenis van geweldsdelicten. De rechtbank concludeert dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn, aangezien de betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg vrijwillig te accepteren.
De rechtbank verleent een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden, met ingang van de dag van de mondelinge beslissing. De noodzakelijke vormen van verplichte zorg omvatten het toedienen van medicatie, beperkingen in de vrijheid van de betrokkene en opname in een accommodatie. De rechtbank acht deze maatregelen evenredig en effectief om het ernstig nadeel af te wenden en de geestelijke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren. De beschikking is mondeling gegeven door rechter D.C.J. Peeck en schriftelijk uitgewerkt op 7 oktober 2020.