ECLI:NL:RBROT:2020:10587

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 september 2020
Publicatiedatum
23 november 2020
Zaaknummer
C/10/604364 / FA RK 20-7164
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voor een betrokkene met schizofrenie

Op 29 september 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. Het verzoekschrift, ingediend op 17 september 2020, bevatte onder andere een medische verklaring van een psychiater en een zorgplan. De mondelinge behandeling vond plaats op dezelfde datum, waarbij de betrokkene en zijn advocaat aanwezig waren. De officier van justitie was niet ter zitting verschenen.

De rechtbank oordeelde dat de betrokkene lijdt aan schizofrenie, wat leidt tot ernstig nadeel en risico's voor de veiligheid van anderen. Ondanks eerdere zorgmachtigingen was er geen bereidheid van de betrokkene om vrijwillige zorg te accepteren, wat de noodzaak voor verplichte zorg onderstreepte. De rechtbank heeft vastgesteld dat de voorgestelde vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het ernstig nadeel af te wenden en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar zijn.

De zorgmachtiging is verleend voor de duur van twaalf maanden, ingaande op de datum van de beschikking. De rechtbank heeft de maatregelen voor verplichte zorg vastgesteld, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is mondeling gegeven door rechter F.J. Koningsveld en schriftelijk uitgewerkt op 5 oktober 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/604364 / FA RK 20-7164
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 29 september 2020 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende aan de [adres betrokkene] , [postcode betrokkene] te [woonplaats betrokkene] ,
thans verblijvende in GGZ Delfland, locatie [naam locatie] te Rotterdam,
advocaat mr. S.R. Kwee te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 17 september 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam psychiater] , psychiater, van 10 september 2020;
  • het zorgplan van 27 augustus 2020;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • de relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens van betrokkene.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 29 september 2020.
Bij die gelegenheid zijn (overeenkomstig artikel 2 lid 1 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid) via beeld- en geluidverbinding gehoord:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam verpleegkundig specialist] , verpleegkundig specialist, verbonden aan GGZ Delfland.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Bij beschikking van deze rechtbank van 17 april 2020 is op grond van artikel 6:4 Wvggz een zorgmachtiging verleend tot en met 17 oktober 2020. Tijdig, te weten
17 september 2020 is onderhavig verzoek ingediend.
2.2.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofrenie.
2.3.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van, of het aanzienlijk risico op, ernstige psychische schade en maatschappelijke teloorgang. Bovendien is er de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Betrokkene is bekend met schizofrenie en hij is hiervoor al langdurig in zorg. Betrokkene is achterdochtig jegens hulpverleners en zijn denken is wijdlopig en associatief. Na afgifte van de vorige zorgmachtiging is het overlastgevend gedrag van betrokkene enige tijd verminderd. De laatste periode zijn er weer meerdere conflicten geweest. Zo heeft hij iemand in het gezicht gespuugd, zijn er agressie-incidenten, is hij verbaal dreigend naar de hulpverleners en maakt hij seksueel getinte opmerkingen naar vrouwelijke begeleiders. Ook heeft hij meerdere malen het UWV gebeld voor een baan terwijl hij definitief arbeidsongeschikt is.
2.4.
Om ernstig nadeel af te wenden heeft betrokkene verplichte zorg nodig.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn.
Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Uit het verleden is gebleken dat betrokkene medicatie weigert. De psychotische verschijnselen verergeren dan snel met daarbij verbale en fysieke agressie.
Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
  • het toedienen van medicatie, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis;
  • het beperken van de bewegingsvrijheid;
  • het insluiten;
  • het uitoefenen van toezicht op betrokkene;
  • het onderzoek aan kleding of lichaam;
  • het onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
  • het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
  • het opnemen in een accommodatie.
2.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.7.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van twaalf maanden met ingang van vandaag.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.5. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 29 september 2021.
Deze beschikking is op 29 september 2020 mondeling gegeven door mr. F.J. Koningsveld, rechter, in tegenwoordigheid van H.J. de Wit, griffier, en op 5 oktober 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.