Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
[adres verdachte] , [postcode verdachte] [woonplaats verdachte] ,
raadsman: mr. S.J. Jansen, advocaat te Amsterdam.
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 1 en 5 ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het onder 2, 3 en 4 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 277 dagen met aftrek
- met opdracht aan de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het uit te oefenen toezicht.
4..Waardering van het bewijs
De verdachte heeft ontkend de aangever met het mes te hebben willen doden of zwaar te verwonden. De vraag is dan ook of de verdachte met zijn handelen bewust de aanmerkelijke kans hierop heeft aanvaard.
5..Strafbaarheid feiten
2 openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen
3 poging tot zware mishandeling
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
28 september 2020, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
20 oktober 2020. Het rapport komt grotendeels overeen met het rapport van de Raad.
8..Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
€ 100,--. De benadeelde partij zal voor het overige niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, aangezien de bewijsstukken ter onderbouwing van de vordering ontbreken. Nader onderzoek naar de gegrondheid van de vordering en de omvang daarvan zou een uitgebreide nadere behandeling vereisen. De rechtbank is van oordeel dat de nadere behandeling van dit deel van de vordering een onevenredige belasting van het strafproces vormt. Dit deel van de vordering kan derhalve slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
€ 100,--, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht. Gelet op de jeugdige leeftijd van de verdachte zal hierbij geen gijzeling en vervangende jeugddetentie worden opgelegd.
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
voor de duur van 3 (drie) maanden;
€ 100,-- (zegge: honderd euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 31 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer 1] te betalen
€ 100,--(hoofdsom,
zegge: honderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
31 oktober 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening.