ECLI:NL:RBROT:2020:10414

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
9 oktober 2020
Publicatiedatum
17 november 2020
Zaaknummer
C/10/604414 / FA RK 20-7197
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voor een betrokkene met schizofrenie

Op 9 oktober 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden op verzoek van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene die lijdt aan schizofrenie en niet is verschenen tijdens de mondelinge behandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene, die bekend staat om zorgmijdend gedrag, verplichte zorg nodig heeft om ernstig nadeel te voorkomen. De rechtbank heeft de medische verklaring en andere relevante documenten in overweging genomen en geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de verzochte duur van twaalf maanden, met inachtneming van de noodzakelijke vormen van verplichte zorg. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A. Buizer en schriftelijk uitgewerkt op 13 oktober 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/604414 / FA RK 20-7197
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 9 oktober 2020 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [adres betrokkene] ,
advocaat mr. C.E. Willemsen te Gorinchem.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 18 september 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam 1] , psychiater, van 17 september 2020;
  • de zorgkaart van 9 september 2020;
  • het zorgplan van 14 september 2020;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 9 oktober 2020. Bij die gelegenheid zijn onder andere gehoord:
  • namens betrokkene de hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam 2] , psychiater, en
  • [naam 3] , maatschappelijk werker, beiden verbonden aan Yulius.
Betrokkene is niet verschenen en heeft meermalen tegen zijn advocaat gezegd dat hij niet wilde verschijnen. Aangezien de rechtbank momenteel geen thuisbezoeken aflegt en betrokkene duidelijk heeft gezegd dat hij niet naar de rechtbank zal komen, heeft de rechtbank besloten om de mondelinge behandeling toch voort te zetten.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Bij beschikking van deze rechtbank van 24 april 2020 is op grond van artikel 6:4 Wvggz een zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden. Tijdig, te weten op 18 september 2020, is onderhavig verzoek ingediend.
2.2.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofreniespectrum -en andere psychotische stoornissen.
2.3.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade, ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang, alsmede de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept.
Betrokkene is gediagnosticeerd met schizofrenie waarvoor hij is ingesteld op medicatie middels een depot. Betrokkene is bekend om zijn zorgmijdende gedrag en hij is in het verleden meerdere keren gedwongen opgenomen geweest vanwege medicatiestop. Betrokkene vertoonde dan achterdochtig, geagiteerd en overlastgevend gedrag. Daarnaast is betrokkene op die momenten niet in staat tot adequate zelfzorg.
2.4.
Om de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, heeft betrokkene verplichte zorg nodig.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn.
Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Betrokkene is van mening dat het goed met hem gaat en dat de medicatie niet nodig is. Betrokkene heeft veel weerstand tegen Yulius en wil geen bemoeienissen van hen. Om die reden is verplichte zorg nodig
.
2.6.
De rechtbank gaat ervan uit dat de wetgever heeft beoogd dat zorgverlening ter voorkoming van ernstig nadeel mogelijk moet zijn. Uit de toelichting van de wetgever blijkt dat in een zorgmachtiging sprake kan zijn van drie gradaties van verplichte zorg. Allereerst kan de reguliere verplichte zorg opgenomen worden in de zorgmachtiging waarvan de zorgverantwoordelijke steeds gebruik mag maken. Ten tweede kan in de zorgmachtiging worden opgenomen welke zorg in voorzienbare crisissituaties mag worden gegeven – niet te verwarren met verplichte zorg in noodsituaties. Verplichte zorg in noodsituaties komt immers op de derde plaats in het drietrapsmodel. Wanneer de zorgmachtiging niet in de noodzakelijke zorg voorziet, kan in noodsituaties verplichte zorg worden verleend voor drie dagen, waarna een wijzigingsverzoek kan worden gedaan door de officier. Per geval dient te worden beoordeeld welke verplichte zorg continu gegeven mag worden, welke zorg in crisissituaties gegeven mag worden en welke zorg niet wordt opgenomen in de zorgmachtiging en waar slechts in noodsituaties gebruik van mag worden gemaakt.
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Ter zitting verklaart de maatschappelijk werker dat het contact met betrokkene sporadisch en functioneel is. Door de zorgmachtiging komt betrokkene zijn depotmedicatie nog ophalen en zonder een machtiging zou hij dat niet doen. De psychiater verklaart dat de huidige medicatie voldoet bij inname. Betrokkene heeft duidelijk te kennen gegeven niet benaderd te willen worden door Yulius. Zonder zorgmachtiging en zonder medicatie zal het toestandsbeeld van betrokkene snel verslechteren met alle gevolgen van dien. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden.
‘Reguliere verplichte zorg’
De rechtbank acht de volgende vormen van reguliere verplichte zorg noodzakelijk gedurende twaalf maanden:
  • het toedienen van medicatie;
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen: in de ambulante setting afspraken nakomen met het FACT team.
‘Verplichte zorg in crisissituaties’
In crisissituaties mag binnen de komende acht maanden gebruik worden gemaakt van de volgende vormen van verplichte zorg:
  • het opnemen in een accommodatie:
  • het beperken van de bewegingsvrijheid: gekoppeld aan de opname.
In de volgende situaties mag van deze vormen van zorg gebruik worden gemaakt: wanneer betrokkene een depot mist; wanneer betrokkene in de thuissituatie echt niet meer te handhaven is; wanneer een uithuiszetting dreigt.
Als het gaat om opname geruime tijd nadat de zorgmachtiging is verleend, moet aan die vrijheidsbeneming een recente medische beoordeling ten grondslag liggen. Het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens verlangt altijd een onafhankelijk psychiatrisch onderzoek bij vrijheidsbeneming als deze. (zie de nadere uitleg in onder meer EHRM 24 september 1992, Herczegfalvy v. Austria, 10533/83, r.o. 63 en EHRM 5 oktober 2000, Varbanov v. Bulgaria, 31365/96, r.o. 47
.Over de huidige recente medische verklaring is de rechtbank van oordeel dat deze de komende acht maanden gebruikt kan worden. Hierbij speelt een grote rol dat de psychische situatie met het ziektebeeld van betrokkene al jaren stabiel is.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
2.7.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van twaalf maanden met ingang van vandaag.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.6. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 9 oktober 2021;
3.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 9 oktober 2020 mondeling gegeven door mr. A. Buizer, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier en op 13 oktober 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.