Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 180 uur, te vervangen door negentig dagen hechtenis indien de taakstraf niet naar behoren wordt verricht alsmede een gevangenisstraf voor de duur van één maand geheel voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11.. Beslissing
120 (honderdtwintig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
60 dagen;
€ 1.508,50 (zegge: duizend vijfhonderdacht euro en vijftig cent),bestaande uit € 758,50 aan materiële schade en € 750,= aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 11 juli 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 1.508,50(hoofdsom,
zegge: duizend vijfhonderdacht euro en vijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 juli 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien betaling uit blijft gijzeling kan worden toegepast voor maximaal 25 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;