ECLI:NL:RBROT:2019:9907

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 december 2019
Publicatiedatum
17 december 2019
Zaaknummer
10/682057-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontuchtige handelingen met minderjarige kleindochter door grootvader

In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 12 december 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een grootvader die zijn kleindochter, die toen 6 of 7 jaar oud was, gedurende bijna een jaar heeft blootgesteld aan seksuele handelingen. De verdachte heeft zijn ontblote penis betast in het bijzijn van zijn kleindochter, wat leidde tot een aanklacht van ontucht. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit, maar het subsidiair ten laste gelegde feit, namelijk het seksueel corrumperen van een minderjarige, is wettig en overtuigend bewezen verklaard. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn leeftijd, het feit dat hij niet eerder is veroordeeld en het lage recidiverisico. De rechtbank heeft besloten om geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, maar heeft in plaats daarvan een taakstraf van 180 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 30 dagen opgelegd, met bijzondere voorwaarden zoals een meldplicht en een behandelverplichting bij De Waag in Utrecht. De rechtbank heeft benadrukt dat dergelijke handelingen schadelijk zijn voor de seksuele ontwikkeling van jonge kinderen en dat de verdachte, als grootvader, een grote verantwoordelijkheid had om zijn kleinkinderen te beschermen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/682057-19
Datum uitspraak: 12 december 2019
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres: [adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsvrouw mr. H. Asal, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 28 november 2019.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M.L.M. Kuiper heeft gevorderd:
  • vrijspraak van het primair ten laste gelegde ontucht plegen met iemand jonger dan 16 jaar;
  • bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde seksueel corrumperen van iemand jonger dan 16 jaar;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van vier (4) maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan een (1) maand voorwaardelijk, met een proeftijd van drie (3) jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering, een behandeling zal volgen bij De Waag en geen contact zal (laten) opnemen met de minderjarigen [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] .

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak (primair ten laste gelegde)
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. Dat [naam slachtoffer 1] in haar studioverhoor heeft verteld dat de verdachte haar tussen haar benen heeft aangeraakt, is onvoldoende om tot een bewezenverklaring te kunnen komen. In het dossier is hiervoor namelijk geen steun te vinden en de verdachte ontkent stellig dat het gebeurd is. Bij die stand van zaken moet een vrijspraak volgen.
4.2.
Bewijswaardering (subsidiair ten laste gelegde)
Standpunt verdediging
De verdediging heeft vrijspraak van het subsidiair ten laste gelegde bepleit. De verdachte heeft zich weliswaar ontkleed en zijn penis aan [naam slachtoffer 1] getoond, maar hij heeft dit niet gedaan met een ontuchtig oogmerk. Voorts kan niet bewezen kan worden dat de verdachte [naam slachtoffer 1] heeft gevraagd of ze hem wilde betasten of dat de verdachte haar vagina heeft betast.
Beoordeling
De verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting bekend dat hij meermaals zijn ontblote penis in het bijzijn van zijn kleindochter [naam slachtoffer 1] heeft betast. Ook heeft hij verklaard dat [naam slachtoffer 1] in zijn gezichtsveld zat en dat [naam slachtoffer 1] heeft kunnen zien dat de verdachte met zijn penis zat te spelen om te kijken of hij hem (weer) overeind kreeg. Dit komt overeen met de verklaring van [naam slachtoffer 1] . Deze gedragingen van de verdachte, zoals die blijken uit de bewijsmiddelen, hadden naar de uiterlijke verschijningsvorm een ontuchtig oogmerk. De verklaring van de verdachte dat zijn penis stijf werd omdat hij jeuk had aan zijn schaamstreek omdat hij zijn schaamhaar had geschoren en dat hij zijn penis om die reden uit zijn broek haalde, acht de rechtbank ongeloofwaardig.
De rechtbank heeft niet de overtuiging dat de verdachte [naam slachtoffer 1] heeft gevraagd om hem te betasten en evenmin dat de verdachte de vagina van [naam slachtoffer 1] heeft betast. Daarvan zal de verdachte worden vrijgesproken.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat (met uitzondering van voornoemde onderdelen) het subsidiar ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen. Het bewijsverweer wordt dus verworpen.
4.3.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het subsidiair ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij in of omstreeks de periode 1 januari 2018 tot en met 18 november 2018 te Gorinchem, althans in Nederland, een persoon, van wie hij wist dat deze de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, met ontuchtig oogmerk ertoe heeft bewogen getuige te zijn van seksuele handelingen, immers heeft verdachte meermalen, in het zicht en ten overstaan van [naam slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2011,
- zich gedeeltelijk ontkleed en
- zijn, verdachtes, penis getoond aan die [naam slachtoffer 1] en
- zichzelf betast bij/aan zijn penis.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.

5.Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
een persoon, van wie hij weet dat deze de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt, met ontuchtig oogmerk ertoe bewegen getuige te zijn van seksuele handelingen, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het feit is dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straffen

7.1.
Algemene overweging
De straffen die aan de verdachte worden opgelegd, zijn gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feit waarop de straffen zijn gebaseerd
De verdachte heeft gedurende nagenoeg een jaar, zijn kleindochter, die toen 6 of 7 jaar oud was, getuige laten zijn van het ontbloten van zijn penis, terwijl hij op dat moment zijn penis betaste. Dit gebeurde meerdere keren toen de verdachte op haar moest passen bij hem thuis en hij de zorg over haar had. De verdachte heeft dit gedaan om zijn seksuele behoeften, namelijk het proberen te krijgen van een erectie, te kunnen bevredigen. Daarmee heeft de verdachte absoluut geen rekening gehouden met de belangen en gevoelens van zijn minderjarige kleindochter. Zelfs als zijn kleindochter te kennen gaf dit niet prettig te vinden, zoals ook de verdachte heeft gezien volgens zijn eigen verklaring bij de politie en op zitting, is hij doorgegaan met dit ontuchtige gedrag. Dergelijke handelingen kunnen een ongewenste en schadelijke invloed hebben op de seksuele ontwikkeling van jonge kinderen, reden waarom kinderen van deze leeftijd hiertegen moeten worden beschermd. Juist van de verdachte, haar opa met wie de minderjarige en haar ouders een vertrouwensband hadden, mag worden verwacht dat hij in zijn contacten met zijn kleinkinderen een grote mate van zorgvuldigheid in acht neemt, waarbij de verdachte zich bewust is van de gevolgen van seksueel grensoverschrijdend gedrag in de richting van jonge kinderen.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
6 november 2019, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt. Dit rapport houdt het volgende in. De verdachte heeft in januari 2019 de intake bij De Waag in Utrecht gehad. In de behandeling wordt vooral gezocht naar factoren die meegespeeld (kunnen) hebben in zijn seksueel grensoverschrijdende gedrag om zo meer zicht te krijgen op mogelijke risico's en het voorkomen ervan. Daarnaast speelt er veel in zijn relatie waar ook tijdens de behandeling aan gewerkt gaat worden. De verdachte heeft nog veel werk te verzetten in de behandeling voordat hij de antwoorden op zijn vragen krijgt. Het risico op recidive wordt ingeschat als laag.
De reclassering adviseert om de verdachte een deels voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, een behandelverplichting en een contactverbod op te leggen.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van het feit kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Anders dan geëist, zal de rechtbank daarvan echter afzien. Zij kent daarbij gewicht toe aan de leeftijd van de verdachte, het feit dat hij niet eerder voor strafbare feiten is veroordeeld en het lage recidiverisico. De rechtbank acht een forse taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf meer passend en geboden.
In het rapport van de reclassering wordt aanleiding gezien om aan die voorwaardelijke straf de hierna te noemen bijzondere voorwaarden te verbinden. Het voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
De rechtbank zal, zoals gevorderd door de officier van justitie en anders dan geadviseerd door de reclassering, een proeftijd opleggen voor de duur van drie jaren. Hierbij is gelet op de te verwachte stappen tijdens de behandeling bij De Waag en de zekerheid voor het slachtoffer om de komende drie jaar niet ongewenst geconfronteerd te hoeven worden met de verdachte. De rechtbank acht een contactverbod met [naam slachtoffer 1] en haar broertje [naam slachtoffer 2] aangewezen.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, en 248d van het Wetboek van Strafrecht.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte het subsidiair ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) dagen,
bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 3 (drie) jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarden:
1. de veroordeelde zal op geen enkele wijze contact (laten) opnemen, zoeken of hebben met zijn kleinkinderen [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] , gedurende de proeftijd;
2. de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt;
3. de veroordeelde zal zich onder ambulante behandeling stellen van De Waag Utrecht of een soortgelijke zorgverlener voor zijn (seksuele) problematiek, gedurende de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering in overleg met de behandelaar van De Waag verantwoord vindt; de veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag, zodat na deze aftrek
176 (honderdzesenzeventig) urente verrichten taakstraf resteert;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
88 dagen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. V.F. Milders, voorzitter,
en mrs. J. de Lange en K. Hara, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. I.C.M.A. Bals, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 12 december 2019.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 1 januari 2017 tot en
met 18 november 2018
te Gorinchem, althans in Nederland,
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, een aan zijn, verdachtes,
zorg, opleiding of waakzaamheid toevertrouwde minderjarige,
te weten [naam slachtoffer 1] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2011), buiten echt ontuchtige
handelingen heeft gepleegd, namelijk het meermalen, althans eenmaal,
- zich geheel of gedeeltelijk ontkleden en/of
- tonen van zijn, verdachtes, penis aan die [naam slachtoffer 1] en/of
- betasten van zijn, verdachtes, penis, en/of hierbij aan die [naam slachtoffer 1] vragen of
zij hem wilde betasten en/of
- het betasten van en/of strelen over de vagina van die [naam slachtoffer 1] ;
Subsidiair, voorzover het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode
1 januari 2017 tot en met 18 november 2018
te Gorinchem, althans in Nederland,
een persoon, van wie hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de
leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, met ontuchtig oogmerk ertoe
heeft bewogen getuige te zijn van seksuele handelingen,
immers heeft verdachte meermalen, althans eenmaal (telkens) in het zicht en/of
ten overstaan van [naam slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2011,
- zich geheel of gedeeltelijk ontkleed en/of
- zijn, verdachtes, penis getoond aan die [naam slachtoffer 1] en/of
- zichzelf betast bij/aan zijn penis, en/of hierbij aan die [naam slachtoffer 1] gevraagd of
zij hem wilde betasten en/of (hierbij)
- de vagina van die [naam slachtoffer 1] betast.