Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- het verzoekschrift met bijlagen van de vrouw en de dochter, ingekomen op
- het verweerschrift tevens zelfstandig verzoekschrift met bijlagen van de man, ingekomen op 26 april 2019;
- de brief met bijlagen van de man van 17 oktober 2019;
- de brief met bijlagen van de man van 18 oktober 2019;
- de brief met bijlage van de vrouw en de dochter van 23 oktober 2019.
2.De vaststaande feiten
[naam kind 1] , geboren op [geboortedatum kind 1] te [geboorteplaats kind 1] .
3.De beoordeling
Daarnaast overweegt de rechtbank dat het gezinsinkomen van partijen tijdens het huwelijk bovengemiddeld was en dat de overeengekomen kinderbijdrage ook aan de hoge kant is. Partijen zijn in het ouderschapsplan verder overeengekomen om kosten met betrekking tot de minderjarigen, waaronder hobby’s (tennis, theater, zangles etc.), school, boekengeld, schoolkamp, medische zorg, tandarts, reiskosten in verband met een verplichte (studie)stage, orthodontie, steunzolen, logopedie, kosten die niet gedekt worden door de ziektekostenverzekering, naar rato van inkomen c.q. draagkracht te voldoen. Deze opsomming is niet limitatief en toont opnieuw aan dat partijen veel kosten van de kinderen hebben willen dekken.
- Huur € 625,-;
- Studie per maand € 150,- per maand;
- Collegegeld per maand € 172,- per maand;
- Introductie EUR € 85,-;
- Introductie IBCOM € 55,-;
- Exchangepro € 50,-;
- Inrichting € 85,-.
- Huur € 500,- per maand;
- Studie per maand € 150,- per maand;
- Collegegeld per maand € 172,- per maand;
- Introductie EUR € 7,- per maand;
- Introductie IBCOM € 5,- per maand;
- Exchangepro € 4,- per maand;
- Inrichting € 7,- per maand.
€ 95.514,- gedeeld door het inkomen van partijen samen (€ 135.611,-) = 70,4 %