In deze zaak heeft de kantonrechter op 5 november 2019 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en [verweerster]. [Verzoeker], die een agenturenhandel drijft, heeft verzocht de arbeidsovereenkomst met [verweerster] te ontbinden op grond van een verstoorde arbeidsverhouding. [Verweerster] was sinds 1 september 2012 in dienst als verkoopster, maar de relatie met haar collega's was sinds eind 2017 stroef. Ondanks pogingen van [verzoeker] om de situatie te verbeteren, heeft hij onvoldoende inspanningen geleverd om de stroeve verhoudingen op te lossen en heeft hij geen adequate re-integratie-inspanningen verricht na de ziekmelding van [verweerster]. De kantonrechter oordeelde dat de arbeidsverhouding ernstig en duurzaam verstoord was, maar dat dit niet aan [verweerster] kon worden verweten. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 januari 2020 en heeft [verweerster] recht gegeven op een transitievergoeding van € 2.814,00 en een billijke vergoeding van € 5.000,00. De kantonrechter heeft ook de wettelijke rente over beide vergoedingen toegewezen en de proceskosten gecompenseerd.