ECLI:NL:RBROT:2019:8602

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
2 juli 2019
Publicatiedatum
1 november 2019
Zaaknummer
10/681028-18
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing jeugdstrafrecht en vrijspraak in ontuchtzaak met minderjarige

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 2 juli 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van ontucht met een minderjarige. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de feiten 1, 3 en 4, en heeft een partiële vrijspraak uitgesproken voor de feiten 2 en 5. De verdachte is schuldig verklaard voor de bewezenverklaring van de feiten 2 en 5, waarbij hij ontuchtige handelingen heeft gepleegd met een persoon beneden de zestien jaar. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is, mede door een psychotrauma stoornis als gevolg van eigen misbruik. De rechtbank heeft besloten geen straf of maatregel op te leggen, omdat de verdachte zijn behandeling succesvol heeft afgerond en de ouders van het slachtoffer vooral belang hechten aan behandeling in plaats van straf. De rechtbank heeft de toepassing van het jeugdstrafrecht overwogen, gezien de leeftijd van de verdachte ten tijde van de feiten. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verdachte geen straf of maatregel hoeft te ondergaan, omdat de behandeling effect heeft gehad en recidivegevaar niet wordt gezien.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team jeugd
Parketnummer: 10/681028-18
Datum uitspraak: 2 juli 2019
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] 1999 ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsvrouw: mr. W. van der Voet, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de besloten terechtzitting van 18 juni 2019.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M.L.M. Kuiper heeft gevorderd:
  • vrijspraak van het onder 1, 3 en 4 ten laste gelegde en partiële vrijspraak van het onder 2 en 5, eerste gedachtestreepje, ten laste gelegde;
  • bewezenverklaring van het onder 2 en 5, tweede en derde gedachtestreepje, ten laste gelegde;
  • toepassing van het jeugdstrafrecht voor het deel van de tenlastegelegde periode waarin de verdachte reeds meerderjarig was;
  • veroordeling van de verdachte tot een jeugddetentie voor de duur van twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.

4.Waardering van het bewijs

4.1. (
(Partiële) vrijspraak zonder nadere motivering
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het onder 1, 3 en 4 ten laste gelegde en het onder 2 en 5 ten laste gelegde, voor zover het betreft de penetratie (eerste gedachtestreepje), niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.
4.2.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Het onder 2 en 5, tweede en derde gedachtestreepje, ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.3.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en nadien geen vrijspraak is bepleit. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 en 5 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
2.
hij op tijdstippen in de periode 1 januari 2017 tot en met
25 september 2017 te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee, met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd, namelijk het meermalen
- laten betasten en aftrekken van zijn, verdachtes penis en
- betasten en aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] .
5.
hij op tijdstippen in de periode 26 september 2017 tot en met
2 januari 2018 te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee, met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd, namelijk het meermalen
- laten betasten en aftrekken van zijn, verdachtes penis en
- betasten en aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] .
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:

2.en 5.

Met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering schuldig verklaring zonder oplegging van straf

7.1.
Algemene overweging
De verdachte heeft met een visvriendje dat veel jonger was dan hij, ontucht gepleegd. Hij heeft de jongen die toen 11 en later 12 jaar oud was, meerdere keren afgetrokken, en liet zich ook door hem aftrekken. Dit heeft zich gedurende de periode van een jaar, meerdere keren voorgedaan. De verdachte heeft daarmee een ernstige inbreuk gemaakt op de integriteit van het slachtoffer. Met het ongeclausuleerde verbod op het plegen van ontuchtige handelingen met personen onder de zestien jaar, heeft de wetgever jeugdige personen in bescherming willen nemen tegen het ondergaan van ontuchtige handelingen. Op de ander – in dit geval een (bijna) volwassen jongen/man van eerst 17 en later 18 jaar oud – rust de verantwoordelijkheid zich van dergelijke strafbare handelingen te onthouden. De verdachte heeft daarin verzaakt en dit rekent de rechtbank de verdachte aan.
7.2.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.2.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 24 mei 2019, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
7.2.2.
Rapportages en verklaringen van deskundigen op de terechtzitting
GZ-psycholoog drs. M. van Heteren heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 14 augustus 2018. Dit rapport houdt voor zover van belang het volgende in.
Bij de verdachte is sprake van een ziekelijke stoornis, in die zin dat hij aan een psychotrauma stoornis lijdt ten gevolge van eigen misbruik. De verdachte heeft last van flashbacks aan het eigen misbruik, kan het de dader niet vergeven en heeft via ‘re-enactment’ aan een ander, in dit geval het visvriendje, herhaald wat hem zelf is overkomen. Dit ‘turning passive into active’, waarbij onmacht wordt omgezet in macht, heeft het doel een persoonlijk evenwicht te herstellen - met een tegengesteld effect. Geadviseerd wordt het ten laste gelegde de verdachte verminderd toe te rekenen. Er zijn geen argumenten gelegen in de persoonlijkheid en/of ontwikkeling van de verdachte die aanleiding geven het meerderjarigenstrafrecht toe te passen. Geadviseerd wordt een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarde dat de verdachte meewerkt aan ambulante behandeling bij de forensische polikliniek De Waag.
De Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 28 februari 2019. Dit rapport houdt het volgende in.
Inmiddels is de verdachte gestart met een zeden behandelprogramma bij de forensische polikliniek De Waag. Hierin is aandacht geweest voor zowel zijn eigen misbruik als de seksuele identiteitsontwikkeling en het ten laste gelegde strafbare feit. De Waag heeft laten weten dat de verdachte hierin positieve stappen heeft gezet. Gezien het functioneren van de verdachte binnen de drie leefgebieden thuis, school en vrije tijd, is de Raad van mening dat het niet in zijn belang is dat nu een onvoorwaardelijke straf in de vorm van een detentie en/of taakstraf wordt opgelegd. De Raad schat het risico op recidive in als laag en adviseert een voorwaardelijke straf op te leggen, met als bijzondere voorwaarde dat de verdachte meewerkt aan de reeds gestarte behandeling bij De Waag.
De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (hierna: JBRR) heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 12 juni 2019. Dit rapport houdt het volgende in.
De verdachte is een first offender. Hij staat open voor hulpverlening en werkt mee aan het traject. De ouders van de verdachte zijn zeer betrokken en de verdachte heeft veel baat bij de ondersteuning van zijn ouders. Op 2 mei 2019 heeft de verdachte de behandeling bij De Waag positief afgerond. Hij heeft grote stappen gezet in zijn ontwikkeling en de doelen binnen de therapie zijn behaald. JBRR schat het risico op recidive in als laag en refereert zich aan het oordeel van de rechtbank, nu geen passend strafadvies kan worden geformuleerd wegens het ontbreken van zorgen.
Mevrouw [naam] van JBRR heeft ter zitting medegedeeld dat de verdachte momenteel voldoende steun krijgt. De verdachte is gegroeid in zijn sociaal-emotionele ontwikkeling en er is sprake van een zinvolle dagbesteding. Vanuit De Waag is een veiligheidsplan opgesteld. In het voortzetten van de begeleiding door JBRR wordt geen meerwaarde gezien.
7.3.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Toepassing van het jeugdstrafrecht
Krachtens artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht, kan de rechtbank – ten aanzien van een verdachte die ten tijde van het begaan van een strafbaar feit de leeftijd van 18 jaren doch niet die van 23 jaren heeft bereikt – recht doen overeenkomstig de artikelen 77g tot en met 77gg, indien de rechtbank daartoe grond vindt in de persoonlijkheid van de dader of in de omstandigheden waaronder het feit is begaan.
De rechtbank stelt vast dat onder feit 2 en feit 5 de verdachte hetzelfde verwijt wordt gemaakt, maar dat verdachte in de periode van feit 5, de leeftijd van 18 jaren had bereikt. Gelet op de genoemde rapportages, de gegeven adviezen en de geschetste persoonlijkheid van de verdachte, zal de rechtbank ten aanzien van het onder feit 5 bewezenverklaarde op grond van artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht het jeugdstrafrecht toepassen.
Toerekeningsvatbaarheid
Nu de conclusie van de psycholoog gedragen wordt door de bevindingen en door hetgeen ook overigens op de terechtzitting is gebleken, neemt de rechtbank die conclusie over en maakt die tot de hare. Bij de verdachte bestond tijdens het begaan van de feiten een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens in verband waarmee hij in verminderde mate toerekeningsvatbaar wordt geacht.
Geen straf of maatregel
Gezien de ernst van de feiten zou daarop in beginsel met een straf dienen te worden gereageerd. Gelet echter op de tijd die inmiddels is verstreken, alsmede op de omstandigheid dat de verdachte zijn behandeling reeds volledig heeft afgerond en dat deze behandeling bijzonder geschikt en effectief is gebleken, dient het thans opleggen van een straf, ook van een voorwaardelijke straf met (algemene en/of bijzondere) voorwaarden, naar het oordeel van de rechtbank geen redelijk doel meer.
De rechtbank heeft hierbij meegewogen dat door het slachtoffer en diens ouders is aangegeven dat zij vooral van belang vinden dat behandeling plaatsvindt om recidive te voorkomen, en dat het ze niet te doen is om afstraffing van de verdachte.
Doordat de vervolging heeft plaatsgevonden heeft de verdachte de meest geschikte behandeling gekregen. De verdachte heeft grote stappen gemaakt in zijn sociaal-emotionele ontwikkeling, hij heeft zijn eigen misbruik kunnen verwerken, en recidivegevaar wordt niet gezien. Verdere begeleiding door de jeugdreclassering heeft geen meerwaarde.
De rechtbank zal de verdachte dan ook schuldig verklaren, maar verdachte, gelet op het hiervoor overwogene, geen straf of maatregel opleggen.

8.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

9.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte de onder 1, 3 en 4 ten laste gelegde feiten en het eerste gedachtestreepje zoals onder 2 en 5 is ten laste gelegd, heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 2 en 5, tweede en derde gedachtestreepje, ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
bepaalt dat ten aanzien van de onder 2 en 5 bewezenverklaarde feiten geen straf of maatregel wordt opgelegd;
heft op het - geschorste - bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. M. de Geus, voorzitter, tevens kinderrechter,
en mrs. W.J. Geurts-de Veld en H. Benaissa, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. L.E. van Damme, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 2 juli 2019.
De oudste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 1 januari 2015 tot en met 25 september 2017
te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee,
met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren, te weten met [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), handelingen heeft gepleegd die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het meermalen, althans eenmaal
- brengen en/of houden van zijn, verdachtes, penis in de anus, althans tussen de billen van die [naam slachtoffer] en/of
- laten betasten en/of aftrekken van zijn, verdachtes penis en/of
- betasten en/of aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] ;
2.
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 1 januari 2015 tot en met 25 september 2017
te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee,
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd, namelijk het meermalen, althans eenmaal
- brengen en/of houden van zijn, verdachtes, penis in de anus, althans tussen de billen van die [naam slachtoffer] en/of
- laten betasten en/of aftrekken van zijn, verdachtes penis en/of
- betasten en/of aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] ;
3.
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 26 september 2017 tot en met 20 oktober 2017
te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee,
met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren, te weten met [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), handelingen heeft gepleegd die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het meermalen, althans eenmaal
- brengen en/of houden van zijn, verdachtes, penis in de anus, althans tussen de billen van die [naam slachtoffer] en/of
- laten betasten en/of aftrekken van zijn, verdachtes penis en/of
- betasten en/of aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] ;
4.
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode [geboortedatum slachtoffer] 2017 tot en met 2 januari 2018
te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee,
met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien had bereikt, te weten met [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het meermalen, althans eenmaal
- brengen en/of houden van zijn, verdachtes, penis in de anus, althans tussen de billen van die [naam slachtoffer] en/of
- laten betasten en/of aftrekken van zijn, verdachtes penis en/of
- betasten en/of aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] ;
5.
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 26 september 2017 tot en met 2 januari 2018
te Dirksland, gemeente Goeree-Overflakkee,
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] 2005), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd, namelijk het meermalen, althans eenmaal
- brengen en/of houden van zijn, verdachtes, penis in de anus, althans tussen de billen van die [naam slachtoffer] en/of
- laten betasten en/of aftrekken van zijn, verdachtes penis en/of
- betasten en/of aftrekken van de penis van [naam slachtoffer] .