ECLI:NL:RBROT:2019:8324
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak tegen verdachte wegens mishandeling van kinderen
Op 3 september 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in Suriname, die werd beschuldigd van mishandeling van twee kinderen die zij verzorgde. De zaak werd behandeld in een meervoudige kamer voor strafzaken. Tijdens de terechtzitting op 20 augustus 2019 werd het bewijs tegen de verdachte besproken. De officier van justitie, mr. B.M.M. Zonneveld, eiste vrijspraak van het ten laste gelegde. De rechtbank heeft, na beoordeling van het bewijs, geconcludeerd dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. De rechtbank heeft de verdachte dan ook vrijgesproken zonder nadere motivering. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. V.E. Scholtens, en is openbaar uitgesproken. De rechtbank heeft in haar beslissing de tenlastelegging en de bijlagen in acht genomen, maar heeft vastgesteld dat de verdachte niet schuldig is aan de beschuldigingen van mishandeling van de kinderen.