ECLI:NL:RBROT:2019:8324

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
3 september 2019
Publicatiedatum
24 oktober 2019
Zaaknummer
10/010594-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in strafzaak tegen verdachte wegens mishandeling van kinderen

Op 3 september 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in Suriname, die werd beschuldigd van mishandeling van twee kinderen die zij verzorgde. De zaak werd behandeld in een meervoudige kamer voor strafzaken. Tijdens de terechtzitting op 20 augustus 2019 werd het bewijs tegen de verdachte besproken. De officier van justitie, mr. B.M.M. Zonneveld, eiste vrijspraak van het ten laste gelegde. De rechtbank heeft, na beoordeling van het bewijs, geconcludeerd dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. De rechtbank heeft de verdachte dan ook vrijgesproken zonder nadere motivering. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. V.E. Scholtens, en is openbaar uitgesproken. De rechtbank heeft in haar beslissing de tenlastelegging en de bijlagen in acht genomen, maar heeft vastgesteld dat de verdachte niet schuldig is aan de beschuldigingen van mishandeling van de kinderen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/010594-19
Datum uitspraak: 3 september 2019
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] (Suriname) op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. G.E. Toxopeus, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 20 augustus 2019.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. B.M.M. Zonneveld heeft gevorderd:
- vrijspraak van het ten laste gelegde.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak zonder nadere motivering
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.

5.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M.G. van de Kragt, voorzitter,
en mrs. M.J.M. van Beckhoven en D.I. Hendriks-van Wel, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. V.E. Scholtens, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 3 september 2019.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
zij in of omstreeks de periode van 1 mei 2017 tot en met 23 november
2017 te Rotterdam
een of meer kinderen die zij verzorgt of opvoedt als behorend tot haar
gezin, te weten [naam kind 1] (geboren [geboortedatum kind 1] 2007) en/of [naam kind 2]
(geboren [geboortedatum kind 2] 2004)
heeft mishandeld door
- die [naam kind 1] bij de oren beet te pakken en/of vervolgens in de
oren te knijpen en/of de oren om te draaien
en/of
- die [naam kind 2] met vlakke hand op/tegen het gezicht, althans het
lichaam te slaan;
(art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 304 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)