2.14.Bij e-mailbericht van 24 oktober 2018 heeft de advocaat van het Havenbedrijf, vooruitlopend op een op 29 oktober 2018 gepland gesprek, de advocaat van [eiser] onder meer bericht:
Cliënte heeft gemeend om uw cliënt ter voorbereiding op het gesprek dit schrijven vooraf te doen toekomen, omdat zij op basis van het rapport van KPMG (‘Rapport’) en hetgeen cliënte de afgelopen periode ook zelf heeft geconstateerd, moet vaststellen dat een terugkeer van uw cliënt op de werkvloer niet meer aan de orde is. Wat cliënte betreft zal het bovengenoemde gesprek dan ook ten doel hebben om te onderzoeken of partijen de tussen hen bestaande arbeidsovereenkomst in goed onderling overleg kunnen beëindigen. Cliënte licht een en ander toe.
Op grond van het Rapport stelt cliënte vast dat uw cliënt de taken en verantwoordelijkheden uit hoofde van zijn functie in ernstige mate heeft veronachtzaamd met alle schadelijke gevolgen voor cliënte van dien. Uw cliënt heeft – zonder ook maar enige vorm van controle – prestatieverklaringen afgegeven op grond waarvan de (valse) facturen van FMS Group B.V. (‘FMS’) door cliënte zijn betaald, terwijl FMS hiervoor geen enkele tegenprestatie heeft geleverd aan cliënte. Daarnaast heeft uw cliënt meerdere keren niet het reguliere proces gevolgd terzake het aanmaken van een aanvraag tot betaling (‘ATB’) FMS betreffende.
Van uw cliënt had cliënte – mede gezien zijn functieniveau en de verantwoordelijkheden die
zij hem uit dien hoofde heeft toevertrouwd — mogen verwachten dat hij kritischer zou zijn
geweest ten aanzien van de betreffende betalingen aan FMS, althans in ieder geval enige
vorm van controle had toegepast op deze betalingen. In plaats daarvan heeft uw cliënt
klakkeloos ATB’s en Purchase Orders (‘PO’s’) laten aanmaken en prestatieverklaringen afgegeven aan de heer [naam 1] . Cliënte acht dat – mede gegeven de gevolgen hiervan – ernstig verwijtbaar, ook gezien het feit uw cliënt verder nooit (voorlopige) PO’s of prestatieverklaringen heeft laten aanmaken op verzoek van [naam 1] , waarbij die vervolgens door [naam 1] aan de leverancier zelf (i.c. FMS) werden verstrekt.
Uit het Rapport volgt dat uw cliënt zich ‘verschuilt’ achter het feit dat [naam 1] zijn leidinggevende was en hij op verzoek van [naam 1] de verwijtbare handelingen heeft verricht. Daarmee gaat uw cliënt echter volledig voorbij aan zijn eigen verantwoordelijkheid. Juist uw cliënt, die al meer dan tien jaar werkzaam is in de functie van Contractmanager, althans [naam functie] , en die uit dien hoofde heeft te controleren op de naleving van de afgesproken contractuele kaders, had om onderliggende stukken moeten vragen, alvorens ATB’s te laten aanmaken respectievelijk PO’s en prestatieverklaringen af te geven. Dit geldt des te meer nu de betalingen zagen op de inhuur van personen. 1n een dergelijk geval dienen (in ieder geval) urenbriefjes te worden overgelegd door de betreffende leverancier, zodat de inzet van de betreffende personen en het aantal uren kan worden gecontroleerd. In het geval van (de betalingen aan) FMS ontbraken deze urenbriefjes.
Naast het feit dat uw cliënt een kwalijke en ernstig verwijtbare rol heeft gehad rondom de
facturatie aan FMS, als gevolg waarvan cliënte voor bijna een half miljoen euro aan onverschuldigde betalingen heeft verricht aan FMS, heeft cliënte op basis van het Rapport ook vastgesteld dat uw cliënt op oneigenlijke wijze is omgegaan met de aan hem ter beschikking gestelde (zakelijke) creditcard en dat uw cliënt in het bezit is geweest van een grote hoeveelheid hardware – cliënte in eigendom toebehorende – die niet volgens het reguliere, bij cliënte geldende (inkoop-/aanschaf)proces is besteld c.q. is aangeschaft en waarvan het merk/model – veelal Apple – afwijkt van het standaardmerk/-model (HP en Dell) dat bij cliënte is voorgeschreven en wordt gebruikt.
Op grond van het binnen de organisatie van cliënte toepasselijke beleid in relatie tot zakelijke creditcards, geldt dat uw cliënt als houder van de creditcard de verantwoordelijkheid draagt voor het gebruik van de creditcard en dat zijn lijnmanager – in onderhavige kwestie was dit [naam 1] – verantwoordelijk is voor het toezicht op dit gebruik. Uit het Rapport volgt dat uw cliënt de aan hem ter beschikking gestelde (zakelijke) creditcard meermaals heeft laten gebruiken door [naam 1] , waarna [naam 1] de betreffende (eigen) uitgaven – in zijn hoedanigheid van lijnmanager en leidinggevende van uw cliënt — heeft goedgekeurd. Hierdoor is de gebruikelijke autorisatieprocedure omzeild en heeft er geen controle kunnen plaatsvinden (door de leidinggevende van [naam 1] ) op de rechtmatigheid van de betreffende uitgaven. Ook hiervoor geldt dat cliënte – mede gezien het functieniveau van uw cliënt – had mogen verwachten dat uw cliënt zich had onthouden van het ter beschikking stellen van de creditcard aan [naam 1] . Uw cliënt wist, althans behoorde te weten, dat daarmee de autorisatieprocedure werd omzeild en dat er daardoor geen vorm van controle plaatsvond op de uitgaven door [naam 1] gedaan. Cliënte acht dit verwijtbaar.
Wat betreft de grote hoeveelheid – door uw cliënt met middelen van cliënte aangeschafte – hardware die uw cliënt in zijn bezit had en die zich op het woonadres van uw cliënt bevond,
gaf uw cliënt ten tijde van het inleveren hiervan (op 18 juli 2018) – ten overstaan van mevrouw [naam 2] en de heer [naam 3] – aan dat hij “schoon schip” wilde maken. Dat impliceert op zijn minst dat uw cliënt zich ervan bewust was dat het niet in de haak was dat hij al deze producten (buiten het reguliere proces om en) op kosten van cliënte had aangeschaft en thuis in zijn bezit had. Anders had uw cliënt ook niet – eigener beweging – alle hardware ingeleverd bij cliënte. Uw cliënt heeft bovendien nagelaten een plausibele verklaring te geven voor het feit dat al deze producten op zijn woonadres aanwezig waren.
Naast voornoemde hardware is vastgesteld dat uw cliënt een iPhone X in zijn bezit had. Ook deze iPhone X is door u op kosten van cliënte buiten het reguliere – binnen de organisatie van cliënte geldende – (inkoop-/aanschaf)proces om besteld c.q. aangeschaft. Uit het Rapport volgt dat uw cliënt op 6 november 2017 twee iPhones X (rechtstreeks) bij hardware leverancier Scholten Awater heeft besteld. De factuur voor de twee iPhones X heeft uw cliënt in SAP geregistreerd onder vermelding van: “EGB: SA jaarorders div kabels”. Uw cliënt heeft voor de aanschaf en het bezit van de iPhone X geen enkele plausibele verklaring gegeven. Datzelfde geldt voor de feitelijk onjuiste omschrijving bij de SAP-registratie.
Naast de bevindingen uit het Rapport – die ieder voor zich, maar zeker ook in onderlinge
samenhang bezien, maken dat van cliënte niet kan worden gevergd het dienstverband met
uw cliënt voor te zetten – heeft cliënte de afgelopen periode ook zelf (dus in aanvulling op
de bevindingen uit het Rapport) moeten vaststellen dat uw cliënt niet op juiste wijze invulling heeft gegeven aan zijn functie. Zo is gebleken dat uw cliënt op diverse plekken in het gebouw van cliënte hardware en toebehoren had opgeslagen zonder enige vorm van registratie en zijn originele contracten c.q. formele documentatie ongeordend aangetroffen. En ook dat neemt cliënte uw cliënt uiterst kwalijk.
Conclusie
Tegen deze achtergrond, is een terugkeer van uw cliënt op de werkvloer uitgesloten. Uw
cliënt heeft naar het oordeel van cliënte op verschillende onderdelen (ernstig) verwijtbaar
gehandeld, dan wel nagelaten. Daarnaast heeft cliënte op grond van het Rapport en haar
eigen bevindingen – alles overwegende – de conclusie moeten trekken dat zij geen vertrouwen meer heeft in (een verdere samenwerking met) uw cliënt. Dit gebrek aan vertrouwen wordt bovendien breed gedragen binnen de organisatie van cliënte.