Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het vonnis in incident van 4 juli 2018 en de daaraan ten grondslag liggende processtukken;
- de brieven van de rechtbank van 22 augustus en 2 oktober 2018, waarbij partijen zijn opgeroepen voor een comparitie van partijen;
- de akte overleggen productie van 8 november 2018 van Zeeland Refinery;
- het proces-verbaal van de op 8 november 2018 gehouden comparitie van partijen;
- de aantekeningen ten behoeve van comparitie van partijen van 8 november 2018 van Zeeland Refinery;
- de brief van 22 november 2018 van Zeeland Refinery, naar aanleiding van het proces-verbaal;
- de conclusie van repliek tevens incidentele vordering ex artikel 843a Rv van 20 februari 2009, met producties;
- de incidentele conclusie tot voeging ex artikel 217 Rv van 20 februari 2019 van Klaus Kuhn;
- de conclusie van antwoord in het incident ex artikel 217 Rv van 20 maart 2019 van Zeeland Refinery;
- de conclusie van antwoord in het incident tot voeging van 20 maart 2019 van Burckhardt;
- de conclusie van antwoord in het incident ex artikel 843a Rv van 20 maart 2019 van Burckhardt, met een productie;
- de akte uitlaten productie van 17 april 2019 van Zeeland Refinery.
2.De beoordeling in het incident ex artikel 217 Rv
3.De beoordeling in het incident ex artikel 843a Rv
Bij de hoofdzaak en vrijwaringszaak gaat het om twee afzonderlijke procedures. Een van de gevolgen daarvan is dat eiser in de hoofdzaak geen recht heeft op stukken uit de vrijwaring. De processtukken van de in de vrijwaringsprocedure betrokken partijen hebben niet te gelden als bescheiden aangaande een rechtsbetrekking waarbij (ook) eiser in de hoofdzaak betrokken is. Het is bovendien nog maar zeer de vraag of processtukken überhaupt als "bescheiden" in de zin van artikel 843a Rv kunnen worden aangemerkt zodat ook om die reden de vordering niet kan worden toegewezen. Niettemin heeft Burckhardt zonder dat daartoe enige rechtsplicht bestaat een afschrift van de vrijwaringsdagvaarding overgelegd. De vrijwaringsdagvaarding is niet uitgebracht naar aanleiding van enig (intern) onderzoek dat Burckhardt naar de nitreerlaag heeft gedaan. Burckhardt heeft inderdaad onderzoek laten doen. De uitkomsten daarvan heeft zij bij conclusie van antwoord in het geding gebracht als Bijlage 50 bij het als productie 35 overgelegde rapport van SSC. Van enig ander onderzoek is geen sprake.
4.De beslissing
[1729;1407;3028]