Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 31 mei 2018, met producties;
- de aanvullende producties van 10 juli 2018, alsmede de akte houdende vermeerdering van eis van [eiseres] ;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie, met producties;
- het vonnis van 1 augustus 2018, waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens houdende akte vermeerdering van eis, met producties;
- de aanvullende producties van [Naam B.V.] ten behoeve van de comparitie van partijen d.d. 24 september 2018;
- de aanvullende producties van [eiseres] ten behoeve van de comparitie van partijen d.d. 25 september 2018;
- de aanvullende productie van [Naam B.V.] ten behoeve van de comparitie van partijen van 28 september 2018;
- het proces-verbaal van de gehouden comparitie van partijen op 2 oktober 2018;
- de akte uitlaten van partijen.
2.De vaststaande feiten
“Het gehuurde zal door of vanwege huurder uitsluitend worden bestemd om te worden gebruikt als winkelruimte voor de verkoop van vis, schaal- en schelpdieren”.Voorts is als voorwaarde opgenomen dat de huurder zich aan deze bestemming dient te houden. Aan overtreding van deze voorwaarde is een boete verbonden van € 1.000,00 per overtreding, te vermeerderen met € 250,00 voor iedere dag dat de overtreding voortduurt (artikel 9.5 van de huurovereenkomst).
3.De vordering in conventie en de grondslag daarvan
4.Het verweer in conventie
5.De vordering in reconventie
6.De beoordeling
"Telkens indien een uit hoofde van de huurovereenkomst door huurder verschuldigd bedrag niet prompt op de vervaldag is voldaan, verbeurt huurder aan verhuurder van rechtswege per kalendermaand vanaf de vervaldag van dat bedrag een direct opeisbare boete van 2% van het verschuldigde per kalendermaand waarbij elke ingetreden maand als een volle maand geldt, met een minimum van € 300,00 per maand."
7.De beslissing
13 februari 2019 om 14:30 uurschriftelijk dient uit te laten of, en zo ja op welke wijze, zij voornoemd bewijs wenst te leveren;