ECLI:NL:RBROT:2019:6696

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
31 juli 2019
Publicatiedatum
22 augustus 2019
Zaaknummer
10/025405-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van een verdachte in een straatroofzaak op basis van onvoldoende bewijs van herkenning

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 31 juli 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van straatroof. De officier van justitie had gevorderd dat de verdachte schuldig werd bevonden en een taakstraf van 150 uren zou krijgen, te vervangen door 75 dagen jeugddetentie. Het belangrijkste bewijs bestond uit herkenningen door twee verbalisanten op camerabeelden van de straatroof. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de kwaliteit van de beelden onvoldoende was om herkenbare, specifieke en onderscheidende persoonskenmerken vast te stellen. Dit gold ook voor personen die de verdachte kenden of hem vaker hadden gezien. De rechtbank benadrukte dat bij herkenningen behoedzaamheid moet worden betracht, vooral wanneer deze het voornaamste bewijsmiddel vormen. Aangezien er geen andere bewijsmiddelen waren die de verdachte konden verbinden aan de straatroof, concludeerde de rechtbank dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. De verdachte werd dan ook vrijgesproken van de beschuldigingen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/025405-19
Datum uitspraak: 31 juli 2019
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. H.L. Heemskerk, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 17 juli 2019.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. A. de Beer heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 150 uren, te vervangen door 75 dagen jeugddetentie.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Feiten 1 en 2 - Vrijspraak
4.1.1.
Standpunt van de officier van justitie
Twee verbalisanten hebben de verdachte op de camerabeelden van de straatroof herkend en dit is voldoende om tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde te komen.
4.1.2.
Beoordeling door de rechtbank
Bij de beoordeling van herkenningen staat steeds voorop dat daarbij behoedzaamheid dient te worden betracht. Dit geldt temeer wanneer de herkenning het voornaamste bewijsmiddel vormt, zoals dat in casu het geval is. Voor de beoordeling van de betrouwbaarheid van een herkenning aan de hand van camerabeelden of stills daarvan, is onder meer van belang wat de mate van kwaliteit van de beelden is en in hoeverre hierop voldoende duidelijke, specifieke en onderscheidende persoonskenmerken zichtbaar zijn. Ook is van belang onder welke omstandigheden en met welke frequentie de waarnemer de door hem herkende persoon eerder heeft gezien.
De rechtbank acht de foto’s en camerabeelden in het dossier niet van een dusdanige kwaliteit dat herkenbare, specifieke en onderscheidende persoonskenmerken zijn vast te stellen van de personen, die van zeer ver af te zien zijn. Ook niet door personen die de verdachte kennen of vaker hebben gezien. .
Om die reden en nu er geen andere bewijsmiddelen in de richting van de verdachte wijzen, vormen de herkenningen naar het oordeel van de rechtbank een te wankele basis voor een veroordeling. Er kan niet buiten gerede twijfel worden vastgesteld dat verdachte degene was die de straatroof heeft gepleegd.
4.1.3.
Conclusie
Het ten laste gelegde is niet wettig en overtuigend bewezen. De verdachte wordt daarvan vrijgesproken.

5.Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. D.L. Spierings, voorzitter,
en mrs. W.J.M. Diekman en C. Vogtschmidt, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. drs. M.R. Moraal, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste rechter is niet in staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1. hij op of omstreeks 6 augustus 2018 te Rotterdam omstreeks 01:30 uur,
in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, op de
openbare weg de Driemanssteeweg
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen
een of meer geldbedrag(en) (in totaal 230,00 euro), in elk geval enig
goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) toebehoorde, te weten aan [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] ,
heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] ,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan
zichzelf en/of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
door
- die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] achter na te lopen en/of op zeer korte afstand te
benaderen, en/of
- die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] (onverhoeds) een mes, althans een scherp en/of
puntig voorwerp te tonen en/of voor te houden en/of
- tegen die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] te zegen: "Geef me jullie telefoons
en paspoorten en portemonnee’s" en/of "het is beter als jullie mij niet
dwingen om jullie hiermee kwaad te doen" en/of "ik zou jullie hiermee
pijn doen als jullie niet mee werken", althans woorden van gelijke
dreigende aard of strekking, en/of (vervolgens)
- een of meer geldbedragen uit die portemonnee’s weg te nemen.
2. hij op of omstreeks 6 augustus 2018 te Rotterdam
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te
bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld
[naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een of meer
mobiele telefoon(s) (Apple iPhone 7), portemonnee’s en/of paspoort(en),
in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] ,
door
- die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] achter na te lopen en/of op zeer korte afstand te
benaderen, en/of
- die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] (onverhoeds) een mes, althans een scherp en/of
Puntig voorwerp te tonen en/of voor te houden en/of
- tegen die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] de volgende worden gezegd "Geef me
jullie telefoons en paspoorten en portemonnee’s" en/of "het is beter als jullie
mij niet dwingen om jullie hiermee kwaad te doen" en/of "ik zou jullie
hiermee pijn doen als jullie niet mee werken",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.