ECLI:NL:RBROT:2019:5924

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 mei 2019
Publicatiedatum
23 juli 2019
Zaaknummer
10/690100-12
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde met ernstige problematiek en hoog recidiverisico

Op 15 mei 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, die eerder was veroordeeld voor doodslag en verkrachting. De terbeschikkingstelling was gelast bij vonnis van 4 april 2013 en de termijn was aangevangen op 14 juni 2017. De rechtbank ontving op 15 april 2019 een vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling, welke op 15 mei 2019 werd behandeld. De ter beschikking gestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.C. Spigt, en een deskundige van de inrichting werden gehoord. Het advies van de inrichting, gedateerd 15 april 2019, stelde voor de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, gezien de ernstige problematiek van de ter beschikking gestelde, waaronder een autismespectrumstoornis en kenmerken van psychopathie. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen eiste dat de termijn van de terbeschikkingstelling werd verlengd. De rechtbank merkte op dat de ter beschikking gestelde nog aan het begin van zijn behandeling staat en dat er nog veel werk te verzetten is. De rechtbank besloot de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, met de hoop dat de ter beschikking gestelde zich blijft inzetten voor zijn behandeling.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10/690100-12
Datum uitspraak: 15 mei 2019
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, raadkamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van
[naam ter beschikking gestelde](de ter beschikking gestelde),
geboren te [geboorteplaats ter beschikking gestelde] op [geboortedatum ter beschikking gestelde] , (formeel) verblijvende in Fivoor Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden te Poortugaal (de inrichting),
raadsman mr. J.C. Spigt, advocaat te Rotterdam.

1.Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 4 april 2013 is - onder meer - de terbeschikkingstelling van [naam ter beschikking gestelde] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (hierna: dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van doodslag en verkrachting. De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 14 juni 2017.

2.Procesverloop

De rechtbank heeft op 15 april 2019 van het openbaar ministerie een vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling ontvangen (artikel 38d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht). Bij die vordering zijn de daarbij vereiste stukken gevoegd.
De vordering is op de openbare zitting van 15 mei 2019 behandeld. De officier van justitie, mr. J.B. Berton, de ter beschikking gestelde, bijgestaan door zijn raadsman, en als deskundige [naam deskundige] , werkzaam bij de inrichting, zijn gehoord.

3.Advies

Advies inrichting
Het advies gedateerd 15 april 2019 luidt de termijn van de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van een autismespectrumstoornis en tevens van kenmerken van psychopathie. De ernstige problematiek van de ter beschikking gestelde houdt verband met het indexdelict en is nog actueel. Het recidiverisico is hoog, ook binnen het huidige kader.

4.Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en zijn raadsman hebben zich niet verzet tegen verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.

5.Beoordeling

Op grond van het advies van de inrichting komt de rechtbank tot de volgende oordelen:
- Er is nog steeds sprake van een gebrekkige ontwikkeling van en/of ziekelijke stoornis in de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
- De veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd.
De rechtbank stelt vast dat de ter beschikking gestelde nog aan het begin van zijn behandeling staat en dat daarin nog een heel traject te gaan is. Er moet worden gewerkt aan het omgaan met boosheid en spanningen en de factoren die gerelateerd zijn aan het indexdelict moeten nog nader worden onderzocht. Verder zal in diagnostische zin nog verder onderzoek moeten plaatsvinden. De vordering zal daarom worden toegewezen. Positief is dat de ter beschikking gestelde zich meewerkend opstelt en zich goed inzet voor de behandeling. De rechtbank spreekt de hoop uit dat de ter beschikking gestelde deze lijn zal voortzetten.

6.Beslissing

De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee) jaren.
Deze beschikking is gegeven door
mr. C.G. van de Grampel, voorzitter,
en mrs. W.H.S. Duinkerke en L.R. Prins, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. V.E. Scholtens griffier,
en is in het openbaar uitgesproken.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.