Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van negen maanden met aftrek van voorarrest, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
- 14a, 14b, 14c, 22, 22d en 47 van het Wetboek van Strafrecht;
- 1a, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten;
- 1.2.2, eerste lid, van het Vuurwerkbesluit;
- 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer.
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van negen (9) maanden,
240 (tweehonderdenveertig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
228 (tweehonderdachtentwintig) urente verrichten taakstraf resteert;
114 dagen;