Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar, met bijzondere voorwaarden;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 200 uren, subsidiair 100 dagen vervangende hechtenis.
4.Waardering van het bewijs
s. [naam arts] en
endie (telkens) bestemd waren om tot bewijs van enig
s. [naam arts] en
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden,
200 (tweehonderd) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
170 (honderdzeventig) urente verrichten taakstraf resteert;
85 (vijfentachtig) dagen;
€ 2.423,18 (zegge: tweeduizend vierhonderddrieëntwintig euro en achttien eurocent), bestaande uit aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 27 juli 2015 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 2.423,18 (zegge: tweeduizend vierhonderddrieëntwintig euro en achttien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 juli 2015 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 2.423,18 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
34 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op.