ECLI:NL:RBROT:2019:5328

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
4 juli 2019
Publicatiedatum
5 juli 2019
Zaaknummer
10/680471
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor computervredebreuk en valsheid in geschrifte met meerdere slachtoffers

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 4 juli 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die samen met medeverdachten meerdere digitale misdrijven heeft gepleegd. De verdachte is beschuldigd van computervredebreuk en valsheid in geschrifte. De feiten vonden plaats tussen 2015 en 2016, waarbij de verdachte en zijn medeverdachten inbraken in e-mailaccounts van ondernemers en valse facturen verstuurden naar klanten van deze bedrijven. Ook hebben zij inloggegevens van Wehkamp-accounts misbruikt om goederen te bestellen en af te halen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van computervredebreuk en valsheid in geschrifte. De officier van justitie eiste een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan de benadeelde partijen, die door zijn daden materiële schade hebben geleden. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen bij het bepalen van de straf.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/680471-16
Datum uitspraak: 4 juli 2019
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. G.F. Schadd, advocaat te Arnhem.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 20 juni 2019.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis van de officier van justitie

De officier van justitie mr. J. Bonnes heeft gevorderd:
  • vrijspraak van het onder 7 ten laste gelegde;
  • bewezenverklaring van het onder 1, 2 primair, 3, 4, 5, 6 en 8 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 240 uren met aftrek van het voorarrest en een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaar.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak zonder nadere motivering
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het onder 7 ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.
4.2.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Het onder 1, 2 primair, 5, 6 en 8 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.3.
Bewijswaardering feiten 3 en 4
De verdachte heeft ter zitting verklaard voor deze feiten zijn bankrekening beschikbaar te hebben gesteld. Door de verdediging is aangevoerd dat er daarmee hooguit sprake is van medeplichtigheid en niet van medeplegen. De verdachte heeft immers enkel zijn bankrekeningnummer ter beschikking gesteld en geen uitvoeringshandelingen verricht.
Dit verweer slaagt niet. Immers, uit het dossier en de verklaring van de verdachte op zitting blijkt dat er sprake is van een samenwerking tussen meerdere personen bij het plegen van verschillende vormen van oplichting. Daarbij waren, zoals de verdachte op zitting heeft bevestigd, de rollen van de verschillende daders redelijk uitwisselbaar en was het soms een kwestie van toeval wie wat deed. De rechtbank is dan ook van oordeel dat er van medeplegen kan worden gesproken en dat de onder 3 en 4 ten laste gelegde feiten kunnen worden bewezen.
4.4.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en nadien geen vrijspraak is bepleit. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 primair, 5, 6 en 8 ten laste gelegde heeft begaan.
1.
hij op één of meer tijdstippen in de periode van 10 juni 2016 tot
en met 19 juli 2016 te Dordrecht en/of Arnhem en/of Velp, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een web(mail)server [naam server 1]
en/of (mail)account(s) toebehorende
aan [naam 1] , is binnengedrongen
waarbij hij, verdachte en zijn mededader(s) toegang tot die werken
hebbenverworven met behulp van
eenvalse sleutel , immers
hebbenverdachte en zijn
mededader(s) (telkens) met behulp van één of meerdere
inlogna(a)m(en)/inlogcode(s) en (daarbij behorende) wachtwoord(en) van die
[naam 1] tot het gebruik waartoe hij, verdachte en zijn mededader(s),
niet gerechtigd waren, (meermalen) ingelogd op voornoemde web(mail)server
en/of (mail)account(s) en zich aldus toegang verschaft tot die
web(mail)server en/of (mail)account(s) van voornoemde [naam 1] ,
en hij, verdachte, en zijn mededader(s) vervolgens de gegevens die zijn
opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd
geautomatiseerd werk waarin hij, verdachte en zijn mededader(s) zich
wederrechtelijk bevonden voor
henzelf hebbenovergenomen.
2.
hij in de periode van 10 juni 2016 tot en met 19 juli 2016 te
Dordrecht en/of Arnhem en/of Velp,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
meermalen,
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
één of meerdere facturen (van [naam bedrijf 1] )
heeft vervalst door (telkens)
het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam bedrijf 1] . (welke
factuur was gericht aan [naam bedrijf 2] ) te wijzigen in
[bankrekeningnummer 1] , en (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde
[naam bedrijf 2] , met daarbij het verzoek om het geld (te weten 8.995,14
euro) genoemd in die factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
en het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam bedrijf 1] . (welke
factuur was gericht aan [naam bedrijf 3] ) te wijzigen in [bankrekeningnummer 2] , en (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 3] , met
daarbij het verzoek om het geld (te weten 1.440,00 euro) genoemd in die
factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse) bankrekeningnummer
en het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam bedrijf 1] . (welke
factuur was gericht aan [naam bedrijf 4] en/of [naam 2] ) te wijzigen in
[bankrekeningnummer 3] , en (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 4]
en/of [naam 2] , met daarbij het verzoek om het geld (te weten 520,30 euro)
genoemd in die factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te
doen gebruiken.
3.
hij op één of meer tijdstippen in de periode van 13 juli 2016 tot
en met 15 juli 2016 te Roelofarendsveen, gemeente Kaag en Braassem en/of Velp
en/of Arnhem, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, meermalen, althans éénmaal,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een web(mail)server [naam server 2]
en/of (mail)account(s) toebehorende aan [naam 3]
en/of [naam 4] , is binnengedrongen
waarbij hij, verdachte en zijn mededader(s) toegang tot die werken
hebbenverworven met behulp van
eenvalse sleutel, immers
hebbenverdachte en zijn
mededader(s) (telkens) met behulp van één of meerdere
inlogna(a)m(en)/inlogcode(s) en (daarbij behorende) wachtwoord(en) van die
[naam 3] en/of [naam 4] tot het gebruik waartoe hij, verdachte
en zijn mededader(s), niet gerechtigd waren, (meermalen) ingelogd op
voornoemde web(mail)server en/of (mail)account(s) en zich aldus
toegang verschaft tot die web(mail)server en/of (mail)account(s)
van voornoemde [naam 3] en/of [naam 4] ,
en hij, verdachte, en zijn mededader(s) vervolgens de gegevens die zijn
opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd
geautomatiseerd werk waarin hij, verdachte en zijn mededader(s) zich
wederrechtelijk bevonden voor h
enzelf /
hebbenovergenomen.
4.
hij in de periode van 13 juli 2016 tot en met 15 juli 2016 te
Velp, gemeente Rheden en/of Roelofarendsveen en/of Arnhem, , tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
een factuur (van [naam 3] en/of [naam 4] ) heeft vervalst door
het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam 4] (welke factuur was
gericht aan [naam bedrijf 5] en/of [naam 5] ) te wijzigen in [bankrekeningnummer 1] ,
en (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 5]
en/of [naam 5] , met daarbij het verzoek om het geld (te weten 13.612,50
euro) genoemd in die factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te
doen gebruiken.
5.
hij op één of meer tijdstippen
inde periode van 4 april 2016 tot en
met 12 april 2016 te Arnhem en/of Velp en/of Amsterdam, meermalen, althans éénmaal, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een web(mail)server [naam server 3]
en/of (mail)account(s) toebehorende aan [naam 6]
, is binnengedrongen
waarbij hij, verdachte en zijn mededader(s) toegang tot die werken
hebbenverworven met behulp van
eenvalse sleutel , immers
hebbenverdachte en zijn
mededader(s) (telkens) met behulp van één of meerdere
inlogna(a)m(en)/inlogcode(s) en (daarbij behorende) wachtwoord(en) van die
[naam 6] tot het gebruik waartoe
zij, verdachte en zijn mededader(s), niet
gerechtigd waren, (meermalen) ingelogd op voornoemde web(mail)server en/of
(mail)account(s) en zich aldus toegang verschaft tot die
web(mail)server en/of n(mail)account(s) van voornoemde [naam 6] ,
en hij, verdachte, en zijn mededader(s) vervolgens de gegevens die zijn
opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd
geautomatiseerd werk waarin hij, verdachte en zijn mededader(s) zich
wederrechtelijk bevonden voor
henzelf hebbenovergenomen.
6.
hij in de periode van 4 april 2016 tot en met 12 april 2016 te
Amsterdam en/of Arnhem en/of Velp,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
meerdere facturen (van het bedrijf [naam bedrijf 6] ) heeft vervalst door (telkens)
het bankrekeningnummer van die facturen van die [naam bedrijf 6] (welke
factu(u)r(en) waren gericht aan [naam bedrijf 7] ) te wijzigen in
[bankrekeningnummer 4] , en (vervolgens)
deze gewijzigde facturen (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 7]
, met daarbij het verzoek om het geld (à 4.300,00 euro per factuur)
genoemd in die facturen over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te
doen gebruiken.
8.
hij in de periode van
16 april 2015 tot en met 19 september 2015 te Arnhem,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van)
geautomatiseerd werken, te weten computer(s) en/of server(s) en/of
netwerk(en) van [naam bedrijf 8] en/of computersystemen bevattende
[naam bedrijf 8] -accounts, zijn binnengedrongen met behulp van een valse sleutel
immers hebben verdachte en zijn mededader(s) onbevoegd gebruik
gemaakt van (onbevoegd verkregen) gebruikersnamen en wachtwoorden en
andere (inlog)gegevens van één of meer accounthouders van [naam bedrijf 8] , waaronder
de (mail)account(s) van [naam 7] en [naam 8] en [naam 9] en
[naam 10] en door het aannemen van een valse hoedanigheid door zich
voor te doen als de accounthouder van voornoemde [naam bedrijf 8] -accounts .
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de bewezenverklaarde tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

5.Strafbaarheid van de feiten

De bewezen feiten leveren op:
1 medeplegen van computervredebreuk, terwijl de dader vervolgens gegevens die zijn opgeslagen door middel van het geautomatiseerd werk waarin hij zich wederrechtelijk bevindt, voor zichzelf of een ander overneemt

2.primair medeplegen van valsheid in geschrifte

3 medeplegen van computervredebreuk, terwijl de dader vervolgens gegevens die zijn opgeslagen door middel van het geautomatiseerd werk waarin hij zich wederrechtelijk bevindt, voor zichzelf of een ander overneemt

4.medeplegen van valsheid in geschrifte

5 medeplegen van computervredebreuk, terwijl de dader vervolgens gegevens die zijn opgeslagen door middel van het geautomatiseerd werk waarin hij zich wederrechtelijk bevindt, voor zichzelf of een ander overneemt

6.medeplegen van valsheid in geschrifte

8.computervredebreuk

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering van de straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich met anderen aan digitale misdrijven schuldig gemaakt. Ten eerste hebben zij ingebroken op e-mailaccounts van ondernemers, om uit deze accounts facturen over te nemen en te vervalsen, door het rekeningnummer te vervangen in die van de verdachte of één van zijn mededaders. De facturen werden vervolgens naar gedupeerden verstuurd, die ervan uitgingen dat zij geld naar de ondernemers overmaakten omdat zij hen geld verschuldigd waren. De rechtbank rekent het de verdachte aan dat hij door zijn handelen kleinere ondernemers als een schilder, een stukadoor en een autoverkoper heeft gedupeerd.
Daarnaast heeft de verdachte samen met anderen [naam bedrijf 8] accounts gehackt en bestellingen met deze accounts geplaatst. Een deel van deze bestellingen is door de [naam bedrijf 8] als frauduleus herkend en geannuleerd, maar een deel niet en dat deel is door de verdachten ontvangen en - zoals door de verdachte is verklaard - verkocht via Marktplaats. Door de [naam bedrijf 8] is een onderzoek opgestart om te achterhalen wie er achter het hacken zat. De rechtbank rekent het de verdachte aan dat de [naam bedrijf 8] door het leveren van niet betaalde bestellingen en het verrichten van het onderzoek financieel is gedupeerd.
De rechtbank rekent het de verdachte daarnaast aan dat hij met zijn handelen het vertrouwen heeft geschaad dat een ieder in het gebruik van het internet moet kunnen hebben.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 20 mei 2019, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 22 november 2018. Dit rapport houdt onder meer het volgende in.
Gedurende het gesprek met de reclassering, beroept de verdachte zich op zijn zwijgrecht. Dit maakt dat er door de reclassering geen delict gerelateerde factoren vastgesteld kunnen worden en er ook geen conclusies aangaande zijn zelfinzicht getrokken kunnen worden. De verdachte heeft een schorsingstoezicht opgelegd gekregen, waarvoor in april 2018 een advies opheffing is geschreven. Zowel gedurende dit toezicht, als tijdens een eerder toezicht bij de jeugdreclassering, ontbreekt het de verdachte aan intrinsieke motivatie. Dit maakt dat het niet mogelijk is om te werken aan gedragsverandering en daarmee het beperken van het recidiverisico.
De verdachte ontvangt een studiefinanciering en inkomsten vanuit een bijbaan, hetgeen positief is. Daarentegen is sprake van dermate hoge schulden, dat zijn financiële situatie als risicofactor wordt gezien. Positief is dat de verdachte sinds enkele maanden een mbo-opleiding volgt.
De verdachte laat een sociaal wenselijk beeld van zichzelf zien, in de hoop dat een eventuele straf zo laag mogelijk uit zal vallen. Gelet op de leeftijd van de verdachte is nogmaals geprobeerd zijn motivatie voor hulpverlening te vergroten, maar zijn gebrek aan motivatie blijft een heikel punt. De reclassering ziet dan ook geen aanknopingspunten voor het opstellen van een plan van aanpak.
Er kunnen geen uitspraken worden gedaan over het recidiverisico, gezien het zwijgen van de verdachte. De kans op onttrekken aan voorwaarden wordt hoog ingeschat omdat de verdachte tweemaal eerder een reclasseringstoezicht heeft laten mislukken en het hem aan enige motivatie ontbreekt.
In geval van een veroordeling adviseert de reclassering een straf zonder bijzondere voorwaarden. Er zijn geen mogelijkheden om met interventies of toezicht de risico’s te beperken of het gedrag te veranderen.
De rechtbank heeft acht geslagen op dit rapport.
7.4.
Toepassing jeugdstrafrecht?
De rechtbank heeft acht geslagen op het feit dat de verdachte minderjarig was ten tijde van het plegen van de bewezen verklaarde feiten 5, 6 en 8. Ook heeft de rechtbank acht geslagen op de samenhang van die feiten met de feiten waarbij hij de meerderjarige leeftijd wel had bereikt en de grote schaal waarop deze feiten werden gepleegd. Om die reden - en omdat uit de reclasseringsrapportage blijkt dat er geen jeugdinterventies meer mogelijk zijn - zal de rechtbank het volwassenenstrafrecht op alle bewezen verklaarde feiten toepassen. Wel zal de leeftijd van de verdachte in belangrijke mate meegewogen worden bij het bepalen van de op te leggen straf.
7.5.
Redelijke termijn
Omdat de verdachte niet eerder dan tijdens de inhoudelijke behandeling van zijn zaak op zitting heeft verklaard over de ten laste gelegde feiten, heeft de politie een omvangrijk onderzoek moeten uitvoeren. Van dit onderzoek kon en mocht niet worden verwacht dat deze binnen de doorgaans geldende termijnen afgerond zou zijn. De rechtbank stelt om die reden vast dat er slechts sprake is van een lichte overschrijding van de redelijke termijn en zal dit meenemen bij het bepalen van de strafmaat.
7.6.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten zou een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats zijn. Echter, in het feit dat de verdachte ten tijde van een aantal feiten nog minderjarig was en de feiten deels al geruime tijd geleden hebben plaatsgevonden, ziet de rechtbank aanleiding om de maximale taakstraf op te leggen naast een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen, waaronder de hieronder besproken verbeurdverklaringen, passend en geboden.

8.In beslag genomen voorwerpen

8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd alle goederen op de beslaglijst verbeurd te verklaren.
8.2.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft ten aanzien van de inbeslaggenomen voorwerpen geen standpunt ingenomen.
8.3.
Beoordeling
De op de beslaglijst opgenomen goederen zullen verbeurd worden verklaard, omdat de bewezen feiten met behulp van deze voorwerpen zijn begaan en voorbereid.

9.Vorderingen van de benadeelde partijen

9.1.
[naam 1] namens [naam benadeelde 1] .
Als benadeelde partij ter zake van feit 2 heeft [naam 1] zich namens [naam benadeelde 1] in het geding gevoegd. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 8.995,14 aan materiële schade.
9.1.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de vordering geheel hoofdelijk toe te wijzen.
9.1.2.
Standpunt van de verdediging
De verdediging refereert zich aan het oordeel van de rechtbank. Verzocht is de vordering hoofdelijk op te leggen.
9.1.3.
Beoordeling door de rechtbank
Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 1 en 2 bewezen verklaarde feiten rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de gevorderde schadevergoeding door de verdachte niet is weersproken, zal de vordering worden toegewezen.
Nu de verdachte de strafbare feiten samen met één of meerdere mededaders heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover de mededaders de benadeelde partij betalen is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partij van deze betalingsverplichting bevrijd.
De benadeelde partij heeft gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 10 juni 2016.
Nu de vordering van de benadeelde partij zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil,
en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
9.1.4.
Conclusie
De verdachte moet de benadeelde partij een schadevergoeding betalen van € 8.995,14, vermeerderd met de wettelijke rente en de kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
Ook wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.
9.2.
[naam benadeelde 2]
Als benadeelde partij ter zake van feit 6 heeft [naam benadeelde 2] zich in het geding gevoegd. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 4.351,63 aan materiële schade en een vergoeding van € 250,00 aan immateriële schade.
9.2.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de vordering geheel hoofdelijk toe te wijzen.
9.2.2.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht het immateriële deel van de vordering niet-ontvankelijk te verklaren, omdat deze onvoldoende is onderbouwd om aan te tonen dat er voldaan is aan de strenge eisen die het strafrecht hieraan verbindt.
De verdediging refereert zich ten aanzien van het materiële deel van de vordering aan het oordeel van de rechtbank. Verzocht is de vordering hoofdelijk op te leggen.
9.2.3.
Beoordeling door de rechtbank
De vordering van de benadeelde partij zal worden afgewezen voor zover het de immateriële schadevergoeding betreft. Voor immateriële schadevergoeding is bij een puur vermogensdelict als het onderhavige niet snel aanleiding, zeker niet wanneer de benadeelde partij een ondernemer is. Gevoelens van overlast, onbehagen, irritatie en schaamte zijn hiervoor onvoldoende. De vergelijking met de door de benadeelde partij overlegde uitspraak van de rechtbank Amsterdam gaat niet op, nu het in die zaak ging om een vervalste handtekening die gebruikt was in een procedure omtrent de omgang tussen een ouder en een kind.
Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door het onder 6 bewezen verklaarde feit rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de gevorderde schadevergoeding door de verdachte niet is weersproken, zal het materiële deel van vordering geheel worden toegewezen.
Nu de verdachte het strafbare feit ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met één of meerdere mededaders heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover de mededaders de benadeelde partij betalen, is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partij van deze betalingsverplichting bevrijd.
De benadeelde partij heeft gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 4 april 2016.
Nu de vordering van de benadeelde partij (in overwegende mate) zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
9.2.4.
Conclusie
De verdachte moet de benadeelde partij een schadevergoeding betalen van € 4.351,63, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.

10.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 22c, 22d, 33, 33a, 36f, 47, 63, 138ab en 225 van het Wetboek van Strafrecht.

11.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

12.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 7 ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen dat de verdachte het de onder 1, 2 primair, 3, 4, 5, 6 en 8 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf voor de duur van 240 (tweehonderdveertig) uren,waarbij de reclassering bepaalt uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag, zodat na deze aftrek
234 (tweehonderd vierendertig) urente verrichten taakstraf resteert;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
117 (honderdzeventien) dagen;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden;
bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt;
beslist ten aanzien van alle voorwerpen geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen dat deze verbeurd worden verklaard;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte, die bij eerdere beslissing is geschorst;
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededader(s), des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de
benadeelde partij [naam benadeelde 1], te betalen een bedrag van
€ 8.995,14 (zegge: achtduizend negenhonderd vijfennegentig euro en veertien eurocent ), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 juni 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 1]te betalen
€ 8.995,14(hoofdsom, zegge: achtduizend negenhonderd vijfennegentig euro en veertien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juni 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 8.995,14 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
179 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, waaronder begrepen betaling door zijn mededader(s), tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd;
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededaders, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de
benadeelde partij [naam benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 4.351,63 (zegge: vierduizend driehonderd eenenvijftigeuro en drieënzestig eurocent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 april 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
wijst af de vordering van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] voor zover het betreft de immateriële schadevergoeding;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij [naam benadeelde 2] gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] te betalen
€ 4.351,63(zegge: vierduizend driehonderd eenenvijftig euro en drieënzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 4.351,63 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
87 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij [naam benadeelde 2] , waaronder begrepen betaling door zijn mededader/mededaders, tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. N. Doorduijn, voorzitter,
en mrs. J. Bergen en F. Koningsveld, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. drs. M.R. Moraal, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 10 juni 2016 tot
en met 19 juli 2016 te Dordrecht en/of Arnhem en/of Velp, althans in
Nederland, meermalen, althans éénmaal, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een web(mail)server [naam server 1]
en/of netwerk en/of (mail)account(s) toebehorende
aan [naam 1] , is binnengedrongen
waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toegang tot dat/die werken
heeft verworven door het doorbreken van een beveiliging en/of een technische
ingreep en/of met behulp van valse signalen en/of valse sleutel en/of door het
aannemen van een valse hoedanigheid, immers heeft verdachte en/of zijn
mededader(s) (telkens) met behulp van één of meerdere
inlogna(a)m(en)/inlogcode(s) en/of (daarbij behorende) wachtwoord(en) van die
[naam 1] tot het gebruik waartoe hij, verdachte en/of zijn mededader(s),
niet gerechtigd was/waren, (meermalen) ingelogd op voornoemde web(mail)server
en/of netwerk en/of (mail)account(s) en zich aldus toegang verschaft tot die
web(mail)server en/of netwerk en/of (mail)account(s) van voornoemde [naam 1] ,
en hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) vervolgens de gegevens die zijn
opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd
geautomatiseerd werk waarin hij, verdachte en/of zijn mededader(s) zich
wederrechtelijk bevond(en) voor zichzelf/haarzelf/hun zelf en/of een ander heeft overgenomen, afgetapt en/of opgenomen;
2.
hij in of omstreeks de periode van 10 juni 2016 tot en met 19 juli 2016 te
Dordrecht en/of Arnhem en/of Velp, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
één of meerdere factu(u)r(en) (van [naam bedrijf 1] ) valselijk heeft
opgemaakt en/of heeft vervalst door (telkens)
het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam bedrijf 1] .(welke
factuur was gericht aan [naam bedrijf 2] ) te wijzigen in
[bankrekeningnummer 1] , althans een ander bankrekeningnummer niet zijnde een
bankrekeningnummer van [naam bedrijf 1] . en/of (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde
[naam bedrijf 2] , met daarbij het verzoek om het geld (te weten 8.995,14
euro) genoemd in die factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
en/of het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam bedrijf 1] . (welke
factuur was gericht aan [naam bedrijf 3] ) te wijzigen in [bankrekeningnummer 2] , althans
een ander bankrekeningnummer niet zijnde een bankrekeningnummer van
[naam bedrijf 1] . en/of (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 3] , met
daarbij het verzoek om het geld (te weten 1.440,00 euro) genoemd in die
factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse) bankrekeningnummer
en/of het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam bedrijf 1] . (welke
factuur was gericht aan [naam bedrijf 4] en/of [naam 2] ) te wijzigen in
[bankrekeningnummer 3] , althans een ander bankrekeningnummer niet zijnde een
bankrekeningnummer van [naam bedrijf 1] . en/of (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 4]
en/of [naam 2] , met daarbij het verzoek om het geld (te weten 520,30 euro)
genoemd in die factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te
doen gebruiken;
subsidiair
hij in of omstreeks 10 juni 2016 tot en met 19 juli 2016 te Arnhem en/of
Dordrecht, althans in Nederland,
tezamen en in verening met een ander of anderen, meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten één of meerdere geldbedrag(en) (Euro 1.440,00
en/of Euro 8.995,00) heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij en/of zijn mededader(s) (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit/deze goed(eren)/geldbedrag(en) wist(en), althans
redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat het een door misdrijf namelijk
door computervredebreuk en/of valsheid in geschrifte, althans door enig
(ander) misdrijf verkregen goed(eren)/geldbedrag(en) betrof(fen);
3.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 13 juli 2016 tot
en met 15 juli 2016 te Roelofarendsveen, gemeente Kaag en Braassem en/of Velp
en/of Arnhem, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, meermalen, althans éénmaal,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een web(mail)server [naam server 2]
en/of netwerk en/of (mail)account(s) toebehorende aan [naam 3]
en/of [naam 4] , is binnengedrongen
waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toegang tot dat/die werken
heeft verworven door het doorbreken van een beveiliging en/of een technische
ingreep en/of met behulp van valse signalen en/of valse sleutel en/of door het
aannemen van een valse hoedanigheid, immers heeft verdachte en/of zijn
mededader(s) (telkens) met behulp van één of meerdere
inlogna(a)m(en)/inlogcode(s) en/of (daarbij behorende) wachtwoord(en) van die
[naam 3] en/of [naam 4] tot het gebruik waartoe hij, verdachte
en/of zijn mededader(s), niet gerechtigd was/waren, (meermalen) ingelogd op
voornoemde web(mail)server en/of netwerk en/of (mail)account(s) en zich aldus
toegang verschaft tot die web(mail)server en/of netwerk en/of (mail)account(s)
van voornoemde [naam 3] en/of [naam 4] ,
en hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) vervolgens de gegevens die zijn
opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd
geautomatiseerd werk waarin hij, verdachte en/of zijn mededader(s) zich
wederrechtelijk bevond(en) voor zichzelf/haarzelf/hun zelf en/of een ander heeft overgenomen, afgetapt en/of opgenomen;
4.
hij in of omstreeks de periode van 13 juli 2016 tot en met 15 juli 2016 te
Velp, gemeente Rheden en/of Roelofarendsveen en/of Arnhem, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
een factuur (van [naam 3] en/of [naam 4] ) valselijk heeft
opgemaakt en/of heeft vervalst door
het bankrekeningnummer van een factuur van die [naam 4] (welke factuur was
gericht aan [naam bedrijf 5] en/of [naam 5] ) te wijzigen in [bankrekeningnummer 1] ,
althans een ander bankrekeningnummer niet zijnde een bankrekeningnummer van
[naam 3] en/of [naam 4] en/of (vervolgens)
deze gewijzigde factuur (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 5]
en/of [naam 5] , met daarbij het verzoek om het geld (te weten 13.612,50
euro) genoemd in die factuur over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te
doen gebruiken;
5.
hij op één of meer tijdstippen of omstreeks de periode van 4 april 2016 tot en
met 12 april 2016 te Arnhem en/of Velp en/of Amsterdam, althans in Nederland, meermalen, althans éénmaal,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een web(mail)server [naam server 3]
en/of netwerk en/of (mail)account(s) toebehorende aan [naam 6]
, is binnengedrongen
waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) toegang tot dat/die werken
heeft verworven door het doorbreken van een beveiliging en/of een technische
ingreep en/of met behulp van valse signalen en/of valse sleutel en/of door het
aannemen van een valse hoedanigheid, immers heeft verdachte en/of zijn
mededader(s) (telkens) met behulp van één of meerdere
inlogna(a)m(en)/inlogcode(s) en/of (daarbij behorende) wachtwoord(en) van die
[naam 6] tot het gebruik waartoe hij, verdachte en/of zijn mededader(s), niet
gerechtigd was/waren, (meermalen) ingelogd op voornoemde web(mail)server en/of
netwerk en/of (mail)account(s) en zich aldus toegang verschaft tot die
web(mail)server en/of netwerk en/of (mail)account(s) van voornoemde [naam 6] ,
en hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) vervolgens de gegevens die zijn
opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd
geautomatiseerd werk waarin hij, verdachte en/of zijn mededader(s) zich
wederrechtelijk bevond(en) voor zichzelf/haarzelf/hun zelf en/of een ander heeft overgenomen, afgetapt en/of opgenomen;
6.
hij in of omstreeks de periode van 4 april 2016 tot en met 12 april 2016 te
Amsterdam en/of Arnhem en/of Velp, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
één of meerdere factu(u)r(en) (van het bedrijf [naam bedrijf 6] ) valselijk heeft
opgemaakt en/of heeft vervalst door (telkens)
het bankrekeningnummer van die factu(u)r(en) van die [naam bedrijf 6] (welke
factu(u)r(en) was/waren gericht aan [naam bedrijf 7] ) te wijzigen in
[bankrekeningnummer 4] , althans een ander bankrekeningnummer niet zijnde een
bankrekeningnummer van [naam bedrijf 6] en/of (vervolgens)
deze gewijzigde factu(u)r(en) (per mail) te verzenden naar voornoemde [naam bedrijf 7]
, met daarbij het verzoek om het geld (à 4.300,00 euro per factuur)
genoemd in die factu(u)r(en) over te maken naar het gewijzigde nieuwe (valse)
bankrekeningnummer,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te
doen gebruiken;
7.
hij in of omstreeks de periode van 01 februari 2016 tot en met 04 februari
2016 te Velp, gemeente Rheden,, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[naam 11] heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag (totaal ongeveer
Euro 508,60), althans enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s)
toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven -
(telkens) valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de
waarheid,
- op internet (via Marktplaats.nl) in (een) advertentie(s) en/of (een) goed(eren) (Apple MacBook) te koop aangeboden en/of
- daarbij een valse naam ( [naam 12] ) gebruikt en/of
- voornoemde [naam 11] (per email) gevraagd voornoemd geldbedrag voor dat
goed (Apple MacBook) over te maken naar bankrekeningnummer
[bankrekeningnummer 4] , ten name van een andere persoon dan verdachte, terwijl
dat rekeningnummer in werkelijkheid op naam van hem, verdachte, stond en/of
- [naam 11] (per email) medegedeeld dat het/de goed(eren) zouden worden opgestuurd en/of afgeleverd en/of
- zich aldus voorgedaan als (een) persoon (te weten [naam 12] ) die het/de
goed(eren) (Apple MacBook) zou kunnen en/of willen leveren, waardoor
[naam 11] werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
8.
hij op een of meer tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van
16 april 2015 tot en met 19 september 2015 te Arnhem, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) (een)
geautomatiseerd werk(en), te weten computer(s) en/of server(s) en/of
netwerk(en) van [naam bedrijf 9] en/of [naam bedrijf 8] en/of [naam bedrijf 10]
en/of [naam bedrijf 11] en/of computersyste(e)m(en) bevattende (een)
[naam bedrijf 8] -account(s), is/zijn binnengedrongen door het doorbreken van een
beveiliging en/of een technische ingreep en/of met behulp van valse signalen
of een valse sleutel en/of door het aannemen van een vals hoedanigheid
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) onbevoegd gebruik
gemaakt van (onbevoegd verkregen) gebruikersnamen en/of wachtwoorden en/of
andere (inlog)gegevens van één of meer accounthouders van [naam bedrijf 8] , waaronder
de (mail)account(s) van [naam 7] en/of [naam 8] en/of [naam 9] en/of
[naam 10] en/of door het aannemen van een valse hoedanigheid door zich
voor te doen als de accounthouder van voornoemde [naam bedrijf 8] -account(s);