Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 primair, 10 en 11 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 14 maanden met aftrek van het voorarrest.
4.Geldigheid van de dagvaarding
5.Waardering van het bewijs
Feiten 8, 10 en 11
n, te weten aan [naam slachtoffer 1] , en
n, te
n, te weten aan [naam slachtoffer 1] ,
diegeheel aan een
n, te weten aan [naam slachtoffer 3]
diegeheel aan een
n, te weten aan [naam slachtoffer 5] ,
eenvalse sleutel,
heeftgehad
6.Strafbaarheid van de feiten
1.diefstal
3.diefstal
4 diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel
5 poging tot diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel
6.diefstal
7 diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, meermalen gepleegd
8 diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking
9 primair diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking
10 diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht dor middel van een valse sleutel
11.schuldheling
7.Strafbaarheid van de verdachte
8.Motivering van de straf
9.Vorderingen van de benadeelde partijen
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 14 (veertien) maanden;
€ 106,85 (zegge: honderd zes euro en vijfentachtig eurocent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 30 maart 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 1] te betalen
€ 106,85(hoofdsom,
zegge: honderd zes euro en vijfentachtig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 maart 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 106,85 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 2 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 2]te betalen een bedrag van € 774,38 (zegge: zevenhonderd vierenzeventig euro en achtendertig eurocent), bestaande uit € 524,38 aan materiële schade en € 250,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 2 april 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] te betalen
€ 774,38(hoofdsom,
zegge: zevenhonderd vierenzeventig euro en achtendertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 april 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 774,38 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
15 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 3]te betalen een bedrag van € 250,00 (zegge: tweehonderdvijftig euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 2 april 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 3] te betalen € 250,00 (hoofdsom,
zegge: tweehonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 april 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 250,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
5 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 4]te betalen een bedrag van € 200,57 (zegge: tweehonderd euro en zevenenvijftig eurocent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 12 mei 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 4] te betalen
€ 200,57(hoofdsom,
zegge: tweehonderd euro en zevenenvijftig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 200,57 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
4 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 5]te betalen een bedrag van € 25,00 (zegge: vijfentwintig euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 9 mei 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 5] te betalen
€ 25,00(hoofdsom,
zegge: vijfentwintig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 mei 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 25,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
1 dag; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op.