Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
TENICT INTRASTRUCTURE MANAGEMENT B.V.,
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 24 januari 2019, met producties;
- de conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie, met producties;
- de op 28 en 29 januari 2019 door TenICT nagezonden producties;
- de pleitnotities van TenICT;
2.De vaststaande feiten
“
Meeneemverklaring1. Werknemer verklaart zich bereid om bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst de leaseovereenkomst over te nemen van werkgever. Deze overdracht zal plaatsvinden op de datum van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
3. Deze vergoeding is gelijk aan de vergoeding die werkgever is verschuldigd aan de leasemaatschappij.
Indien de beëindiging van de arbeidsovereenkomst plaatsvindt op initiatief van de werkgever is de werknemer niet gehouden tot nakoming van hetgeen bepaald is onder 1 en 2.
5. Indien werknemer een vergoeding is verschuldigd op basis van artikel 3. heeft werkgever het recht om deze vergoeding te verrekenen met de laatste salarisbetaling aan werknemer.”
3.De vordering, de grondslag en het verweer in conventie
de navolgende voorlopige voorzieningen te treffen: