Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 3 en 5 primair ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 4 en 5 subsidiair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 231 dagen met aftrek
- met opdracht aan de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden.
4.Waardering van het bewijs
-eigening heeft weggenomen een telefoon
-eigening heeft weggenomen een
5.Strafbaarheid feiten
3.primair
Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd op de openbare weg en terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
5.primair
Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
voor de duur van 231 (tweehonderd- eenendertig) dagen;
180 (honderdtachtig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
- zich gedurende een door de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, gevestigd te Rotterdam, te bepalen periode (die loopt tot maximaal het einde van de proeftijd) en op door de jeugdreclassering te bepalen tijdstippen zal melden bij de reclassering, zo frequent en zo lang deze instelling dat noodzakelijk acht;
- zal meewerken aan behandeling bij de Waag (in de vorm van Topzorg) of bij een soortgelijke instelling;
- onderwijs zal volgen volgens haar lesrooster;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan jeugdreclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
van € 325,-- (zegge: driehonderdvijfentwintig euro), bestaande uit € 75,-- aan materiële schade en € 250,-- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 5 september 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 1] te betalen
€ 325,--(hoofdsom,
zegge: driehonderdvijfentwintig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de heer [naam benadeelde 2] te betalen
€ 500,--(hoofdsom,
zegge: vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 november 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening.