Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlasteleggingen
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder dagvaarding I ten laste gelegde feit;
- bewezenverklaring van het onder dagvaarding II ten laste gelegde feit;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden met aftrek van voorarrest, waarvan één maand voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en als bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal melden bij Reclassering Nederland en zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering, ook indien dit inhoudt het volgen van een ambulante behandeling;
- afwijzing van de vordering tot tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 10/811274-16.
4.Waardering van het bewijs
Vrijspraak dagvaarding I zonder nadere motivering
(inhoudende een mobiele telefoon, merk Apple, type iPhone 8
), dat toebehoorde aan [naam winkel] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
Algemene overweging
8.Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
[naam benadeelde], ter zake van het onder dagvaarding II tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 629,00 aan materiële schade.
9.Vordering tenuitvoerlegging
Vonnis waarvan tenuitvoerlegging wordt gevorderd
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden;
1 (één) maandniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd van 2 (twee) jaar;
[naam benadeelde], te betalen een bedrag van
€ 589,21 (zegge: vijfhonderdnegenentachtig euro en eenentwintig eurocent)aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 9 januari 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 589,21(hoofdsom, z
egge: vijfhonderdnegenentachtig euro en eenentwintig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 januari 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 589,21 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
11 (elf) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;