Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
beschikking
[naam vader] , hierna te noemen de vader,
[woonplaats vader]
tegen
de gecertificeerde instelling JEUGDBESCHERMING WEST, hierna te noemen de GI,
en
de gecertificeerde instelling JEUGDBESCHERMING WEST, hierna te noemen de GI,
,
[naam moeder] , hierna te noemen de moeder,
Het procesverloop
- het verzoek met bijlagen van de vader van 11 maart 2019, ingekomen bij de griffie op 14 maart 2019;
- het verzoek van de GI van 21 maart 2019, ingekomen bij de griffie op 22 maart 2019;
- de beschikking van 3 december 2018 van de kinderrechter in deze rechtbank en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- de fax van de vader van 18 maart 2019, ingekomen op de griffie op 19 maart 2019 (19
- de fax van de vader van 18 maart 2019, ingekomen op de griffie op 19 maart 2019 (27 pagina’s);
- de fax van de vader van 18 maart 2019, ingekomen op de griffie op 19 maart 2019 (40 pagina’s);
- de fax van de vader van 19 maart 2019, ingekomen op de griffie op 20 maart 2019 (15 pagina’s);
- de fax van de raadsman van de moeder mr. du Fossé van 21 maart 2019 (verhindering bijwonen zitting);
- de pleitnota van de moeder, ingekomen bij de Centrale Informatiebalie op 18 maart 2019 en op de griffie 19 maart 2019;
- de fax van de vader van 22 maart 2019, ingekomen op de griffie op 22 maart 2019 (47 pagina’s);
- verweerschrift van de moeder, ingekomen bij de Centrale Informatiebalie op 25 maart 2019;
- de fax van de vader van 25 maart 2019, ingekomen op de griffie op 26 maart 2019 (15 pagina’s).
- de moeder,
- de vader,
- [naam vertegenwoordiger 1] , [naam vertegenwoordiger 2] en [naam vertegenwoordiger 3] , vertegenwoordigers van de GI.
De feiten
De verzoeken
Het standpunt van de moeder
De beoordeling
- [naam minderjarige 1] en [naam minderjarige 2] iedere dinsdagmiddag van ongeveer 14.15 uur tot woensdag 16.00 uur bij de vrouw verblijven alsmede één weekend per twee weken vanaf vrijdag 14.15 uur tot en met zondagavond alsmede de helft van alle vakanties en feestdagen in onderling overleg te bepalen;
- [naam minderjarige 1] en [naam minderjarige 2] door de vrouw niet eerder in contact met haar nieuwe partner zal worden gebracht dan dat de jeugdbeschermer daarmee instemt en heeft aangegeven hoe en wanneer dat moet plaatsvinden;
- de vrouw het adres waar zij met [naam minderjarige 1] en [naam minderjarige 2] zal overnachten steeds zo snel mogelijk maar uiterlijk bij de overdracht van [naam minderjarige 1] en [naam minderjarige 2] aan de man kenbaar zal maken;
- het de vrouw vrijstaat in de vakanties elders met [naam minderjarige 1] en [naam minderjarige 2] te overnachten, mits zij de man uiterlijk veertien dagen van tevoren informeert over het adres waar zij zullen verblijven;