ECLI:NL:RBROT:2019:3991
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van voorbereidingshandelingen met betrekking tot de Opiumwet
Op 10 april 2019 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in Suriname, die werd bijgestaan door zijn raadsman mr. J-H.L.C.M. Kuijpers. De zaak betrof voorbereidingshandelingen met betrekking tot de Opiumwet. De officier van justitie, mr. B.M.M. Zonneveld, heeft vrijspraak gevorderd van het ten laste gelegde. De rechtbank heeft het onderzoek op de terechtzitting van 10 april 2019 in acht genomen en geconcludeerd dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. De rechtbank heeft, in overeenstemming met de officier van justitie en de verdediging, de verdachte vrijgesproken zonder nadere motivering. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet het ten laste gelegde feit heeft begaan, en heeft dit vonnis uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van het vonnis is vermeld.