Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[gedaagde 1],
[gedaagde 2],
1.Het verloop van de procedure
- het vonnis in het incident van 6 juni 2018
- de dagvaarding van 10 juli 2018 waarbij [gedaagde 1] cs zijn opgeroepen zich in de procedure tussen [eiseres 1] en NN uit te laten over de door [eiseres 1] tegen NN ingestelde vorderingen
- de conclusie van antwoord in conventie van [gedaagde 1] cs, tevens voorwaardelijke eis in reconventie tegen NN
- de conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie van NN
- de akte houdende wijziging/vermeerdering van eis in conventie
- het proces-verbaal van de op 14 januari 2019 gehouden comparitie van partijen, waar
2.De feiten
(sic, rechtbank)gestelde begunstiging ten behoeve van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] aanvaardt, overeenkomstig de bepalingen gesteld in artikel 9 van de van toepassing zijnde Voorwaarden van Verzekering.
“(verzekeringnemer”).
3.De vordering in conventie
4.De vordering in voorwaardelijke reconventie
5.Het verweer in voorwaardelijke reconventie
6.De beoordeling in conventie en in voorwaardelijke reconventie
“Verzekerd is een uitkering op de einddatum van de verzekering, ter grootte van het kapitaal, mits de verzekerde alsdan in leven is. Bij eerder overlijden van de verzekerde vervalt de verzekering zonder dat enige uitkering plaatsvindt.”
1985. Die eis heeft zij bij dagvaarding feitelijk onderbouwd.
1998heeft zij bij dagvaarding niet méér gezegd dan dat het feit dat NN iets over het hoofd heeft gezien een interne kwestie van NN is die haar, [verweerster] , niet regardeert. Bij haar akte wijziging/vermeerdering van eis heeft zij geen onderbouwing van haar op dit punt gewijzigde vordering gegeven. Ter comparitie is namens haar verklaard dat zij is afgegaan en mocht afgaan op het polisaanhangsel uit 1998, dat zij niet op de hoogte was van de onherroepelijke begunstiging van [eiseres 2] cs en dat zij meende en mocht menen dat er sprake was van een begunstiging waarop zij nog kon terugkomen. Waarom dat laatste het geval was en waarom NN daarvan een verwijt zou treffen heeft zij niet, in elk geval onvoldoende, toegelicht. Aldus heeft zij niet aan haar stelplicht voldaan. Reeds om die reden kan haar vordering niet slagen.