Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 1 (primair en subsidiair), 3 (primair en subsidiair) en 5
- bewezenverklaring van het onder 2, 4 en 5
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden, met aftrek van voorarrest;
- oplegging van de vrijheidsbeperkende maatregel, te weten een contactverbod met
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten en strafbaarheid van de verdachte
openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen;
poging tot zware mishandeling;
mishandeling.
6.Motivering straf en maatregel
- [naam slachtoffer 1] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 1] );
- [naam slachtoffer 2] (geboren op [geboortedatum slachtoffer 2] ).
7.Vorderingen benadeelde partijen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 10 (tien) maanden;
groot 3 (drie) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
14 (veertien) dagen, met een totale duur van ten hoogste 180 (honderdtachtig) dagen;
[naam benadeelde 1]niet-ontvankelijk in de vordering;
[naam benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 250,- (zegge: tweehonderdvijftig euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 2 november 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 2]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 2]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 2]te betalen
€ 250,-(hoofdsom,
zegge: tweehonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 november 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van
€ 250,-(hoofdsom,
zegge: tweehonderdvijftig euro) vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van