ECLI:NL:RBROT:2019:1211

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 februari 2019
Publicatiedatum
18 februari 2019
Zaaknummer
C/10/544618/HA ZA 18-148
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling en geschil over levering van zonnepanelen met non-conformiteit en ingebrekestelling

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 13 februari 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschappen Hanover Solar B.V. en Hart 4 Solar B.V. Hanover Solar vorderde betaling van een bedrag van € 145.133,99 van Hart 4 Solar, die in gebreke zou zijn met haar betalingsverplichtingen voor geleverde zonnepanelen. Hart 4 Solar voerde verweer en stelde dat de geleverde zonnepanelen niet aan de overeenkomst beantwoordden, wat zou leiden tot non-conformiteit. De rechtbank oordeelde dat Hart 4 Solar haar klachtplicht had geschonden door niet tijdig te klagen over de gebreken aan de zonnepanelen. Hierdoor verloor Hart 4 Solar haar rechten met betrekking tot de gestelde non-conformiteit. De rechtbank wees de vordering van Hanover Solar tot betaling van € 117.435,62 toe, na verrekening van een bedrag dat Hart 4 Solar in reconventie vorderde. De vorderingen van Hart 4 Solar in reconventie werden afgewezen, en Hart 4 Solar werd veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige klachten bij non-conformiteit en de gevolgen van het niet naleven van de klachtplicht.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
Zittingsplaats Rotterdam
zaaknummer / rolnummer: C/10/544618 / HA ZA 18-148
Vonnis van 13 februari 2019
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HANOVER SOLAR B.V.,
gevestigd te Ridderkerk, zaakdoende te Roosendaal,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. C.J.E.A. van Gorp te Breda,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HART 4 SOLAR B.V.,
gevestigd te Barendrecht, zaakdoende te Zwijndrecht,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. J.P.M. Borsboom te Rotterdam.
Partijen zullen hierna Hanover Solar en Hart 4 Solar genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het exploot van dagvaarding van Hanover Solar van 23 januari 2018, met producties;
- de conclusie van antwoord, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties;
- de akte tot wijziging van eis aan de zijde van Hart 4 Solar, met producties;
- de antwoordakte van Hanover Solar, met producties;
- de ten behoeve van de comparitie van partijen door Hart 4 Solar overgelegde productielijst, waaraan zij 3 nieuwe producties heeft toegevoegd;
- het proces-verbaal van de op 27 november 2018 gehouden comparitie van partijen;
- de brief van 20 december 2018 van Hart 4 Solar met enkele aanvullingen op het proces-verbaal.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald, dat nader is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
Hanover Solar is een distributeur van in China en Indonesië vervaardigde zonnepanelen. Hart 4 Solar exploiteert een onderneming die zich bezighoudt met de montage van zonnepanelen en het verrichten van servicewerkzaamheden aan zonnepanelen.
2.2.
Hart 4 Solar heeft in de periode van maart 2017 tot en met mei 2017 diverse monokristallijne zonnepanelen en toebehoren gekocht en geleverd gekregen van Hanover Solar. Hanover Solar heeft Hart 4 Solar daarvoor de volgende facturen gestuurd:
2.3.
Op 3 maart 2017 heeft Hart 4 Solar ( [naam 1] ) per WhatsApp aan Hanover Solar ( [naam 2] ) een foto gestuurd van de zonnepanelen die zij op het project in Schoonhoven heeft geplaatst en waarop naar de mening van Hart 4 Solar kleurverschil is te zien.
2.4.
Bij e-mail van 16 mei 2017 heeft Hanover Solar Hart 4 Solar als volgt bericht:
“Hebben jullie voor mij de lijst al klaar met de hoeveelheden per project van de te vervangen panelen. Mogelijk ook een indicatie van de kosten van vervanging. Tevens zou er ook aangegeven worden wat de gevolgen zouden zijn van dit probleem wat betreft de relatie met jullie opdrachtgever. Ik heb de lijst ook nodig voor de garantie”.
2.5.
Hierop heeft Hart 4 Solar op 16 mei 2017 als volgt gereageerd:
“(…) Hierbij eindelijk het overzicht van de projecten waar de verkleurde panelen liggen,
Zoals gisteren besproken krijgen wij deze projecten totaal niet betaald tot er een oplossing is, De kosten zijn voor ons dus niet alleen de panelen maar ook de omvormers, onderconstructie en montage Verder heeft 1 van de opdrachtgevers de vervolg projecten inmiddels stopgezet tot nader order. Wat ook extra kosten met zich mee brengt.
Projecten
Valkenburg 60 panelen 270 WP
Schoonhoven 24 panelen 270 WP (2 woningen)
Hoofddorp 20 panelen 270 WP (2 woningen)
Hoofddorp project 80 panelen 270 WP verdeeld over meerdere woningen (15 stuks)
Pieterpost Rotterdam 160 panelen 280 WP
Visser Kwadijk 20 panelen 280 WP
Verwachte kosten voor het vervangen van de panelen
Bestaande uit kraankosten, steigerkosten en arbeid € 33250,-- excl. BTW”
2.6.
Hanover Solar heeft Hart 4 Solar daarop per e-mail van dezelfde dag aangegeven dat zij niet alle panelen zal vervangen en heeft zij Hart 4 Solar gevraagd aan te geven hoeveel panelen er per project vervangen moeten worden.
2.7.
Bij e-mail van 18 mei 2017 heeft Hart 4 Solar aan Hanover Solar betalingen toegezegd voor een totaalbedrag van (€ 20.465,33 + € 33.536,36 + € 33.536,36=)
€ 87.538,05. Aan deze toezegging heeft zij geen gevolg gegeven.
2.8.
Hanover Solar heeft twee pallets zonnepanelen (na)geleverd. Hart 4 Solar heeft de nageleverde zonnepanelen niet gebruikt.
2.9.
Op 25 juli en 6 september 2017 heeft de incassogemachtigde van Hanover Solar Hart 4 Solar tot betaling gesommeerd en in gebreke gesteld. Op deze sommaties heeft
Hart 4 Solar niet gereageerd.
2.10.
Na een betalingsherinnering van Hanover Solar op 14 december 2017 heeft
Hart 4 Solar bij e-mail van 15 december 2017 als volgt gereageerd:
“(…) Zoals jullie weten zijn wij echt wel bereid om een deel van de facturen te betalen, ik vraag jullie alleen om ons nog een paar weken de tijd te gunnen. (…)”
2.11.
Bij brief van 22 december 2017 heeft de raadsman van Hanover Solar Hart 4 Solar nogmaals tot betaling gesommeerd en tevens de betaling van de buitengerechtelijke invorderingskosten en vertragingsrente gevorderd.
2.12.
Gedurende deze procedure heeft Hart 4 Solar Hanover Solar bij brief van
9 augustus 2018 betreffende het project Ommoord het volgende meegedeeld:
“Bij periodiek onderhoud en controlewerkzaamheden op 7-8-2018 hebben wij geconstateerd dat er gebreken zijn aan de door u geleverde zonnepanelen.(…)De panelen zijn door u geleverd in periode Q32016 en Q2 2017Geconstateerde problemen betreffen breuken en/of micro-cracks in de zonnecellen.(…)Ik verzoek en voor zover nodig sommeer, Hanover Solar hierbij om mij binnen een termijn van vijf dagen vanaf heden te bevestigen dat, en op welke wijze, de gebreken aan de panelen worden hersteld.De door u gekozen oplossing dient binnen de gestelde termijn van vijf dagen aan Hart4Solar te worden voorgelegd. Na goedkeuring van de gekozen oplossing, dient binnen een termijn van 14 dagen een begin worden gemaakt met een aaneengesloten uitvoering daarvan.(…)”
2.13.
Hanover Solar heeft Hart 4 Solar daarop per e-mailberichten van 17 en 24 augustus 2018 om nadere gegevens van de betreffende panelen gevraagd (type paneel, EAN code, waar en wanneer geplaatst).
2.14.
Bij e-mail van 3 september 2018 heeft Hanover Solar het volgende bericht:
“(…) Hierbij nogmaals de vraag om ons de serienummers van de panelen project Ommoord met een gebrek aan ons door te geven, mogelijk voorzien van een foto.
Wij hebben inmiddels van de 11 codes die we van jullie hebben ontvangen de EL testen gecontroleerd, hierbij blijkt dat de panelen zonder micro-cracks verpakt zijn op de pallets in onze fabriek. De foto’s die we van jullie ontvingen geven een patroon aan dat niet duidt op een micro-crack die ontstaan is door transport. De uitgevoerde simulatietesten sterken ons vermoeden dat het patroon van de micro-cracks ontstaan is door plaatselijke belasting (bijvoorbeeld steunen van knie of hand) op het zonnepaneel/zonnecellen. (…)”
2.15.
Bij e-mailberichten van 25 september en 19 oktober 2018 heeft Hanover Solar Hart 4 Solar wederom verzocht de serienummers van de betreffende zonnepanelen te ontvangen, opdat Hanover Solar die gegevens kan controleren met haar flash en EL gegevens. Hierop is van de zijde van Hart 4 Solar geen reactie gekomen.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
Hanover Solar vordert, bij vonnis Hart 4 Solar:
te veroordelen aan Hanover Solar, tegen behoorlijk bewijs van kwijting, te betalen, de somma van € 145.133,99 te vermeerderen met de wettelijke rente over de hoofdsom van € 131.328,71, berekend vanaf 31 december 2017 tot de dag der algehele voldoening;
te veroordelen aan Hanover Solar te betalen de kosten van de procedure en
het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
Hanover Solar stelt daartoe – zakelijk weergegeven – dat Hart 4 Solar in gebreke is met de nakoming van haar betalingsverplichtingen uit hoofde van de door Hanover Solar in de periode maart tot en met mei 2017 aan Hart 4 Solar geleverde zonnepanelen en toebehoren voor een bedrag van in totaal € 131.328,71. Hanover Solar maakt voorts aanspraak op de contractueel verschuldigde vertragingsrente, die zij tot en met 31 december 2017 heeft berekend op een bedrag van € 7.238,84, alsmede op de contractueel verschuldigde incassokosten ten bedrage van € 6.566,44.
3.2.
Hart 4 Solar voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkverklaring van Hanover Solar dan wel afwijzing van de vorderingen met de veroordeling van Hanover Solar in de kosten van de procedure.
Zij heeft daartoe – zakelijk weergegeven – aangevoerd dat de door Hanover Solar geleverde zonnepanelen niet aan de overeenkomst beantwoorden, zodat sprake is van non-conformiteit in de zin van artikel 7:17 BW, dan wel van een tekortkoming in de zin van artikel 6:74 BW. Hierover heeft zij tijdig geklaagd. De zonnepanelen hebben niet de kleur en uitstraling die Hart 4 Solar op grond van de overeenkomst mocht verwachten, omdat zij onderling van kleur en glans verschillen, terwijl de panelen op schuine daken (in het zicht) naast elkaar geplaatst moesten worden en Hart 4 Solar om die reden juist voor monokristallijne panelen heeft gekozen. Hart 4 Solar heeft de (volledige) betaling van de facturen opgeschort ex artikel 6:52 BW totdat Hanover Solar haar verplichting tot herstel c.q. vervanging van de panelen ex artikel 7:21 BW is nagekomen, hetgeen zij ook in reconventie heeft gevorderd.
3.3.
Op de overige stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.4.
Hart 4 Solar vordert, na akte vermeerdering van eis, Hanover Solar te veroordelen tot:
betaling van € 13.893,09 inclusief BTW, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW, vanaf de vervaldata van de respectieve facturen, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
betaling van de buitengerechtelijke incassokosten ad € 913,94;
het binnen 14 dagen na betekening van het vonnis een aanvang te maken met vervanging respectievelijk herstel van de afwijkende zonnepanelen (door monokristallijne zonnepanelen) aan het project ‘Valkenburg’ en het project ‘Pieter Post’ en dit binnen 6 weken na betekening van het vonnis (op)geleverd te hebben, zodanig dat op beide projecten niet langer kleurverschil bestaat tussen de monokristallijne zonnepanelen;
betaling van een dwangsom van EUR 5.000,-- voor iedere dag of gedeelte van de dag dat zij nalaat tot vervanging c.q. herstel van de zonnepanelen als gevorderd onder sub c over te gaan, met een maximum van EUR 100.000,--.
vergoeding van alle schade die Hart 4 Solar lijdt in verband met de vervanging van de zonnepanelen aan het project ‘Valkenburg’ en het project ‘Pieter Post’, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
het binnen 14 dagen na betekening van het vonnis een aanvang te maken met vervanging respectievelijk herstel van de zonnepanelen die microcracks bevatten in het project ‘Ommoord’ en dit binnen 6 weken na betekening van het vonnis (op)geleverd te hebben, zodanig dat niet langer sprake is van panelen met microcracks.
betaling van een dwangsom van EUR 5.000,-- voor iedere dag of gedeelte van de dag dat zij nalaat tot vervanging c.q. herstel van de zonnepanelen als gevorderd onder sub f over te gaan, met een maximum van EUR 100.000,--.
vergoeding van alle schade die Hart 4 Solar lijdt in verband met de vervanging van de zonnepanelen aan het project ‘Ommoord’, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet,
met veroordeling van Hanover Solar in de kosten van de procedure.
Hart 4 Solar stelt daartoe – zakelijk weergegeven – dat zij in opdracht van Hanover Solar werkzaamheden voor Hanover Solar heeft verricht c.q. producten heeft geleverd.
Hart 4 Solar heeft Hanover Solar daarvoor facturen gezonden ten bedrage van in totaal
€ 13.893,09, welke facturen Hanover Solar ondanks herhaalde aanmaning onbetaald heeft gelaten. Gelet op dit betalingsverzuim maakt Hart 4 Solar aanspraak op de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW en de buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van € 913,94. Hart 4 Solar meent daarnaast dat de door Hanover Solar geleverde zonnepanelen niet aan de overeenkomst beantwoorden en Hanover Solar als gevolg daarvan gehouden is de zonnepanelen te herstellen c.q. te vervangen.
3.5.
Hanover Solar voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Hart 4 Solar, met veroordeling van Hart 4 Solar, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, in de proceskosten.
Hanover Solar heeft zich wat betreft het project Ommoord (vordering onder a.) op haar opschortingsbevoegdheid beroepen nu Hart4Solar diverse vorderingen van Hanover Solar niet heeft voldaan, waarbij zij de factuurbedragen die in reconventie worden gevorderd verrekent met hetgeen Hanover Solar in conventie nog te vorderen heeft van Hart 4 Solar.
Voor wat betreft de gestelde microcracks (vordering onder f.) in de door Hanover Solar geleverde zonnepanelen betwist Hanover Solar dat er sprake is van een tekortkoming aan haar zijde. Tijdens het productieproces worden de zonnepanelen op een drietal momenten gecontroleerd op microcracks en na afloop vindt er een EL-test (Electroluminescentie-test) plaats, waarbij de zonnepanelen volgens IEC-standaard op onzichtbare gebreken gecontroleerd worden middels een speciale techniek waarbij gebruik wordt gemaakt van infrarood. De resultaten van de EL-tests, die als productie 13 door Hanover Solar in het geding zijn gebracht, wijzen uit dat er na de productie van de zonnepanelen geen sprake was van microcracks. Volgens Hanover Solar moeten de gebreken dan ook zijn ontstaan bij de installatie door Hart 4 Solar of op een ander moment na aflevering. Mocht evenwel sprake zijn van non-conformiteit dan is Hanover Solar niet op een deugdelijke wijze in gebreke gesteld en dus ook niet in verzuim geraakt.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie en in reconventie

4.1.
Gelet op de onderlinge samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie en het daaraan in beide gevallen ten grondslag gelegde feitencomplex zullen deze gezamenlijk in de beoordeling worden betrokken.
openstaande facturen van Hanover Solar
4.2.
De facturen waarvan Hanover Solar in conventie thans betaling vordert, hebben betrekking op de door haar in opdracht van Hart 4 Solar aan Hart 4 Solar geleverde monokristallijne zonnepanelen. De rechtbank stelt voorop dat Hart 4 Solar tegen de hoogte van de facturen geen afzonderlijk verweer heeft gevoerd, zodat, behoudens het hierna te bespreken beroep op opschorting, de vordering tot betaling van € 131.328,71 in principe toewijsbaar is.
4.3.
Ingevolge artikel 6:52 BW is een schuldenaar die een opeisbare vordering heeft op zijn schuldeiser bevoegd de nakoming van zijn verbintenis op te schorten tot voldoening van zijn vordering plaatsvindt.
Hart 4 Solar heeft aan haar opschortingsverweer de stelling ten grondslag gelegd dat Hanover Solar haar ondeugdelijke zonnepanelen heeft geleverd, omdat zij onderling van kleur verschillen. Het gaat hierbij om de projecten ‘Pieter Post’ en ‘Valkenburg’. Alvorens de rechtbank kan toekomen aan de vraag of Hanover Solar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichting zonnepanelen te leveren die aan de overeenkomst beantwoorden, komt eerst de vraag aan de orde of aan Hart 4 Solar een beroep toekomt op artikel 7:17 BW (non-conformiteit). Hanover Solar heeft immers betoogd dat Hart 4 Solar het recht heeft verwerkt om zich op een eventuele non-conformiteit te beroepen, omdat
Hart 4 Solar niet binnen bekwame tijd heeft geklaagd dat de geleverde zonnepanelen niet aan de overeenkomst zouden beantwoorden. Hart 4 Solar heeft dit gemotiveerd betwist.
4.4.
Ingevolge artikel 7:23 lid 1 BW dient een koper die een gebrekkige zaak ontvangt ter zake binnen bekwame tijd te protesteren op straffe van verval van alle bevoegdheden.
Bij een niet-consumentenkoop, zoals in casu het geval is, dient de koper ter beantwoording van de vraag of de hem afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoordt, het in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van hem te verwachten onderzoek te verrichten en binnen bekwame tijd nadat hij heeft ontdekt of bij een dergelijk onderzoek had behoren te ontdekken dat zulks niet het geval is, hiervan kennis te geven aan de verkoper. Dit onderzoek dient, gelet op de door artikel 7:23 BW lid 1 beschermde belangen van de verkoper, door de koper te worden ingesteld en uitgevoerd met de voortvarendheid die gelet op de omstandigheden van het geval in redelijkheid van hem kan worden gevergd.
4.5.
Deze aan de koper ter beschikking staande klachttermijn kan door partijen onder meer in algemene voorwaarden van een concrete invulling worden voorzien. Hanover Solar verwijst in dat verband naar de klachttermijn genoemd in artikel 11 van haar algemene voorwaarden. Hart 4 Solar heeft daartegen aangevoerd dat deze algemene voorwaarden niet van toepassing zijn verklaard op het moment dat de overeenkomst(en) begin 2017 werden gesloten, laat staan dat deze aan Hart 4 Solar ter hand zijn gesteld. Ter zitting heeft
Hanover Solar desgevraagd aangegeven niet te kunnen bewijzen dat de algemene voorwaarden op de overeenkomst(en) van toepassing zijn. De rechtbank houdt het er derhalve op dat tussen partijen geen algemene voorwaarden zijn overeengekomen. Voor wat betreft de klachttermijn kan dan ook niet worden aangesloten bij het daarvoor in de algemene voorwaarden opgenomen beding, maar dient aansluiting te worden gezocht bij het bepaalde in artikel 7:23 BW.
4.6.
Voor de bepaling van het tijdstip waarop Hart 4 Solar het door haar gestelde gebrek bestaande uit het kleurverschil redelijkerwijs had behoren te ontdekken, acht de rechtbank het volgende van belang. Hart 4 Solar is een op het gebied van zonnepanelen ter zake professionele, kundige partij. Door Hanover Solar is onweersproken gesteld dat Hart 4 Solar twee gelegenheden heeft gehad om de partij zonnepanelen te controleren en daarbij eventuele onvolkomenheden te constateren, te weten bij aflevering en vóór verwerking en hierover had kunnen klagen. Niet is in geschil dat Hart 4 Solar heeft nagelaten de panelen zowel bij binnenkomst in haar magazijn en voor verwerking op de betreffende projecten te controleren. Hoewel Hart 4 Solar onder verwijzing naar de door haar per WhatsApp gezonden foto stelt dat zij al op 3 maart 2017 bij Hanover Solar melding heeft gemaakt van kleurverschil, heeft zij Hanover Solar daaromtrent behoudens een foto geen gegevens verstrekt en deze, nadat Hanover Solar haar daarop om nadere gegevens verzocht, eerst en overigens na rappèl van Hanover Solar, op 16 mei 2017 gegeven. Ook staat vast dat
Hart 4 Solar, zelfs terwijl zij meende dat bij project ‘Schoonhoven’ sprake was van (onaanvaardbaar) kleurverschil, de zonnepanelen die bestemd waren voor de projecten ‘Pieter Post’ en ‘Valkenburg’ niet eerst op kleurverschil heeft gecontroleerd alvorens over te gaan tot installatie, terwijl dat in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs wel van haar kon worden verwacht. Hanover Solar had dan immers nog op eenvoudige wijze en zonder veel tijd of kosten onderzoek kunnen verrichten, aangezien de panelen op dat moment nog niet waren geïnstalleerd en in dat geval simpelweg nieuwe panelen geleverd hadden kunnen worden. Ter comparitie van partijen heeft Hart 4 Solar zelf ook verklaard dat het verwijderen van de zonnepanelen niet eenvoudig is en aanzienlijke kosten met zich meebrengt. De rechtbank volgt Hart 4 Solar niet in haar stelling dat kleurverschil niet eerder kan worden geconstateerd dan wanneer de panelen naast elkaar op het dak zijn geplaatst, nu Hart 4 Solar eveneens heeft gesteld dat zij de twee door Hanover Solar nageleverde dozen met zonnepanelen niet heeft gebruikt omdat deze dozen naar haar zeggen (wederom) panelen met kleurverschillen zouden bevatten. Uiteindelijk heeft Hart 4 Solar pas ná plaatsing van de zonnepanelen op de daken van de woningen van de diverse projecten jegens Hanover Solar geklaagd over kleurverschil.
4.7.
Ook heeft Hart 4 Solar bij e-mail van 18 mei 2017 en zelfs nog op 15 december 2017 bevestigd te zullen zorgdragen voor betaling van (een deel van) de facturen van
Hanover Solar. In deze e-mails wordt geen enkele melding gemaakt van gebreken in de leveringen. Hart 4 Solar heeft hierover ter zitting gesteld dat haar toen nog niet bekend was dat haar opdrachtgevers haar niet zouden betalen. Wat hier verder van zij, het in beraad houden van een eventuele aansprakelijkstelling van de opdrachtgever is geen reden om voorbij te gaan aan het bepaalde in artikel 7:23 BW.
4.8.
Hetgeen hiervoor is overwogen, brengt mee dat Hart 4 Solar haar klachtplicht jegens Hanover Solar heeft geschonden en dat zij alle rechten ter zake van de gestelde non-conformiteit heeft verloren. Hetgeen partijen verder hebben aangevoerd met betrekking tot de (levering van de) zonnepanelen kan daarom onbesproken blijven. Het in rechtsoverweging 4.3 vermelde beroep op opschorting door Hart 4 Solar kan daarom evenmin slagen. Dit betekent voorts dat het door Hart 4 Solar in reconventie onder c. en d. gevorderde herstel van de door haar gestelde gebreken aan de zonnepanelen op de projectlocaties ‘Pieter Post’ en ‘Valkenburg’, op straffe van verbeurte van een dwangsom, alsmede haar vordering in reconventie onder e. tot vergoeding van de schade die
Hart 4 Solar in verband met de vervanging van de zonnepanelen zou lijden, niet toewijsbaar is.
4.9.
Het voorgaande betekent dat dit deel van de vordering in conventie onder 1. van Hanover Solar, voor zover dat betrekking heeft op betaling van de openstaande facturen ten bedrage van € 131.328,71 toewijsbaar is, met inachtneming van hetgeen hieronder in rechtsoverweging 4.14. wordt overwogen. Dit betekent voorts dat het door Hart 4 Solar in reconventie onder c., d. en e. gevorderde, wordt afgewezen.
4.10.
Hanover Solar heeft op grond van haar algemene voorwaarden gevorderd dat
Hart 4 Solar de contractuele vertragingsrente van 1,5% per maand dient te voldoen. De rechtbank heeft reeds in rechtsoverweging 4.5. overwogen dat de algemene voorwaarden van Hanover Solar niet van toepassing zijn, zodat een vordering gebaseerd op de algemene voorwaarden niet zal worden toegewezen. Dit deel van de vordering onder 1. van
Hanover Solar voor zover dat betrekking heeft op het bedrag van € 7.238,84 aan vervallen contractuele rente berekend tot en met 31 december 2017 wordt dan ook afgewezen.
Hart 4 Solar is Hanover Solar wel de wettelijke handelsrente op grond van artikel
6:119a BW verschuldigd op de wijze als in het dictum vermeld.
4.11.
Hanover Solar heeft voorts op grond van haar algemene voorwaarden een vaste vergoeding gevorderd van 5% aan buitengerechtelijke incassokosten. Ook hier geldt dat de rechtbank reeds in rechtsoverweging 4.5. heeft overwogen dat de algemene voorwaarden van Hanover Solar niet op de onderhavige overeenkomst van toepassing zijn. Nu
Hanover Solar niet heeft gesteld buitengerechtelijke kosten te hebben gemaakt, maar zij slechts een beroep heeft gedaan op de verschuldigdheid daarvan ingevolge artikel 8.5 van de algemene voorwaarden, heeft Hanover Solar haar vordering daarmee onvoldoende onderbouwd. Dit deel van de vordering onder 1. voor zover het ziet op de buitengerechtelijke incassokosten wordt dan ook afgewezen.
Openstaande facturen van Hart 4 Solar
4.12.
Hart 4 Solar heeft op haar beurt in reconventie, onder sub a., een bedrag van
€ 13.893,09 van Hanover Solar gevorderd. Dat bedrag houdt verband met verschillende nader gespecificeerde werkzaamheden die door Hart 4 Solar ten behoeve van Hanover Solar zijn verricht c.q. producten die door Hart 4 Solar aan Hanover Solar zijn geleverd, zoals beschreven in de door Hart 4 Solar als productie 16 overgelegde facturen. Hanover Solar heeft niet betwist dat zij dit totaalbedrag nog aan Hart 4 Solar verschuldigd is, maar zij beroept zich op verrekening met hetgeen zij nog van Hart 4 Solar te vorderen heeft.
4.13.
Op grond van artikel 6:127 BW gaan, wanneer een schuldenaar die de bevoegdheid tot verrekening heeft, aan zijn schuldeiser verklaart dat hij zijn schuld met een vordering verrekent, beide verbintenissen tot hun gemeenschappelijk beloop teniet (lid 1) en heeft een schuldenaar de bevoegdheid tot verrekening, wanneer hij een prestatie te vorderen heeft die beantwoordt aan zijn schuld jegens dezelfde wederpartij en hij bevoegd is zowel tot betaling van de schuld als tot het afdwingen van de betaling van de vordering (lid 2). Onder verwijzing naar hetgeen hiervoor met betrekking tot de vordering van Hanover Solar (in conventie) is overwogen, is sprake van wederkerig schuldenaarschap en van aan elkaar beantwoordende, afdwingbare prestaties als bedoeld in artikel 6:127 lid 2 BW, zodat Hanover Solar tot verrekening gerechtigd was.
4.14.
Op grond van het voorgaande – en gelet op het beroep van Hanover Solar op verrekening – concludeert de rechtbank dat de in conventie gevorderde hoofdsom van Hanover Solar ad € 131.328,71, waarvan in rechtsoverweging 4.9 is overwogen dat deze vordering in beginsel toewijsbaar is, dient te worden verrekend met het door Hart 4 Solar in reconventie gevorderde bedrag van € 13.893,09. Per saldo leidt dat tot een toewijzing van de gevorderde hoofdsom van Hanover Solar in conventie sub 1. voor een bedrag ad
€ 117.435,62. Door de verrekening is de vordering van Hart 4 Solar in reconventie teniet gegaan. Dat betekent dat Hart 4 Solar ten aanzien van (de hoofdsom van) haar facturen geen vordering meer heeft op Hanover Solar.
4.15.
De door Hart 4 Solar in reconventie onder sub a. gevorderde wettelijke handelsrente zal worden afgewezen nu zij in het licht van de verrekening door
Hanover Solar geen feiten of omstandigheden heeft gesteld waaruit volgt dat rente verschuldigd is geworden en zo ja, over welk bedrag en over welke periode.
4.16.
De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten in reconventie onder sub b. zal eveneens worden afgewezen. Ook hier geldt dat Hart 4 Solar in het licht van de verrekening en betaling van het verschil geen feiten en omstandigheden heeft aangevoerd die toewijzing van deze vordering rechtvaardigt.
in reconventie voorts
4.17.
Middels haar akte wijziging van eis heeft Hart 4 Solar een drietal vorderingen toegevoegd (sub f., g. en h.), die verband houden met het project ‘Ommoord’. Hart 4 Solar heeft aan deze vorderingen ten grondslag gelegd dat Hanover Solar haar ondeugdelijke zonnepanelen heeft geleverd, aangezien veel (ruim 43%) van de zonnepanelen breuken en zogenaamde microcracks bevatten, die rendementsverlies en brand kunnen veroorzaken. Hart 4 Solar meent dat zij op grond van artikel 7:21 BW recht heeft op herstel of vervanging van de geleverde panelen. Hanover Solar heeft gemotiveerd betwist dat zij zonnepanelen met microcracks zou hebben geleverd dan wel dat de microcracks als gevolg van een gebrek in het product zijn ontstaan. Hanover Solar heeft daartoe het volgende aangevoerd. Al haar panelen worden onderworpen aan een EL-test voordat ze de fabriek verlaten. Zij is door Hart 4 Solar niet in de gelegenheid gesteld om het aantal zonnepanelen met microcracks te inventariseren door de EL-testen van de betreffende panelen te controleren, omdat
Hart 4 Solar haar niet de serienummers van de panelen heeft verstrekt, hoewel
Hanover Solar daarom diverse malen heeft verzocht. Hanover Solar is niet op een deugdelijke wijze in gebreke gesteld en dus ook niet in verzuim geraakt.
4.18.
Dit verweer slaagt. Indien nakoming niet blijvend of tijdelijk onmogelijk is, is voor het ontstaan van een verplichting tot het vergoeden van schade vereist dat de ander in verzuim is (artikel 6:74 BW). Voor het intreden van verzuim is in beginsel nodig dat de schuldenaar bij een schriftelijke aanmaning in gebreke wordt gesteld, waarbij hem een redelijke termijn voor nakoming wordt gesteld, en nakoming binnen deze termijn uitblijft (artikel 6:82 lid 1 BW).
De als ‘in gebreke stelling’ aangeduide brief van 9 augustus 2018 van Hart 4 Solar, in rechtsoverweging 2.12 weergegeven, kan niet als een deugdelijke ingebrekestelling in de hiervoor weergegeven zin worden aangemerkt. Aan Hanover Solar wordt immers - hangende de onderhavige procedure - op 9 augustus 2018 enkel medegedeeld dat zij binnen een termijn van 5 dagen moet bevestigen dat, en op welke wijze, de gebreken aan de panelen worden hersteld en de gekozen oplossing dient voor te leggen en dat na goedkeuring van de gekozen oplossing, binnen een termijn van 14 dagen een begin dient te worden gemaakt met een aaneengesloten uitvoering daarvan, terwijl (de omvang van) het probleem op geen enkele wijze door Hart 4 Solar wordt geconcretiseerd, hetgeen wel op haar weg had gelegen. Reeds hierom is met de gegeven vijf dagen geen redelijke termijn geboden om de eventuele herstelwerkzaamheden te verrichten. Hanover Solar heeft in dit kader voorts onvoldoende weersproken gesteld dat zij nader onderzoek diende te verrichten naar de vermeende microcracks. Voorts blijkt uit de hiervoor in rechtsoverwegingen 2.13., 2.14. en 2.15. vermelde e-mails dat Hanover Solar, bij herhaling, op 17 en 24 augustus 2018, 3 en 25 september 2018 en 19 oktober 2018 bij Hart 4 Solar hiervoor gegevens heeft opgevraagd en Hart 4 Solar de benodigde gegevens eerst daags voor de op 27 november 2018 gehouden comparitie van partijen heeft ontvangen van Hart 4 Solar.
4.19.
Het voorafgaande betekent dat, ongeacht het antwoord op de vraag of sprake is van een tekortkoming, het voor het toekennen van een schadevergoeding vereiste verzuim bij Hanover Solar niet is ingetreden, waardoor de grondslag aan de vordering in reconventie ontbreekt. De vorderingen onder f., g. en h. zullen dan ook worden afgewezen.
proceskosten in conventie en reconventie
4.20.
Hart 4 Solar zal, zowel in conventie als in reconventie, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De rechtbank ziet gelet op de samenhang tussen de vordering in conventie en die in reconventie aanleiding voor het salaris van de advocaat ten aanzien van de reconventie 1,5 punt toe te kennen voor antwoord in reconventie en de antwoordakte in reconventie en in conventie 2 punten toe te kennen voor de dagvaarding en de comparitie van partijen.
De kosten aan de zijde van Hanover Solar worden begroot op:
- dagvaarding € 85,44
- griffierecht € 3.946,00
- salaris advocaat € 4.228,50 (2 punten × tarief € 1.707,00 en 1,5 punt x tarief
€ 543,00)
-----------
Totaal € 8.259,94.

5.De beslissing

De rechtbank:
in conventie
5.1.
veroordeelt Hart 4 Solar om aan Hanover Solar te betalen een bedrag van
€ 117.435,62 (éénhonderdzeventien duizendvierhonderdvijfendertig euro en tweeënzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke handelsrente als bedoeld in artikel 6:119a BW over het toegewezen bedrag vanaf de dag volgend op de dag die is overeengekomen als de uiterste dag van betaling van de respectieve onderliggende facturen tot de dag van volledige betaling,
5.2.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.3.
wijst de vorderingen af;
in conventie en in reconventie
5.4.
veroordeelt Hart 4 Solar in de proceskosten, aan de zijde van Hanover Solar tot op heden begroot op € 8.259,94,
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.K. Rapmund en in het openbaar uitgesproken op
13 februari 2019.
2012