Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
Klaassen Bouwmaatschappij Arnhem B.V.),
1.De procedure
- de dagvaardingen van 10 augustus 2015, met producties;
- het vonnis in incident van 1 maart 2017 en de daaraan ten grondslag liggende processtukken;
- de conclusie van antwoord van William House c.s., met producties;
- de conclusie van antwoord van Van Omme & De Groot, met producties;
- de conclusie van repliek van Klaassen, met producties;
- de conclusie van dupliek van William House c.s., met producties;
- de conclusie van dupliek van Van Omme & De Groot, met producties;
- de akte houdende schorsing van het rechtsgeding van Klaassen;
- de akte uitlating verzoek schorsing rechtsgeding van William House c.s.;
- de exploten tot hervatting van het rechtsgeding;
- de akte wijziging eis van Klaassen;
- de akte nadere producties tevens nadere bewijsaanbiedingen van Klaassen, met producties;
- de akte overlegging producties tevens akte uitlating producties van William House c.s., met producties;
- de akte overlegging nadere productie van Klaassen, met productie;
- het pleidooi en de bij die gelegenheid overgelegde pleitaantekeningen.
2.De feiten
1.William House XVIII B.V.
2.Klaassen Bouwmaatschappij Arnhem B.V.
00.03 WERKZAAMHEDEN DERDEN
(…)
(…)
(…)
(…)
(…)
De aannemer is verplicht aan de uitvoering van werken van derden zijn volle medewerking te verlenen, bestaande uit het wegnemen van alle beletselen die de uitvoering van deze werken belemmeren. (…)
De aannemer zal ervoor zorgdragen dat door derden uit te voeren werken tijdig kunnen aanvangen en deze werken geregeld kunnen worden voortgezet.
De aannemer is gehouden zodanige medewerking te verlenen, dat de door derden te verrichten werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd, zonder dat hij deswege op verlenging van zijn opleveringstermijn aanspraak kan maken. Indien de aannemer meent dat stagnatie in zijn werkzaamheden zal ontstaan als gevolg van vertraging in de door derden uit te voeren werkzaamheden, zal hij dit tijdig en schriftelijk aan de directie kenbaar maken.
(…)
01.02.35 VERREKENING VAN MEER EN MINDER WERK
01. VERREKENING VAN MEER EN MINDER WERK
b. De aannemer heeft geen recht op verrekening van meerwerk waarvan de prijs en betalingscondities niet schriftelijk zijn overeengekomen en de uitvoering niet schriftelijk door of namens de opdrachtgever is opgedragen. Mondelinge opdrachten, welke niet gevolgd worden door een schriftelijke opdracht, alsook stilzwijgend toegelaten afwijkingen van tekeningen en/of bestek, worden derhalve niet als meer werk geaccepteerd.
(…)
01.02.38 HOEVEELHEDEN
01.HOEVEELHEDEN
a. De in de specificeerde begroting van de aanneemsom verwerkte hoeveelheden zullen indien deze hoeveelheden door de directie zijn aanvaard later niet meer voor verrekening in aanmerking komen.
De op tekeningen, overzichtsbladen, ruimteboeken of -staten vermelde aantallen zijn informatief. De aannemer dient aantallen op hun juistheid te controleren en kan geen rechten ontlenen aan eventueel onjuist aangegeven hoeveelheden en aantallen.
b. Geschatte hoeveelheden, zoals bedoeld in § 38 lid 2 en/of door de directie of een adviseur opgegeven indicaties, komen na opdrachtverlening niet meer voor verrekening in aanmerking.
(…)
(…)
“Onder verwijzing naar het nieuwe opleveringsschema d.d. 28 maart 2008 van de nog op te leveren woningen berichten wij u als volgt.
€ 1.078.735,00
(…)
9. In het geval KBA voornoemd bedrag niet volledig binnen de hiervoor weergegeven termijn heeft betaald, zullen wij terstond overgaan om de N.V. Nationale Borgmaatschappij aan te schrijven dat KBA in verzuim is en zullen wij aanspraak maken op uitbetaling van het maximale bedrag waarvoor borgtocht is gesteld.”
(…)
“Op 2 april 2008 hebben wij uw brief ontvangen. Over de inhoud van uw schrijven zijn wij bijzonder verbaasd. Los van het feit dat de uitgangspunten niet juist zijn wordt er geen rekening gehouden met de reguliere bouwtijdverlenging zoals met de heren [naam03] en [naam04] is besproken en is samengevat in onze e-mail van 19 september 2007 (…). Deze e-mail is nooit weersproken.
(…)
Brief van 25 april 2008 van (Fortis Vastgoed Ontwikkeling namens) William House XVIII aan Klaassen:
ii. dat Klaassen recht heeft op verlenging van de deelbouwtermijn voor de commerciële ruimte en parkeergarage, bedoeld in artikel 4.2 Aannemingsovereenkomst, tot en met 15 februari 2008;
IV. William House, William Properties, Van Omme & De Groot en ASR hoofdelijk te veroordelen om binnen veertien dagen na het in deze te wijzen vonnis aan Klaassen te voldoen een bedrag van € 999.402,00, zijnde de kosten van uitgevoerd maar onbetaald meerwerk, te vermeerderen met btw en tevens met wettelijke handelsrente (ex artikel 6:119a BW) en 2% renteopslag vanaf 2 november 2014 tot aan de dag der algehele voldoening;
VII. William House, William Properties, Van Omme & De Groot en ASR hoofdelijk te veroordelen om binnen 14 dagen na het in deze te wijzen vonnis aan Klaassen te voldoen een bedrag van € 656.200,00 zijnde de door Klaassen geleden vertragingsschade, te vermeerderen met btw en tevens met wettelijke rente (ex artikel 6:119 BW) vanaf 2 november 2014 tot aan de dag der algehele voldoening;
meer subsidiair:
4.De beoordeling
ten aanzien van William House XVIII
William House XVIII meent dat zij gerechtigd was de Aannemingsovereenkomst op 25 april 2008 gedeeltelijk te ontbinden. De financiële afwikkeling die na de partiële ontbinding dient plaats te vinden resulteert er volgens William House XVIII in dat Klaassen per saldo niets meer te vorderen heeft, zodat de vorderingen dienen te worden afgewezen.
KBA(Klaassen; toevoeging rechtbank)
meent dat de prognose van de nog te maken kosten te hoog is”. Voorts volgt uit de overgelegde stukken dat Klaassen in de periode 2009 – 2012 bij herhaling - tevergeefs - om onderbouwing heeft gevraagd van de door William House XVIII gestelde schade. In de brief van (de toenmalige raadsman van) Klaassen van 6 juni 2012 is bovendien aangegeven dat het vermoeden bestaat dat werkzaamheden die William House XVIII bij Klaassen in rekening brengt in het kader van de afronding van het werk, ten dele werkzaamheden buiten het bestek van Klaassen betreffen. Mogelijk heeft Klaassen tijdens de onderhandelingen over een afrekening niet betwist dat er rekening diende te worden gehouden met een zeker bedrag voor het afronden van het werk. Dat Klaassen heeft erkend dat sprake is van een in aanmerking te nemen/te verrekenen vordering tot het door William House XVIII gestelde bedrag kan uit de stellingen van William House XVIII en de overgelegde producties echter niet worden afgeleid.
Voor de goede orde, Klaassen is en blijft van mening dat haar opdrachtgever ten onrechte is overgegaan tot ontbinding van de aannemingsovereenkomst, daarvoor was geen genoegzame reden mede gelet op de stand van de werkzaamheden op de datum van ontbinding. Klaassen behoudt zich dan ook alle rechten voor.
- alle termijnen van de aanneemsom;
- de goed- en afgekeurde meerwerken (…)
- de terugbetaling van het indertijd door Fortis op de bankgarantie geïncasseerde bedrag ad
(…).”
De coördinatie van in elkander grijpende werken, zoals bedoeld in § 31 lid 2 van de U.A.V. geschiedt in afwijking van dit lid door de aannemer.” Voor de vraag wat onder de in elkaar grijpende werkzaamheden valt, verwijst artikel 01.02.31 lid 09 vervolgens naar de onder 00.03.10.01 genoemde derden. Dit kan niet anders worden begrepen dan dat partijen met elkaar zijn overeengekomen dat in afwijking van de UAV 1989 de verplichting tot coördinatie van de onder 00.03.10 genoemde werkzaamheden door derden bij Klaassen berustte. Dat betekent dat de verantwoordelijkheid voor de goede afstemming van de werkzaamheden van de onder 00.03.10 van de algemene voorwaarden genoemde derden bij Klaassen lag. Dit wordt ondersteund door artikel 01.02.26 lid 5 waarin is bepaald dat de door derden uit te voeren werkzaamheden moesten worden opgenomen en ingepast in het door Klaassen op te stellen algemene tijdschema en in het werkplan. Voorts wordt dit ondersteund door het bij de Aannemingsovereenkomst behorende Memo van Wijzigingen van 5 juli 2005, waarin met zoveel woorden is opgenomen “De inrichting van de openbare wegen en trottoirs (Argonautenweg/Hermespad/Grindweg) inclusief de bijbehorende inritten en kabels en leidingen worden uitgevoerd door derden.” (zie hiervoor onder 2.5)
Met behoud van alle rechten op volledige verrekening van genoemde plafondconstructie zal Klaassen (…) deze constructie in juli/augustus 2007 in de parkeergarage aanbrengen.”
€ 131.762,24 (KB110) voor het verplaatsen van de bouwplaats naar het parkeergaragedak, van € 67.499,95 (KB150) voor het in dat kader aanbrengen van bescherming op het dak en van € 5.244,03 (KB174) voor het verleggen van de bouwweg. Hieraan legt Klaassen ten grondslag dat zij tijdens de uitvoering van het Werk door William House XVIII gedwongen is haar werkterrein te verhuizen naar het dak van de parkeerkelder, om ruimte te maken voor de uitvoering van het Nuts-project en de Reconstructie. Volgens Klaassen was het Nuts-project noch de Reconstructie contractueel voorzien. William House XVIII is tekortgeschoten in haar contractuele verplichting om Klaassen ongestoord in staat te stellen het Werk uit te voeren en haar in dat kader het werkterrein ter beschikking te stellen. In een later stadium is Klaassen mondeling door William House XVIII opgedragen de aanvoerroute naar het werkterrein te verleggen. De kosten die Klaassen ter uitvoering van deze werkzaamheden heeft gemaakt, komen voor rekening en risico van William House XVIII, aldus Klaassen.
- Kosten aanvullend toezicht tijdens de bouw € 210.000,-
- Kosten toezicht tijdens herstel en voltooiing € 248.615,-
- Aan kopers betaalde boetes € 205.902,-
- Aan Ahold betaalde boete € 58.537,-
- Nog niet ontvangen korting € 295.800,-
Klaassen is vervolgens in de gelegenheid daarop bij akte te reageren. Daarbij dient zij voorts in te gaan op hetgeen de rechtbank onder 4.31 naar voren heeft gebracht over de aan te passen stellingen ten aanzien van de aanspraak op bouwtijdverlenging en onder 4.45.3 en 4.45.4 over meerwerkpost KB161 Meerwerken bouwnummer 50 (het verlaagde plafond).