Op 3 mei 2019 vond er een zitting plaats bij de Rechtbank Rotterdam, waar de voorzieningenrechter, mr. L.E.M. Wilbers-Taselaar, de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening leidde. De zaak betrof een verzoeker die een huisverbod had gekregen en de burgemeester van de gemeente Rotterdam als verweerder. De verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. G.A.J. Purperhart. Tijdens de zitting waren ook de gemachtigden van de verweerder, mr. J. Avedesian en mr. V.E. van Dijk, aanwezig, evenals belanghebbenden, waaronder de partner van de verzoeker en zijn stiefdochter.
Tijdens de zitting bereikten de betrokken partijen overeenstemming. De verzoeker trok zijn beroep en verzoek met betrekking tot de oplegging en verlenging van het huisverbod in. Er werd afgesproken dat de achterblijfster op 3 mei 2019 om 20:00 uur de woning zou verlaten om haar spullen te pakken, waarna zij haar huissleutels zou inleveren bij de casemanager. De verzoeker zou op hetzelfde tijdstip terugkeren in de woning. Tevens werd er een gesprek gepland op 7 mei 2019, waarbij afspraken over de woning en eventuele veiligheidsmaatregelen zouden worden besproken.
De gemeente Rotterdam verklaarde zich bereid om de proceskosten van de verzoeker te vergoeden. Dit proces-verbaal legt de gemaakte afspraken vast en bevestigt de beëindiging van de juridische procedures door de verzoeker.