Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de onder 1 primair ten laste gelegde poging tot doodslag en het onder 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaren.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
1.poging tot doodslag
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
materiëleschadeposten:
immateriëleschade:
€ 25.285,89(€ 7.785,89 + € 17.500,--) genoegzaam is onderbouwd, zal deze worden toegewezen.
€ 25.285,89;
€ 17.500,00;
€ 17.500,00;
€ 15.000,00,
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden;
6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzijde rechter later anders mocht gelasten;
2 (twee)jaar;
€ 25.285,89 (zegge: vijfentwintigduizend tweehonderdvijfentachtig euro en negenentachtig cent),bestaande uit € 7.785,89 aan materiële schade en € 17.500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 25.285,89(hoofdsom,
zegge: vijfentwintigduizend tweehonderdvijfentachtig euro en negenentachtig cent),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 25.285,89 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
161 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
€ 17.500,00 (zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 17.500,00(hoofdsom,
zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 17.500,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
122 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
€ 17.500,00 (zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 17.500,00(hoofdsom,
zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 17.500,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
122 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
€ 15.000,00 (zegge: vijftienduizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 15.000,00(hoofdsom,
zegge: vijftienduizend euro),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juli 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 15.000,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
110 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op.