Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
5 september 2018, 21 november 2018, 29 januari 2019 en 18 maart 2019.
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten (met betrekking tot feit 2 het primair tenlastegelde);
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaar met aftrek van voorarrest, alsmede terbeschikkingstelling van de verdachte met bevel tot dwangverpleging (hierna: TBS-maatregel);
- oplegging van een vrijheidsbeperkende maatregel, te weten een contactverbod met [naam slachtoffer 1] , gedurende vijf jaar waarbij twee weken hechtenis dient te worden toegepast bij elke overtreding van dat verbod, met een maximum van zes maanden;
- dadelijke uitvoerbaarheid van de op te leggen vrijheidsbeperkende maatregel.
4.Waardering van het bewijs
’’enigste wat je kn is vrouwen slaan’’.
23 november 2017 onvoldoende steunbewijs aanwezig is in het dossier. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
‘’het enigste wat je kn is vrouwen slaan’’biedt onvoldoende steun aan de verklaringen van [naam slachtoffer 1] nu de context waarin dit bericht is verzonden onbekend is gebleven.
12 april 2018 en 20 december 2018. Deze verklaringen komen er kort gezegd op neer dat zij sinds februari 2017 met de verdachte in Capelle aan den IJssel verbleef. Vanuit daar is zij vrijwillig gaan werken in de prostitutie, zoals zij ook al eerder had gedaan. Omdat ze daar is mishandeld, is zij voor ongeveer twee maanden naar haar moeder in Harderwijk vertrokken. Omstreeks juni of juli 2017 is ze weer teruggegaan naar de verdachte. Ze heeft vanaf toen samen met de verdachte in een woning in Schiedam verbleven, vanuit waar ze gedwongen werd om te werken in de prostitutie. Als ze niet werkte, werd ze geslagen, geschopt en bedreigd. Op enig moment heeft de verdachte het telefoonnummer van [naam slachtoffer 1] dat gekoppeld was aan haar advertentie op Kinky.nl gewijzigd naar zijn eigen telefoonnummer, zodat hij meer controle over haar kon uitoefenen en zij geen klanten meer kon wegdrukken. Hij wilde dat ze meer geld ging verdienen. Op een gegeven moment werkte ze zeven dagen per week, had geen vrije dagen en ze moest blijven werken van de verdachte. Hij liet haar nooit alleen en ze mocht de woning niet verlaten. Al haar verdiensten uit haar prostitutiewerkzaamheden moest ze afstaan aan de verdachte. Hier heeft ze nooit meer iets van gezien.
11 november 2017 in de inbox SMS-berichten aangetroffen van klanten die reageren op een seksadvertentie op kinky.nl van ‘’ [bijnaam slachtoffer 1] ’’. Uit gegevens van de exploitant van Kinky.nl blijkt voorts dat de bellijn van de kinky advertentie met ingang van 11 november 2017 is gewijzigd naar dit telefoonnummer van de verdachte. [naam slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij onder andere veel werkte onder de naam ‘’ [bijnaam slachtoffer 1] ’’. De verklaring van de verdachte dat hij zijn telefoon op enig moment op verzoek van [naam slachtoffer 1] aan haar heeft gegeven en dat daarom zijn telefoonnummer was verbonden aan de advertentie van ‘’ [bijnaam slachtoffer 1] ’’ op Kinky.nl, acht de rechtbank ongeloofwaardig.
e-mailadres waarmee de betreffende advertentie is aangemaakt ( [mailadres] ). Na onderzoek bleek dat voornoemd IP-adres afgegeven was aan een persoon wonende aan de [adres delict 1] te Schiedam, vanuit waar het slachtoffer prostitutiewerkzaamheden verrichtte. In de telefoon van de verdachte bij ‘’Useraccounts’’ voornoemd e-mailaccount aangetroffen, wat bewijst dat verdachte in die periode zeggenschap had over de advertentie op Kinky.nl .
22 september 2017, ongeveer drie weken na de gestelde mishandeling, een zwelling aan het gelaat aan de rechterzijde werd gezien, met name rond het rechter jukbeen. Aan de rechterhand werd een zwelling en roodheid gezien van de duimtop en middelvingertop. Middels een röntgenfoto werd een breuk van de middelvinger en een breuk van de pink gezien. De geschatte genezingsduur is ten minste zes weken en er is een kans op blijvende functiebeperking en/of indicatie tot operatief ingrijpen. Deze FARR-verklaring past bij het door [naam slachtoffer 1] omschreven letsel. Dat geldt ook voor de FARR-verklaring van 4 mei 2018. Daarin staat dat [naam slachtoffer 1] op 22 september het Sint Jansdal ziekenhuis heeft bezocht en dat een ongeveer twee weken oude breuk werd gezien in de middelvinger en pink.
Het ding’waarover wordt gesproken in het gesprek tussen [naam vriendin verdachte] en verdachte, betrof een laptop. De bij de doorzoeking aangetroffen magazijnhouders en patronen zijn niet van de verdachte. Dat zijn DNA is aangetroffen op één van de magazijnhouders is te verklaren doordat de verdachte die uit de tas heeft gepakt om te kijken wat er in de tas zat. Dat is onvoldoende om tot een bewezenverklaring te kunnen komen voor het ‘voorhanden hebben’.
23 november 2017 te Schiedam en/of Rotterdam althans in Nederland,
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
9 januari 2019, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. De rechtbank houdt hier in strafverzwarende zin rekening mee en rekent het de verdachte zwaar aan dat hij eerder is veroordeeld voor een mishandeling van [naam slachtoffer 1] .
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 5 (vijf) jaar,
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
1 (één) week, met een totale duur van ten hoogste 6 (zes) maanden;
€ 16.759,38 (zegge: zestienduizendzevenhonderdnegenenvijftig euro en achtendertig eurocent), bestaande uit € 4.259,38 aan materiële schade en € 12.500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 11 november 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 1] te betalen
€ 16.759,38 (hoofdsom, zegge: zestienduizendzevenhonderdnegenenvijftig euro en achtendertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 november 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 16.759,38 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
118 (honderdachttien) dagen;toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
€ 2.567,61 (zegge: tweeduizendvijfhonderdzevenenzestig euro en eenenzestig eurocent), bestaande uit
€ 1.067,61 aan materiële schade en € 1.500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 1 maart 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] te betalen
€ 2.567,61 (hoofdsom, zegge: vijfentwintighonderdzevenenzestig euro en eenenzestig eurocent),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 maart 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 2.567,61 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
35 (vijfendertig) dagen;toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
23 november 2017 te Schiedam en/of Rotterdam en/of Rozenburg, gemeente Rotterdam, althans in Nederland,