Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
Sophia Research B.V.,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 6 december 2018 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een PhD-student, hierna aangeduid als [naam verzoeker], die inzage vroeg in de stukken waaruit blijkt hoe zijn studiegeld van € 25.000,00 is besteed. De student had dit bedrag betaald aan de Sophia Research B.V. in het kader van zijn PhD-traject bij het Erasmus Universitair Medisch Centrum Rotterdam, dat in januari 2018 was beëindigd. De student stelde dat hij rechtmatig belang had bij inzage in de bestedingen, omdat hij wilde weten of het geld correct was besteed.
De kantonrechter heeft de procedure gestart met het ontvangen van het verzoekschrift op 27 september 2018 en het verweerschrift van Erasmus op 21 november 2018. Tijdens de mondelinge behandeling op 22 november 2018 waren zowel de student als zijn gemachtigde, mr. S.M.J. Iqbal, aanwezig, evenals de gemachtigde van Erasmus, mr. B.W.M. Mutsaers. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de student geen rechtmatig belang heeft bij de gevraagde inzage. Het collegegeld dat aan Erasmus is betaald, wordt gebruikt voor de gehele organisatie en het is niet mogelijk om aan te geven welke specifieke bestedingen aan de student zijn gedaan.
De kantonrechter concludeert dat de student niet-ontvankelijk is in zijn verzoek, omdat niet aan de voorwaarden voor inzage is voldaan. De rechter wijst het verzoek af en veroordeelt de student in de kosten van de procedure, vastgesteld op € 400,00 aan salaris voor de gemachtigde van Erasmus. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de student aan de kosten moet voldoen, ook als hij in hoger beroep gaat. De kantonrechter toont begrip voor de teleurstelling van de student, maar benadrukt dat deze procedure niet kan leiden tot de gewenste inzage.