Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 impliciet primair en het onder 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, een ambulante behandeling, een contactverbod met de aangever en een locatieverbod met elektronische controle.
- dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het reclasseringstoezicht.
4.Waardering van het bewijs
dieaan [slachtoffer] toebehoorde, heeft vernield.
5.Strafbaarheid feiten
1.impliciet subsidiair
poging zware mishandeling;
6.Motivering straf
7.Vordering benadeelde partij
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 7 (zeven) maanden;
3 (drie) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de
proeftijd, die hierbij wordt gesteld op
2 (twee) jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;