Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- schuldenares;
- mevrouw [naam 2] , beschermingsbewindvoerder, werkzaam bij Stichting CAV;
- de heer [naam 3] , ambulant woonbegeleider, werkzaam bij CVD;
- de bewindvoerder.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 2 oktober 2018 uitspraak gedaan over de verlenging van de schuldsaneringsregeling van een schuldenares die grote moeite had met het nakomen van haar verplichtingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de schuldenares, sinds de uitspraak van de schuldsaneringsregeling op 14 oktober 2015, niet aan de sollicitatieverplichting heeft voldaan. De bewindvoerder heeft op 13 juli 2018 verslag uitgebracht over de beëindiging van de regeling, waarbij werd aangegeven dat de schuldenares niet voldoende had gesolliciteerd en dat er een geringe achterstand in de boedelafdracht was. Tijdens de zitting op 25 september 2018 heeft de bewindvoerder verklaard dat de tekortkomingen in de nakoming van de sollicitatieverplichting de verlening van de schone lei in de weg staan, maar dat zij openstaat voor een verlenging van de regeling.
De schuldenares heeft ter zitting verklaard dat zij moeite heeft gehad met het nakomen van haar verplichtingen en dat zij psychische problemen ervaart. De rechtbank heeft in overweging genomen dat de schuldenares door deze problemen verkeerde prioriteiten heeft gesteld en dat zij hulp nodig heeft om deze problemen aan te pakken. De rechtbank heeft besloten om de termijn van de schuldsaneringsregeling met twee jaar te verlengen, zodat de schuldenares de kans krijgt om haar tekortkomingen te herstellen. Gedurende deze verlenging blijven alle verplichtingen van toepassing, waaronder de sollicitatieverplichting. De rechtbank heeft de schuldenares erop gewezen dat zij actief hulp moet zoeken voor haar psychische problemen en dat zij zich aan de verplichtingen moet houden om in aanmerking te komen voor een schone lei aan het einde van de regeling.