Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
[eiser 3],
[eiser 4],
[eiser 5],
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De procedure
- de dagvaarding tevens houdende de incidentele vordering tot afgifte van een boedelbeschrijving van 12 februari 2018, met 12 producties;
- de incidentele conclusie van antwoord.
2.Het geschil
- opgave van de waarde en kentekens van voertuigen van [vader] en/of erflaatster;
- opgave van de waarde van de eigen woningen en opgave van de hypothecaire geldleningen op de datum van overlijden van erflaatster;
- opgave van de inboedel, sieraden en andere eventuele waardevolle zaken welke zich in de woning bevonden;
- kopieën van alle rekeningafschriften en eventuele effectenrekeningen over de jaren vanaf vijf jaar voor het overlijden van erflaatster tot en met de dag der dagvaarding, dan wel de datum van opheffing van de desbetreffende rekeningen;
- kopieën van de aangiften- en aanslagen Inkomstenbelasting van erflaatster over de jaren 2012 tot en met 2016;
- kopie van de aangifte erfbelasting;
- kopie van de aangifte- en aanslag Inkomstenbelasting van [vader] over het jaar 2016;
- bewijsstukken waaruit blijkt welke bedragen zijn vrijgekomen bij het overlijden van erflaatster, bijvoorbeeld uit hoofde van een levensverzekering of een begrafenisverzekering;
- (kopieën van correspondentie over) de (hoogte van de) schadevergoeding die van voormalig werkgever van erflaatster ontvangen is als gevolg van het bedrijfsongeval waaraan erflaatster is overleden, dit op straffe van een dwangsom van € 500,- voor iedere dag dat [vader] in gebreke blijft om aan deze veroordeling te voldoen.
3.De beoordeling in het incident
4.De beslissing
woensdag 24 oktober 2018voor het nemen van een conclusie van antwoord door [vader] .