Uitspraak
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van
26 september 2018 in de zaak tussen
verzoeksters,
Rechtbank Rotterdam
Op 26 september 2018 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam, mr. A.I. van Strien, een mondelinge uitspraak gedaan in de zaak tussen Gezondheidscentrum Medimel B.V. en Medisch Centrum Bernadotte B.V. als verzoeksters, en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport als verweerder. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Verzoeksters hebben geen bezwaar tegen de inhoud van de aanwijzing die door de Minister is gegeven, maar verzoekster 2, de voormalig bestuurder van Gezondheidscentrum Medimel B.V., heeft bezwaren tegen de publicatie van het rapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, dat aan de aanwijzing ten grondslag ligt.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoekster 1 geen procesbelang heeft bij de procedure, aangezien de argumenten enkel betrekking hebben op verzoekster 2. De rechter heeft verder overwogen dat de juistheid van de aanwijzing en de bevoegdheid tot publicatie niet worden betwist. Bij de belangenafweging heeft de voorzieningenrechter geconcludeerd dat het belang van transparantie en de keuzevrijheid voor patiënten zwaarder weegt dan het belang van verzoekster 2 om negatieve publiciteit te vermijden. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
Deze uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.