Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedures
- het inleidend exploot van dagvaarding van 15 november 2016, met producties;
- het verstekvonnis van 23 december 2016;
- het verzetexploot van 17 januari 2017, met producties;
- de conclusie van antwoord in oppositie tevens akte houdende wijziging van eis, met producties;
- de conclusie van repliek in oppositie, met producties;
- de akte uitlating producties tevens houdende overlegging producties alsmede vermindering van eis van de zijde van All Air;
- de tussenvonnissen van 17 juli 2017 en 11 januari 2018, waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de bij brief van 13 februari 2018 namens All Air ingebrachte aanvullende producties ten behoeve van de comparitie van partijen;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen, gehouden op 8 mei 2018;
- de brief van 28 mei 2018 van mr. Nauta, waarin hij de kantonrechter bericht dat partijen geen minnelijke regeling hebben getroffen en verzocht wordt om voortzetting van de procedure.
- het exploot van dagvaarding van 30 januari 2017, met producties;
- de incidentele conclusie voor alle weren houdende vordering tot verwijzing althans voeging tevens houdende conclusie van antwoord, met producties;
- de conclusie van antwoord in het incident;
- het vonnis in het incident van 2 juni 2017;
- de tussenvonnissen van 17 juli 2017 en 11 januari 2018 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de brief van mr. Köse gedateerd 7 mei 2018, waarbij een nadere productie is ingediend;
- de fax van mr. Nauta van 8 mei 2018, waarbij hij bezwaar maakt tegen de nadere productie van mr. Köse en voorts zelf een productie in het geding heeft gebracht;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen, gehouden op 8 mei 2018.
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
aldus opgemaakt en ondertekend in drievoud” een handtekening geplaatst door zowel de verhuurder als de huurder en is onderaan dezelfde pagina ruimte gelaten voor een extra handtekening waarbij is vermeld
“Afzonderlijke handtekening(en) van huurder(s) voor de ontvangst van een eigen exemplaar van de Algemene bepalingen (…) als genoemd in artikel 2.1”, waaronder wederom een paraaf van CHS is geplaatst. De kantonrechter is van oordeel dat op grond van voorgaande voldoende vast staat dat de algemene voorwaarden van All Air van toepassing zijn verklaard op de huurovereenkomst en voorts dat CHS voor ontvangst daarvan heeft getekend. Het beroep op vernietiging van de algemene voorwaarden op grond van artikel 6:233 onder b BW slaagt dan ook niet.
“Nota bene: de huurovereenkomst is ‘tegenstrijdig’; het gehuurde wordt benoemd als 290 BW ruimte, maar detailhandel is niet toegestaan. Er is echter wel sprake van detailhandel.”Ten tweede een brief van de Gemeente Rotterdam van 16 november 2015 aan All Air (productie 8), waarin is gemeld dat de Gemeente Rotterdam heeft vastgesteld dat op het erfpachtperceel Keileweg 10 op dit moment door Partijhandel Rotterdam B.V. detailhandel wordt bedreven, waarbij All Air onweersproken heeft gesteld dat de naam Partijhandel Rotterdam B.V. een verschrijving betreft. Ten derde printscreens van de website van CHS (productie 9), waarbij All Air stelt dat de website een webwinkel kent die is gecertificeerd door Webwinkelkeur, het keurmerk voor webwinkels waarin producten worden aangeboden aan consumenten, en dat het middels de webwinkel voor consumenten mogelijk is producten af te halen bij het gehuurde en dat de detailhandel voorts blijkt uit de klantbeoordelingen op de website. Verder stelt All Air dat de detailhandel blijkt uit een printscreen van 16 februari 2017 van de website www.marktplaats.nl (productie 10), omdat daar is vermeld dat CHS aan de vakman en de particulier verkoopt, waarbij een bezoek aan het magazijn aan de Keileweg 10 mogelijk is. Daarnaast verwijst All Air naar een brief van CHS waarin melding wordt gemaakt van verkoop aan particulieren en het bezoeken van het gehuurde en het aldaar aanschaffen en direct meenemen van materialen uit het magazijn (productie 11), alsmede naar facturen van CHS aan particulieren, waarbij sprake is van contante betaling (productie 12). Tot slot verwijst All Air in dit kader nog naar productie 22 die zij bij haar laatste akte heeft ingebracht, zijnde een verklaring van een deurwaarder van 14 april 2016, waarin is verklaard: “
Onze deurwaarder heeft gezien dat het gehuurde als winkel in bedrijf is en dat er dus activiteiten worden ontplooid die vallen onder detailhandel”.
inhet gehuurde als bedoeld in artikel 13 van de algemene voorwaarden. Reeds om die reden is geen boete op grond van bedoelde omstandigheden verschuldigd.