Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[naam eiser 1] ,
[naam eiser 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 27 maart 2018, met producties;
- de producties gedaagde;
- de mondelinge behandeling gehouden op 11 april 2018;
- de pleitnota van eisers;
- het proces-verbaal van 11 april 2018 met daarin de tussen partijen gemaakte voorlopige afspraken;
- de aanhouding ten behoeve van de uitvoering van voormelde afspraken en het treffen van een definitieve regeling;
- de aanvullende producties van eisers;
- de aanvullende producties van gedaagde;
- de voortzetting van de mondelinge behandeling gehouden op 3 september 2018;
- de pleitnota van eisers.
2.De feiten
- de nalatenschap negatief is;
- er geen sprake is geweest van giften, zodat daarvan geen bewijs kan worden overgelegd;
- er geen woning of inboedel op Curaçao is;
- de kosten van de rouwadvertenties zijn kwijtgescholden;
- de kosten van de executele al hoger zijn dan de activa van de nalatenschap.
Beste [naam gedaagde] , (...)
Ontvangen bedragen over een periode van 10-04-2016 tot en met 10-10-2016. Dit heb ik van mijn eigen bankafschriften overgenomen. Deze betalingen werden gedaan, omdat ik in die periode vaak kosten voor [naam erflater] voorschoot. We rekenden dat niet altijd precies uit, we gingen ook geen bonnetjes bewaren ofzo, maar we deden dat gewoon zo. Ik zie de betalingen niet als schenkingen aan mij. Weet niet of dat nog van belang is. De laatste 7.500,00 was voor de begrafenis waar ook het eten met z’n allen bijhoorde.
3.Het geschil
4.De beoordeling
1.470,00
5.De beslissing
- de afschriften van alle door erflater in Nederland aangehouden bankrekeningen en creditcards over de periode van 1 januari 2015 tot en met 10 oktober 2016;
- de afschriften van alle door erflater in Curaçao aangehouden bankrekeningen en creditcards over de periode van 1 januari 2015 tot en met 10 oktober 2016;
- de aangifte Inkomstenbelasting van erflater in Nederland over de jaren 2015 en 2016;
- de aangifte Inkomstenbelasting van erflater in Curaçao over de jaren 2015 en 2016;