ECLI:NL:RBROT:2018:6871
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ontvankelijkheid van bezwaar tegen uitkeringsspecificaties onder de Participatiewet
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 22 augustus 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, [Naam], en het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen uitkeringsspecificaties die betrekking hadden op haar bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet. De verweerder had het bezwaar van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, omdat het te laat was ingediend. Eiseres stelde dat zij te laat had ingediend omdat er geen rechtsmiddelenverwijzing op de specificaties stond vermeld. De rechtbank overwoog dat de uitkeringsspecificaties besluiten zijn in de zin van de Algemene wet bestuursrecht en dat het ontbreken van een rechtsmiddelenverwijzing in beginsel kan leiden tot verschoonbaarheid van de termijnoverschrijding. Echter, de rechtbank oordeelde dat eiseres en haar gemachtigde redelijkerwijs op de hoogte hadden kunnen zijn van de termijn voor het indienen van bezwaar, gezien de frequentie van de uitkeringsspecificaties. Eiseres had ook eerder kunnen informeren bij de verweerder over de juistheid van de specificaties. Het subsidiaire verzoek van eiseres om haar bezwaar op te vatten als een verzoek tot herziening werd door de rechtbank afgewezen, omdat dit een andere procedure betreft. Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond en werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.