ECLI:NL:RBROT:2018:6707
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- L.J. van Die
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van het dienstverband van een werknemer wegens werkweigering en de gevolgen daarvan
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 10 augustus 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [verzoeker], en zijn werkgever, SOS Brielle B.V. Het geschil betreft de beëindiging van het dienstverband van [verzoeker] op staande voet, welke door de werkgever werd ingeroepen vanwege werkweigering. De werknemer had op 30 april en 1 mei 2018 niet op het werk verschenen, ondanks herhaalde oproepen van de werkgever. De werknemer stelde dat zijn afwezigheid gerechtvaardigd was omdat hij deelnam aan een wilde staking, maar de werkgever betwistte dit en stelde dat de werknemer de arbeidsovereenkomst had willen beëindigen.
De kantonrechter oordeelde dat de werkgever terecht had aangenomen dat de werknemer zijn arbeidsovereenkomst had willen beëindigen door niet te verschijnen op het werk. De rechter concludeerde dat de werkweigering van de werknemer een dringende reden vormde voor ontslag op staande voet, zoals bedoeld in artikel 7:677 BW. De vorderingen van de werknemer, waaronder de betaling van een gefixeerde schadevergoeding, transitievergoeding en billijke vergoeding, werden afgewezen. De rechter oordeelde dat de werknemer ernstig verwijtbaar had gehandeld door niet te verschijnen, en dat de werkgever geen verwijt kon worden gemaakt.
De kantonrechter heeft de vorderingen van de werknemer afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.