ECLI:NL:RBROT:2018:6655

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
9 augustus 2018
Publicatiedatum
13 augustus 2018
Zaaknummer
6629905 CV EXPL 18-590
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Inhoud mondelinge overeenkomst tussen Holland Koeriers B.V. en Packs Special Care B.V.

In deze zaak, die werd behandeld door de kantonrechter te Dordrecht, ging het om een geschil tussen Holland Koeriers B.V. en Packs Special Care B.V. over de inhoud van een mondelinge overeenkomst. Holland Koeriers vorderde betaling van een bedrag van € 8.984,69 voor geleverde diensten, terwijl Packs in reconventie een bedrag van € 3.068,52 vorderde. De procedure begon met een dagvaarding op 24 januari 2018, gevolgd door verschillende processtukken, waaronder een tussenvonnis en een comparitie van partijen. De kern van het geschil was of de partijen waren overeengekomen dat Holland Koeriers al haar bestede uren tegen een tarief van € 30,-- per uur in rekening mocht brengen, inclusief uren voor planning en sorteren. De kantonrechter oordeelde dat er geen schriftelijke overeenkomst was, maar dat de e-mailcorrespondentie tussen partijen voldoende bewijs bood voor de gemaakte afspraken. De kantonrechter wees de vordering van Holland Koeriers toe en veroordeelde Packs tot betaling van € 8.951,27, inclusief rente en kosten. De reconventionele vordering van Packs werd afgewezen, omdat zij niet had aangetoond dat zij schade had geleden door toedoen van Holland Koeriers. De uitspraak werd gedaan op 9 augustus 2018.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 6629905 CV EXPL 18-590
uitspraak: 9 augustus 2018

vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,

in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Holland Koeriers B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
gemachtigde: mr. M.L. Bron,
tegen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Packs Special Care B.V.,
gevestigd te Leerdam,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
gemachtigde: mr. R.W. van den Hoek.
Partijen worden hierna aangeduid als Holland Koeriers en Packs.

Verloop van de procedure

De kantonrechter wijst vonnis op de volgende processtukken:
1. de dagvaarding van 24 januari 2018, met producties;
2. de conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie, met producties;
3. het tussenvonnis van 12 april 2018 waarbij een comparitie van partijen is gelast;
4. de conclusie van antwoord in reconventie, met producties;
5. de brief van de zijde van Packs van 18 juni 2018, met producties;
6. de aantekening van de griffier dat de mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 27 juni 2018;
7. de akte van de zijde van Holland Koeriers.

Omschrijving van het geschil

De feiten in conventie en reconventie
1. Holland Koeriers heeft in de periode van 26 juli tot en met 9 september 2017 in opdracht van Packs werkzaamheden verricht, bestaande uit het bezorgen van pakketten in Amsterdam.
2. Bij e-mail van 27 juli 2017 heeft Holland Koeriers het volgende aan Packs bericht:
‘Hierbij bevestig ik dat we hebben afgesproken de komende weken de Amsterdam Packs zendingen te verzorgen op basis van bestede uren tegen een uurtarief van € 30 euro excl. BTW.
Onze facturen zullen worden betaald binnen een week na inzending.
De eerste dag was chaotisch en het totaal aantal bestede uren bedraagt 79,15 uur. Hiervan zijn 21 uur besteed aan plannen en sorteren en er waren 30 uur wachten bij. (…)’
3. Bij e-mail van 6 september 2017 heeft Holland Koeriers het volgende aan Packs bericht:
‘Zoals beloofd bijgaand een specificatie van de dagelijks bestede uren vanaf startdatum
26 juli t/m 31 augustus. (…)’
4. Bij e-mail van 8 september 2017 heeft Packs het volgende aan Holland Koeriers bericht:
‘Zoals zojuist samen telefonisch afgesproken en akkoord bevonden:
  • HSB gaat direct het bezorgen van de packs pakketten hervatten.
  • Dit geldt ook voor de zaterdag leveringen van 9 september.
  • Packs maakt over/betaalt vandaag de 2e factuur aan HSB.
  • Na de vakantie van ondergetekende maken we afspraak in Leerdam, om de gefactureerde werkzaamheden samen door te nemen, met als doel ook de laatste factuur te betalen, mits er geen discussiepunten zijn.

(…)’

5. Bij e-mail van 4 oktober 2017 heeft Packs het volgende aan Holland Koeriers bericht:
‘Hierbij sturen wij jullie facturen retour omdat deze niet akkoord zijn.
Ook de twee eerdere facturen (…) welke betaald zijn hebben we betaald onder voorbehoud. Reden hiervoor is dat er niet gefactureerd is wat mondeling is afgesproken. In ons gesprek hebben we afgesproken een uurbedrag voor een bestelbus a 30 euro ex btw per uur.
Inzet van fietskoeriers en planners of schoonmakers zijn niet besproken en dus ook niet akkoord. Tevens zijn er meerdere zendingen waarvan de status onbekend is en waarvan geen enkel afleverbewijs door jullie is geleverd. (…)’
De vordering in conventie
6. Holland Koeriers vordert veroordeling van Packs bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, tot betaling van een bedrag van € 8.984,69, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente daarover vanaf 22 november 2017 tot de dag van algehele voldoening, met veroordeling van Packs in de proceskosten, te vermeerderen met de nakosten, te voldoen binnen veertien dagen na het te wijzen vonnis en voor het geval voldoening van de (na)kosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt, te vermeerderen met de wettelijke rente over de (na)kosten vanaf bedoelde termijn voor voldoening.
7. Holland Koeriers stelt daartoe – samengevat – het volgende.
Partijen hebben telefonisch afgesproken dat Holland Koeriers al haar bestede uren tegen een tarief van € 30,-- exclusief btw per uur in rekening mocht brengen. Zij heeft haar uren nauwkeurig bijgehouden en zij heeft daarvan ook een overzicht aan Packs gestuurd. Voor haar werkzaamheden heeft Holland Koeriers Packs vier facturen gestuurd. De eerste twee facturen van 31 juli 2017 van € 6.742,73 en 15 augustus 2017 van € 11.013,42 zijn voldaan, maar de laatste twee facturen van 31 augustus 2017 van € 11.280,23 en 18 september 2017 van € 6.973,23 zijn onbetaald gebleven. Pas na herhaalde betalingsverzoeken is op
22 november 2017 nog een bedrag van € 10.478,85 voldaan, maar een bedrag van € 7.774,61 is onbetaald gebleven.
Pas na afloop van de verrichtte werkzaamheden heeft Packs zich op het standpunt gesteld dat zij een bedrag van € 1.070,-- wil verrekenen, omdat zij schade zou hebben geleden doordat Holland Koeriers drie pakketten zou zijn kwijt geraakt. Dat wordt door Holland Koeriers betwist. Packs heeft haar schade niet onderbouwd en bovendien is Holland Koeriers een inspanningsverplichting aangegaan en geen resultaatsverplichting.
Voorts stelt Packs zich thans op het standpunt dat Holland Koeriers geen uren voor plannen en sorteren in rekening had mogen brengen. Dat is niet juist. Er zijn geen uitzonderingen overeengekomen met betrekking tot de in rekening te brengen uren. Bovendien is een bedrag van € 30,-- per uur veel te laag als daarin ook plannen en sorteren zou moeten zitten. Packs heeft niet geprotesteerd tegen de verzonden urenoverzichten en zij heeft de eerste twee facturen, waarin ook uren voor planning en sortering zijn opgenomen, gewoon voldaan.
Het verweer in conventie
8. Packs voert – samengevat – als verweer het volgende aan.
Zij betwist dat partijen hebben afgesproken dat alle uren van Holland Koeriers in rekening mochten worden gebracht en dus ook uren voor plannen en sorteren. Er mocht slechts € 30,-- per uur worden gerekend voor de uren dat er daadwerkelijk iemand met de bestelbus pakketten aan het bezorgen was. In het tarief waren werkzaamheden als plannen en sorteren al begrepen, aldus Packs, en dat is in de branche ook gebruikelijk. Packs is bereid het bezorgen van de pakketten te betalen, maar niet de geschreven uren voor plannen en sorteren. Packs betwist ook dat Holland Koeriers het aantal uren heeft gemaakt dat zij heeft geschreven. Op basis van de facturen en urenlijsten kan Packs de facturen tot een bedrag van € 26.462,15 erkennen. Zij heeft echter al een bedrag van € 28.235,-- voldaan en dus heeft zij € 1.772,85 teveel betaald.
Packs heeft na ontvangst van de eerste factuur direct geklaagd over de in rekening gebrachte uren. Zij heeft de eerste twee facturen slechts onder voorbehoud voldaan, hetgeen blijkt uit de vermelding ‘voorschot factuur’ bij de betalingen. Zij heeft slechts betaald omdat Holland Koeriers de pakketten in beslag nam en weigerde deze te bezorgen tot de facturen betaald zouden zijn.
Holland Koeriers heeft geen bewijzen verstrekt dat zij de pakketten daadwerkelijk heeft afgeleverd, zodat niet kan worden nagegaan of zij de overeenkomst is nagekomen. Van twaalf zendingen weet Packs zeker dat deze niet zijn bezorgd. Packs heeft daarom terecht haar betaling opgeschort.
De vordering in reconventie
9. Packs vordert in reconventie veroordeling van Holland Koeriers tot betaling van een bedrag van € 3.068,52 inclusief btw, te vermeerderen met de proceskosten.
10. Packs stelt daartoe – samengevat – het volgende.
Holland Koeriers heeft pakketten kwijt gemaakt en daarom vordert Packs een bedrag van
€ 1.295,67 (inclusief btw). Daarnaast vordert Packs terugbetaling van het door haar teveel betaalde bedrag van € 1.772,85 (inclusief btw).
Het verweer in reconventie
11. Holland Koeriers betwist de reconventionele vordering. Deze dient volgens haar primair te worden afgewezen omdat Packs haar vordering niet heeft onderbouwd. Subsidiair stelt Holland Koeriers zich op het standpunt dat Packs niets teveel heeft betaald, nu Holland Koeriers wel degelijk de uren voor planning en sorteren in rekening mocht brengen. Voorts geldt dat zij niet aansprakelijk is voor enige schade, omdat zij heeft voldaan aan haar inspanningsverbintenis. Packs heeft ook pas voor het eerst ruim een maand na afloop van de overeenkomst geklaagd. Dat Packs schade heeft geleden wordt betwist.

Beoordeling van het geschil in conventie en reconventie

12. Vanwege de samenhang tussen de vorderingen in conventie en reconventie worden deze hierna gezamenlijk besproken.
13. Van belang voor de beoordeling van onderhavige zaak is wat partijen zijn overeengekomen. Er is geen sprake van een schriftelijke overeenkomst. Partijen hebben elkaar op 26 juli 2017 telefonisch gesproken. Holland Koeriers heeft vervolgens per e-mail van 27 juli 2017 aan Packs bevestigd wat (volgens haar) is afgesproken, namelijk dat zij de werkzaamheden zou gaan verrichten op basis van bestede uren tegen een tarief van € 30,-- per uur. Uit dit bericht blijkt niet dat slechts ‘bestelbus-uren’ in rekening mochten worden gebracht. Holland Koeriers heeft in dezelfde e-mail uitdrukkelijk vermeld dat zij ook uren heeft besteed aan plannen en sorteren (21 uur) en wachten (30 uur). Packs heeft naar aanleiding van deze e-mail daartegen niet geprotesteerd, althans dat is niet gebleken. Dat had wel voor de hand gelegen als Holland Koeriers naar de mening van Packs uren schreef voor niet-overeengekomen werkzaamheden.
14. Gelet op het voorgaande moeten de door Holland Koeriers bevestigde afspraken gelden als hetgeen tussen partijen is overeengekomen. Daartoe wordt ook nog als volgt overwogen.
Holland Koeriers heeft na haar e-mail van 27 juli 2017 gedurende zes weken haar werkzaamheden verricht, zonder dat Packs over de bestede uren opmerkingen heeft gemaakt, althans dat is niet gebleken. Packs heeft vervolgens op respectievelijk 5 en 8 september 2017 de eerste twee facturen van Holland Koeriers voldaan. Zij heeft daarbij weliswaar vermeld ‘voorschot factuur’, maar dat sprake is van een betaling onder voorbehoud kan niet worden vastgesteld. Packs heeft weliswaar aangevoerd dat zij naar aanleiding van de ontvangst van de eerste factuur bezwaar heeft gemaakt tegen de in rekening gebrachte werkzaamheden, maar Holland Koeriers heeft dat betwist. Nu Packs vervolgens heeft verzuimd te onderbouwen dat zij wel degelijk (tijdig) heeft geklaagd over de in rekening gebrachte uren, terwijl dat wel op haar weg had gelegen, wordt haar verweer op dit punt gepasseerd. Het wordt er dan ook voor gehouden dat Packs pas voor het eerst per e-mail van 4 oktober 2017 en dus pas ruim na afronding van de werkzaamheden door Holland Koeriers uitdrukkelijk heeft geprotesteerd tegen de in rekening gebrachte uren. Dit terwijl Holland Koeriers blijkens haar e-mail van 6 september 2017 in ieder geval op dat moment haar werkzaamheden heeft gespecificeerd.
De stelling van Packs dat uit de e-mail van 8 september 2017 zou volgen dat er sprake was van discussie tussen partijen wordt niet gevolgd. Uit die e-mail blijkt in ieder geval niet dat Packs concreet heeft geprotesteerd tegen de in rekening gebrachte uren. Zelfs als dat wel zo zou zijn geldt dat dat pas op de voorlaatste dag was van de termijn die Holland Koeriers voor Packs gewerkt heeft.
Of het in de branche gebruikelijk is een all-in tarief te hanteren kan in het midden blijven, nu dat niet relevant is omdat partijen in dit concrete geval iets anders zijn overeengekomen.
15. Gelet op al het voorgaande geldt dat voldoende is komen vast te staan dat partijen zijn overeengekomen dat Holland Koeriers al haar bestede uren in rekening mocht brengen tegen een uurtarief van € 30,--, althans dat Packs daarover te laat heeft geklaagd. De vordering in conventie van € 7.774,61 zal dan ook worden toegewezen.
16. De stelling van Packs dat zij (nog) geen wettelijke rente verschuldigd is omdat zij nog geen ‘proofs of delivery’ (pod’s) van Holland Koeriers heeft ontvangen kan haar niet baten, nu niet is gebleken dat het verstrekken van dergelijke pod’s onderdeel was van de overeenkomst. Dat een betalingstermijn van 30 dagen zou gelden kan niet worden gevolgd, nu reeds bij e-mail van 27 juli 2017 door Holland Koeriers is bevestigd dat partijen hebben afgesproken dat de facturen binnen een week zouden worden betaald. Daartegen heeft Packs niet geprotesteerd, althans dat is niet gebleken, zodat het er voor wordt gehouden dat dat inderdaad is afgesproken. De door Holland Koeriers gevorderde wettelijke (handels)rente zal dan ook worden toegewezen zoals gevorderd, vanaf de vervaldatum van de facturen. Het gaat om een bedrag van in totaal € 252,55 tot 22 november 2017 en de rente vanaf die datum tot de dag van algehele voldoening. De gevorderde rente over rente zal worden afgewezen nu nog niet een heel jaar is verstreken (artikel 6:119a lid 3 BW).
17. Voldoende gebleken is dat Holland Koeriers, nadat Packs in verzuim was gekomen, incassohandelingen heeft verricht waartoe zij in redelijkheid kon overgaan. Packs is dan ook een vergoeding verschuldigd voor de buitengerechtelijke incassokosten. Deze bedraagt gelet op de hoofdsom en de volgens het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten genormeerde vergoeding € 924,11. Dat bedrag zal worden toegewezen, onder afwijzing van het meer gevorderde. De wettelijke handelsrente over de buitengerechtelijke kosten zal worden afgewezen, nu niet is gesteld of gebleken dat deze kosten reeds door Holland Koeriers zijn voldaan.
18. In totaal zal in conventie dan ook worden toegewezen een bedrag van € 8.951,27 (hoofdsom € 7.774,61 + rente € 252,55 + incassokosten € 924,11).
19. Ten aanzien van de reconventionele vordering wordt als volgt overwogen.
Packs heeft naar haar stelling het overzicht van de geschreven uren kritisch bekeken en vervolgens op 22 november 2017 een betaling gedaan voor de uren die in haar ogen correct waren. Dat zij zich nu in deze procedure op het standpunt stelt dat zij teveel heeft betaald kan ook om die reden dan ook niet worden gevolgd. De vordering zal voor zover deze ziet op het bedrag van € 1.772,85 worden afgewezen.
Voorts geldt dat Packs haar stelling dat zij door toedoen van Holland Koeriers schade heeft geleden, niet nader heeft onderbouwd na de gemotiveerde betwisting daarvan door Holland Koeriers. Dat had wel op haar weg gelegen. Holland Koeriers heeft betwist dat zij de levering heeft verzorgd waarvan een aansprakelijkstelling is overgelegd als productie 14. Dat sprake is van (door Holland Koeriers veroorzaakte) schade is dan ook niet komen vast te staan, zodat ook de vordering van € 1.295,67 zal worden afgewezen.
20. Packs zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten en de nakosten. Wat betreft de comparitie zal enkel in conventie een salarispunt worden toegekend.

Beslissing

De kantonrechter:
In conventie:
veroordeelt Packs tot betaling aan Holland Koeriers van een bedrag van € 8.951,27, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over een bedrag van € 7.774,61 vanaf
22 november 2017 tot de dag van algehele voldoening;
veroordeelt Packs in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van Holland Koeriers begroot op:
aan explootkosten
85,79
aan informatiekosten
---
aan griffierecht
476,00
aan salaris gemachtigde
500,00
totale kosten
1.061,79
te vermeerderen met de wettelijke rente daarover indien deze kosten niet binnen 14 dagen na de datum van dit vonnis zijn voldaan en de nakosten indien Packs niet binnen
14 dagen na de datum van dit vonnis vrijwillig aan het vonnis heeft voldaan, begroot op
€ 205,-- aan nasalaris, te verhogen met een bedrag van € 68,00 aan betekeningskosten onder de voorwaarde dat betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
In reconventie:
wijst de vordering af;
veroordeelt Packs in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van Holland Koeriers begroot op € 175,-- aan salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.A.F.M. Wouters en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
773