Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 4 oktober 2017;
- de akte overlegging producties van [eiser];
- de conclusie van antwoord;
- de aanvullende productie van Peinemann;
- het tussenvonnis van 19 december 2017;
- het proces verbaal van de comparitie van partijen op 18 januari 2018.
2.De vaststaande feiten
dan ontsla je me maar, ik meld mij nu ziek”. [eiser] is vervolgens in de vrachtwagen gestapt en weggereden. [eiser] heeft vanwege dit incident een officiële waarschuwing gekregen.
Ik adviseer u om goede nota te nemen van het advies door [V.] dat in grote lijnen een juiste weergave geeft van de medische informatie.
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
- van 2001 tot en met september 2005: gemiddeld 3 maal per week halen of brengen van rijplaten (gewicht rijplaat 57 kilo per stuk, set bestaande uit 6 rijplaten). De klant bestelde 2 tot 4 (tot 12) sets rijplaten Bij Peinemann werden de rijplaten met een heftruck geladen maar bij de klant gebeurde het laden en lossen handmatig;
- van 1998 tot en met 2010: gemiddeld 3 maal per week halen of brengen van gasflessen, meestal geleverd per 2 stuks (met een gewicht van 37 kilo vol, en 22 kilo leeg per stuk). Deze moesten handmatig uit de opslagruimte gehaald worden en met de heftruck naar de vrachtwagen gereden worden waar de losse flessen handmatig verzameld en vastgemaakt werden voor transport. Dat gebeurde ook bij de klant waardoor de flessen 4 maal handmatig getild moesten worden;
- van 1998 tot en met 2010: gemiddeld 1 maal per week handmatig vervangen van de lepels van de heftruck op locatie van de klant (25 tot 90 kilo per stuk maal 2).
Enig ander rapport van een (medisch) deskundige waarin wordt geconcludeerd dat na (onafhankelijk) onderzoek, waarbij ook Peinemann betrokken is, dat aangenomen moet worden dat de klachten van [eiser] zijn veroorzaakt in de uitoefening van de werkzaamheden van [eiser], ontbreekt.Aan het door [eiser] overgelegde document ‘Instrument voor het bepalen van de arbeidsgerelateerdheid van aspecifieke lage rugklachten’ van het Nederlands Kenniscentrum Arbeid Klachten en Bewegingsapparaat wordt in dit verband ook niet zodanige betekenis toegekend aangezien dit instrument niet is ingevuld en dus niets zegt over de specifieke situatie van [eiser].
- Welke diagnose stelt u op uw vakgebied? Wilt u daarbij uw differentiaal diagnostische overwegingen geven?
- Is er sprake van afwijkingen, aanleg, en/of andere factoren die reeds bestonden vóór aanvang van de dienstbetrekking bij Peinemann (1998). Wilt u dit motiveren? In hoeverre kunnen deze factoren/afwijkingen de huidige klachten/beperkingen verklaren?
- Is er sprake van afwijkingen, aanleg, en/of andere factoren die reeds bestonden vóór het ongeval op 2 juni 2010.
- Hoe waarschijnlijk (zeer waarschijnlijk- waarschijnlijk – mogelijk- onwaarschijnlijk- zeer onwaarschijnlijk) acht u het dat [eiser] de aangetroffen klachten/beperkingen heeft gekregen door het ongeval op 2 juni 2010? Kunt u uw antwoord uitdrukken in een waarschijnlijkheidspercentage? Kunt u uw antwoord motiveren, mede onder verwijzing naar de meest recente toonaangevende literatuur?
- Zou het antwoord op de vorige vraag anders luiden indien het ongeval op 2 juni 2010 niet zou hebben plaatsgevonden? Met andere woorden: hoe waarschijnlijk acht u het dat betrokkene de vastgestelde klachten/beperkingen zou hebben gekregen als het ongeval niet zou hebben plaatsgevonden? Kunt u uw antwoord zo mogelijk mede uitdrukken in een waarschijnlijkheidspercentage?
- Hoe waarschijnlijk (zeer waarschijnlijk - waarschijnlijk - mogelijk- onwaarschijnlijk- zeer onwaarschijnlijk) acht u het dat [eiser] de vastgestelde klachten/beperkingen heeft gekregen als gevolg van het verrichten van werkzaamheden als genoemd onder 5.12 van dit vonnis? Kunt u uw antwoord uitdrukken in een waarschijnlijkheidspercentage? Kunt u uw antwoord motiveren, mede onder verwijzing naar de meest recente toonaangevende literatuur? Kunt u bij uw antwoord expliciet betrekken in hoeverre er in de internationale medische wetenschap anno 2018 consensus bestaat over de vraag of de werkzaamheden van [eiser] zoals opgesomd onder 5.12 rugklachten kunnen veroorzaken dan wel de kans op rugklachten aanmerkelijk vergroten?
- Zou het antwoord op de vorige vraag anders luiden indien de tussen 1998 en 2010 verrichte tilwerkzaamheden buiten beschouwing zouden worden gelaten? Met andere woorden: hoe waarschijnlijk acht u het dat betrokkene de door u aangetroffen klachten/beperkingen zou hebben gekregen als hij de beschreven werkzaamheden niet zou hebben verricht? Kunt u uw antwoord zo mogelijk mede uitdrukken in een waarschijnlijkheidspercentage?
6.De beslissing
woensdag 30 mei 2018 te 09:30 uur, teneinde inlichtingen te verstrekken en een minnelijke regeling te beproeven;