Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 tot en met 9 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaar met aftrek van voorarrest;
- ter beschikkingstelling (hierna ook: TBS) van de verdachte met voorwaarden, zoals opgenomen in het maatregelenrapport van Reclassering Nederland (hierna ook: de reclassering) van 31 mei 2018, dadelijk uitvoerbaar;
- toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen [naam benadeelde 1] , [naam benadeelde 2] en [naam benadeelde 3] ;
- toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [naam benadeelde 4] tot een bedrag van € 23.876,88 en voor het overige deel de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren;
- toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [naam benadeelde 5] tot een bedrag van
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/661236-15, dadelijk uitvoerbaar.
4.Waardering van het bewijs
;
en;
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
8.Vorderingen benadeelde partijen/ schadevergoedingsmaatregelen
- € 959,10 aan de benadeelde partij [naam benadeelde 1] ;
- € 16.000,- aan de benadeelde partij [naam benadeelde 4] ;
- € 522,99 aan de benadeelde partij [naam benadeelde 2] ;
- € 327,50 aan de benadeelde partij [naam benadeelde 3] ,
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 2 jaar;
ter beschikking wordt gesteld;
de benadeelde partij [naam benadeelde 1], te betalen een bedrag van
€ 959,10, bestaande uit € 359,10 aan materiële schade en € 600,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 2 december 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 959,10, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 december 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 959,10 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
19 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de benadeelde partij [naam benadeelde 4], te betalen een bedrag van
€ 16.000,-, bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 29 november 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 16.000,-, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 november 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 16.000,-vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
115 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de benadeelde partij [naam benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 522,99, bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 6 december 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 522,99, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 december 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 522,99 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
10 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
benadeelde partij [naam benadeelde 3], te betalen een bedrag van
€ 327,50, bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 6 december 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 327,50, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 december 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 327,50 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
6 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de benadeelde partij [naam benadeelde 5]gevorderde kosten met betrekking tot de mobiele telefoon en verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
tenuitvoerleggingvan het voorwaardelijk gedeelte, groot 6 maanden, van de bij vonnis van 30 maart 2016 van de meervoudige kamer van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde gevangenisstraf.