Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 150 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 51 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering, een meldplicht en medewerking aan diagnostiek, ook indien dit medewerking aan een persoonlijkheidsonderzoek betreft.
- dadelijke uitvoerbaarheid van voornoemde bijzondere voorwaarden.
4.Waardering van het bewijs
de in dit verbod genoemde woning, gelegen aan [adres] ,heeft opgehouden en contact heeft opgenomen met één of meer van de in dat huisverbod genoemde, personen;
tijdelijk
4.(parketnummer 10/051508-17)
verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
5.Strafbaarheid feiten
als uithuisgeplaatste handelen in strijd met een toepassing van artikel 2 eerste lid van de Wet tijdelijk huisverbod gegeven huisverbod, meermalen gepleegd;
eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar bediening, meermalen gepleegd;
3.wederspannigheid;
4.bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 99 (negenennegentig) dagen;