ECLI:NL:RBROT:2018:4237

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
28 mei 2018
Publicatiedatum
31 mei 2018
Zaaknummer
6847113 VZ VERZ 18-9410
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Goedkeuring afwijkend huurbeding in huurovereenkomsten voor bedrijfsruimten

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 28 mei 2018 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek om goedkeuring van afwijkende bedingen in huurovereenkomsten. De verzoekers, Berkman Beheer B.V. en Auto Indomij B.V., hebben twee huurovereenkomsten voor bedrijfsruimten gesloten en vroegen goedkeuring voor bepalingen die afwijken van de wettelijke huurregels zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek. De kantonrechter heeft op basis van de ingediende stukken besloten om geen mondelinge behandeling te houden en heeft de beschikking op dezelfde dag uitgesproken.

De verzoekers stelden dat de afwijkingen in de huurovereenkomsten geen wezenlijke aantasting van hun rechten als huurders met zich meebrachten. De kantonrechter oordeelde dat de verzoekers belang hadden bij een flexibele huurovereenkomst, gezien de veranderende marktomstandigheden waarin zij opereerden. De rechter concludeerde dat de verzoekers de consequenties van hun verzoek goed hadden afgewogen en dat er geen sprake was van een wezenlijke aantasting van hun rechten. Daarom verleende de kantonrechter goedkeuring aan de afwijkende bedingen in de huurovereenkomsten.

De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Deze beschikking is gegeven door de kantonrechter mr. P. Vlaswinkel en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 6847113 \ VZ VERZ 18-9410
uitspraak: 28 mei 2018
beschikking ex artikel 7:291 Burgerlijk Wetboek van de kantonrechter
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Berkman Beheer B.V.,
vestigingsplaats: Barendrecht,
gemachtigde: Hoek en Blok Accountants Belastingsadviseurs Juristen B.V.,
en
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Auto Indomij B.V.,
vestigingsplaats: Dordrecht,
medeverzoekster,
gemachtigde: Hoek en Blok Accountants Belastingadviseurs Juristen B.V.
Partijen worden verder aangeduid als “Berkman” en “Auto Indomij”.

1.Het verloop van de procedure

1.1
Op 24 april 2018 is het verzoek ontvangen ter goedkeuring van de bedingen, afwijkende van de artikelen 7:292 e.v. BW, opgenomen in de tussen partijen gesloten overeenkomst.
1.2
De kantonrechter heeft op grond van de inhoud van de stukken een mondelinge behandeling van het verzoek achterwege gelaten.
1.3
De uitspraak van de beschikking is door de kantonrechter bepaald op heden.

2.Het verzoek

2.1
Verzoekers hebben twee huurovereenkomsten voor bedrijfsruimten aan de Havenkade 3 te Ridderkerk aan den IJssel en aan de Isaac Newtonstraat 7 Oud-Beijerland gesloten.
2.2
In die huurovereenkomsten staan de volgende bedingen opgenomen waarvan ze goedkeuring verzoeken:
“Deze overeenkomst vangt aan per 1 januari 2018 en heeft een looptijd voor onbepaalde tijd.”
en;
“Deze overeenkomst kan door ieder der partijen steeds tegen het einde van een kalenderjaar worden opgezegd bij aangetekend schrijven en met inachtneming van een opzegtermijn van 12 (twaalf) maanden. Verhuurder is daarbij niet gehouden de opzeggingsvereisten en opzeggingsgronden, als genoemd in het Burgerlijk Wetboek 7, Titel 4, Afdeling 6, in acht te nemen.”

3.De beoordeling van het verzoek

3.1
Uitgangspunt is dat van de wettelijke bepalingen van de vierde titel van boek 7, waarvan de zesde afdeling gewijd is aan huur van bedrijfsruimte, niet ten nadele van de huurder kan worden afgeweken, behoudens goedkeuring door de rechter (artikel 7:291 BW).
3.2
Ingevolge het derde lid van artikel 7:291 BW wordt die goedkeuring alleen gegeven als de wettelijke rechten van de huurder van bedrijfsruimte door de afwijking niet wezenlijk worden aangetast, of als de maatschappelijke positie van de huurder zodanig is dat hij de wettelijke bescherming niet nodig heeft.
3.3
Uit het verzoekschrift blijkt dat verzoekers zich op het standpunt stellen dat geen sprake is van een wezenlijke aantasting, omdat
de huurderbelang heeft bij een flexibele huurovereenkomst waaraan zij niet te lang gebonden is
.Dat belang heeft huurster toegelicht door te stellen dat zij in een veranderende markt opereert en een flexibele opzeggingsregeling beter past bij de bedrijfsvoering. Onder die omstandigheden, waarbij doorslaggevend is dat huurder - naar partijen stellen - zelf flexibiliteit heeft verzocht en de consequenties daarvan goed heeft afgewogen en overzien, is geen sprake van een wezenlijke aantasting van de rechten van de huurder. De kantonrechter zal de bedingen dan ook goedkeuren.
3.4
Nu de onderhavige procedure voortvloeit uit een gemeenschappelijk verzoek, zullen de proceskosten worden gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

4.De beschikking

De kantonrechter:
verleent goedkeuring aan de van afdeling 6 titel 4 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek afwijkende bedingen, zoals onder 2.2 van “het verzoek” geciteerd;
compenseert de proceskosten.
Deze beschikking is gegeven door de kantonrechter mr. P. Vlaswinkel en uitgesproken op de openbare terechtzitting.
527