In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 20 april 2018, is de verdachte beschuldigd van het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen (AK-47) en een patroonmagazijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, samen met anderen, in de periode van 8 januari 2018 tot en met 23 januari 2018, in Rotterdam, een wapen en een patroonmagazijn in zijn bezit had. De verdachte heeft zich niet gedistantieerd van het wapen en heeft zelfs foto's en video's gemaakt met het wapen. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van 8 maanden geëist, wat de rechtbank heeft opgelegd, rekening houdend met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet eerder voor soortgelijke feiten is veroordeeld en dat hij de afgelopen jaren zijn leven heeft verbeterd, maar dat er nog steeds risico's op recidive zijn. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 maanden, met aftrek van voorarrest.